Zelfs als u ze even graag ziet als uw eigen kinderen, voor de wet blijven uw pluskinderen vreemden. Personen dus die niet van u erven. Tenzij u er zelf voor zorgt dat ze iets krijgen, bijvoorbeeld door te schenken of ze op te nemen in uw testament.
Daarbij moet u er natuurlijk wel rekening mee houden dat u uw eigen kinderen hun minimumdeel niet kunt ontnemen (zie tekst: wat erven uw kinderen?).
Wat bij een adoptie?
Een andere mogelijkheid dan schenken of een testament opstellen, is over te gaan tot een adoptie. U kunt kiezen tussen een gewone of een volle adoptie.
- Met een gewone adoptie krijgt het stiefkind een bijkomende afstammingsband, naast de oorspronkelijke afstamming. Het pluskind behoudt de banden met de oorspronkelijke familie. Het zal nog altijd van hen kunnen erven. Als gevolg van de adoptie verkrijgt het dezelfde rechten in de nalatenschap van de adoptant-plusouder als de andere kinderen. De gewone adoptie kan zowel bij minderjarige als meerderjarige stiefkinderen.
- Minder voorkomend is de volle stiefouderadoptie. Daarbij wordt de juridische afstammingsband met de andere biologische ouder volledig doorgeknipt. Het kind wordt bij een volle adoptie volledig gelijkgesteld met de biologische kinderen van de plusouder. Het krijgt dezelfde rechten en plichten en kan dus bijvoorbeeld ook erven van de bloedverwanten van zijn plusouder. Let wel, de volle adoptie kan alleen voor minderjarigen. Is het kind meerderjarig, dan is alleen een gewone adoptie mogelijk.
Goed om te weten is dat de adoptie onherroepelijk is. Bij een breuk behouden de geadopteerde kinderen dus hun erfrechten.
Zelfs al ziet u ze even graag als uw eigen kinderen, voor de wet blijven uw pluskinderen vreemden. Ze kunnen dus niet van u erven.
Onderhoudsplicht
Een ‘plusouder’ heeft geen rechtstreekse onderhoudsplicht tegenover zijn pluskind. Maar gehuwden hebben wél een plicht om bij te dragen in de lasten van het huwelijk. Voor wettelijk samenwonende partners geldt een gelijkaardige verplichting: zij moeten bijdragen in de lasten van het samenleven. Zolang een stiefkind nog bij zijn ouder inwoont, vallen de kosten van de opvoeding en het levensonderhoud daaronder. Een stiefouder heeft dus wel degelijk een financiële verplichting, maar die verplichting vloeit voort uit zijn huwelijk of uit de wettelijke samenwoning.
Als uw echtgenoot – de ouder van uw pluskind – overlijdt, dan moet u verplicht het levensonderhoud van het stiefkind voor uw rekening nemen. Deze plicht is wel beperkt tot wat de stiefouder erfde van de ouder of toegekend kreeg via een huwelijkscontract of een schenking.
Deze verplichting geldt ook voor de langstlevende wettelijk samenwonende partner. Ze geldt niet voor wie feitelijk samenwoonde.