Wat?
Met een schenking geeft de schenker al tijdens zijn leven een deel van zijn vermogen weg. Met andere woorden: hij verarmt zich. Voor een schenking moet u altijd met twee zijn: de schenker schenkt en de begunstigde moet de schenking aanvaarden.
Schenkingen zijn onlosmakelijk verbonden met het erfrecht. Ouders die willen schenken aan hun kinderen moeten nadenken over de gevolgen voor het latere erfdeel van datzelfde kind. De wet gaat ervan uit dat ouders hun kinderen gelijk willen behandelen. Een schenking aan één kind wordt dus verondersteld een voorschot op de latere erfenis te zijn. Na het overlijden zal de schenking verrekend worden bij de bepaling van het erfdeel van dat kind. Maar dat hoeft niet zo te zijn: een ouder kan er ook voor kiezen extra te geven en te schenken boven op zijn erfdeel.
De wet gaat ervan uit dat ouders hun kinderen gelijk willen behandelen. Een schenking aan één kind wordt dus gezien als een voorschot op de latere erfenis.
‘Veel mensen denken dat je een kind kunt onterven door je geld weg te schenken, maar dat klopt niet. De enige manier om een kind te onterven, is je geld opleven’, zegt notaris Joni Soutaer, woordvoerder van Notaris.be. Kinderen maken immers altijd aanspraak op een minimaal deel van de erfenis van een ouder, in het vakjargon de ‘reserve’: alle kinderen samen krijgen minstens de helft. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar de bezittingen op het moment van het overlijden. Ook alle schenkingen tijdens het leven worden daar fictief bijgeteld. Als dat minimumdeel er niet langer is, kan een kind dat opeisen.
Uiteraard kan ook aan anderen worden geschonken: aan een neef of nicht, een goede vriend, een trouwe buur, een goed doel... Ook hier moet u rekening houden met het voorbehouden deel van de kinderen.
Voor- en nadelen?
Een schenking kan een belangrijke belastingbesparing opleveren, maar het advies ‘bezint eer ge begint’ mag u toch niet uit het oog verliezen.
Minder erfbelasting…
In de Erfenisgids leest u alles wat u moet weten voor een vlotte overdracht van uw nalatenschap.
- Wat als u nog van uw centen wilt genieten na een schenking?
- Wat als u wilt vermijden dat uw erfgenamen uw vermogen erdoorheen jagen?
- Wat als u uw kinderen niet wilt benadelen door te hertrouwen?
De Erfenisgids. Zaterdag 5 september gratis bij De Tijd.
De tarieven van de schenkbelasting zijn een stuk lager dan die van de erfbelasting. Daardoor zijn schenkingen vaak fiscaal geïnspireerd. Zeker voor mensen zonder kinderen of een partner is dat een motivatie. ‘Als een neef of nicht vererft via een testament, ben je gemiddeld de helft kwijt aan erfbelasting. Voor een schenking valt het tarief een stuk lager uit’, aldus Soutaer.
Of er een belastingbesparing is en hoeveel die dan bedraagt, verschilt naargelang de situatie. ‘Mensen maken zich zorgen aan wie ze iets willen geven, maar ze denken er te weinig over na naar wie de goederen moeten gaan als ook die persoon er niet meer is. Ook die tweede overgang kan fiscaal geoptimaliseerd worden’, zegt Soutaer. Als u enkele modaliteiten koppelt aan een schenking kan u dat een belastingbesparing opleveren.
… maar ‘gegeven is gegeven’
Dat gezegde geldt zeker voor schenkingen, met uitzondering van schenkingen aan een huwelijkspartner. Als u iets geeft, moet u het echt kunnen missen. ‘Soms raakt de relatie tussen de schenker en de begiftigde na verloop van tijd vertroebeld en wil de schenker de schenking ongedaan maken. Maar een schenking terugdraaien, omdat je elkaar vijf jaar niet gezien hebt, kan niet’, zegt Soutaer. Bij een schenking kunnen wel garanties worden ingebouwd.
Voorbeelden van voorwaarden en lasten zijn het behoud van het vruchtgebruik, een bewindsclausule of een vervreemdingsverbod.
Er kunnen ook ontbindende voorwaarden worden opgenomen, waardoor de schenking wordt tenietgedaan zodra de voorwaarden niet vervuld zijn. Dat kan bijvoorbeeld als de begiftigde verslaafd raakt aan alcohol, drugs of een misdrijf pleegt. ‘Daarmee kunt u enkele garanties inbouwen, maar het is niet altijd verstandig. Als u met een schenking een kind wilt helpen om een gezinswoning te kopen, is het beter om uw kind een ruime beschikkingsvrijheid te geven. Als de schenking past in een successieplanning en bedoeld is om de erfbelasting te temperen, kunnen dergelijke voorwaarden wel’, zegt Soutaer.
Een ander aandachtspunt zijn tegemoetkomingen van de overheid. ‘Als je je vrijwillig onvermogend maakt, zegt de overheid dat je niet langer moet komen aankloppen. Een schenking kan dus een invloed hebben op bepaalde tegemoetkomingen’, zegt Soutaer. Vraag dat na bij de uitbetalende instelling.
Wanneer?
Schenken doet u per definitie tijdens uw leven. U moet minstens 16 jaar oud zijn en juridisch bekwaam zijn.
Wilt u in extremis nog kunnen schenken, zelfs als u dement bent of in coma raakt? Dat kan, maar dan moet u vooraf een zorgvolmacht hebben opgesteld. Daarmee kunt u een of meerdere personen aanduiden – in het vakjargon ‘lasthebbers’ – die uw geldzaken beheren op de dag dat u daartoe niet meer in staat bent. In de zorgvolmacht kunt u de modaliteiten van de schenking concreet maken.
Hoe?
Wilt u vastgoed schenken, dan moet u altijd verplicht bij een notaris langsgaan. Ook als u bepaalde voorwaarden (‘modaliteiten’) aan de schenking wilt koppelen – zoals een voorbehoud van vruchtgebruik – moet u een beroep doen op een notaris.
Die verplichting is er niet als u roerende goederen, zoals geld, effecten, juwelen of kunst zonder verdere voorwaarden wilt schenken. U kunt ook kiezen voor een hand- of bankgift.
Met een handgift overhandigt u letterlijk een som geld, kunst of juwelen aan de begiftigde. Bij een bankgift schrijft de schenker het geld of een effectenrekening over van de ene naar de andere rekening. In principe is de handgift door de loutere materiële overhandiging een feit. Maar u doet er goed aan achteraf een geschreven document op te stellen. Met zo’n ‘pacte adjoint’ kunt u aantonen dat het om een schenking gaat, en bijvoorbeeld niet om een lening. Met een geschreven document kunt u ook de datum van de schenking aantonen, wat fiscaal belangrijk kan zijn.
Door het betalen van de schenkbelasting hebt u definitief afgerekend met de fiscus: er moet nooit erfbelasting worden betaald, ook niet als de schenker ’s anderdaags overlijdt.
Het grootste verschil tussen een geregistreerde schenking bij de notaris en een bank- of handgift is de schenkbelasting. Die moet niet worden betaald bij een hand- en bankgift, maar wel bij een Belgische geregistreerde schenking. Door het betalen van die schenkbelasting hebt u definitief met de fiscus afgerekend: er moet nooit erfbelasting worden betaald, ook niet als de schenker ’s anderdaags overlijdt. Bij een bank- en handgift is die zekerheid er niet: als de schenker binnen drie jaar overlijdt, moet toch nog erfbelasting worden betaald.
Volgens het Vlaams regeerakkoord zou vanaf 1 januari 2021 die termijn in Vlaanderen naar vier jaar worden opgetrokken.
Kostprijs?
Op een schenking via de notaris moet u altijd schenkbelasting betalen. Het tarief hangt af van wat u schenkt, van de waarde van het geschonken goed en van de verwantschap met de schenker. Elk gewest kan het tarief vrij bepalen. In het Vlaams Gewest varieert het tarief voor vastgoedschenkingen van 3 tot 27 procent voor een schenking tussen (groot)ouders en (klein)kinderen en tussen partners, in het vakjargon een ‘schenking in rechte lijn’. Op schenkingen tussen alle anderen moet u tussen 10 en 40 procent betalen.
In Vlaanderen hebben ouders de mogelijkheid om een – van schenkbelasting vrijgestelde – ‘doorgeefschenking’ te doen, als aan enkele voorwaarden is voldaan. Daarmee kunnen ouders goederen die ze erven maar niet nodig hebben, binnen het jaar na de erfenis gratis ‘doorschenken’ aan de kinderen.
Wie meerdere keren vastgoed wil schenken aan eenzelfde begunstigde, kan maar beter drie jaar tussen twee schenkingen laten. Dat heeft te maken met het opduweffect in de schenkbelasting – in het vakjargon heet dit het ‘progressievoorbehoud’. De tarieven van de schenkbelasting stijgen immers met de waarde van de schenking. Bij de berekening van de schenkbelasting houdt de fiscus rekening met alle schenkingen in de drie voorgaande jaren. Als de schenking binnen drie jaar wordt gevolgd door een nieuwe schenking tussen dezelfde partijen, zal rekening worden gehouden met de waarde van die eerste schenking om het tarief voor de tweede schenking te bepalen.
Behalve de schenkbelasting zult u ook het ereloon van de notaris en 21 procent btw moeten betalen. Voor vastgoed komen daar nog de kostprijs van attesten (bodemattest…) en een overschrijving in het hypotheekregister (een vast bedrag van 230 euro) bovenop.