Erfloze nalatenschappen zijn erfenissen die niet kunnen worden toegewezen, omdat er geen nabestaanden zijn of omdat die niet zijn gevonden door een professionele genealoog. Een genealoog spoort bloedverwanten tot de vierde graad op.
De graad is de ‘stap’ of afstand tussen de overledene in kwestie en zijn bloedverwanten.
- Voor mensen die rechtstreeks van elkaar afstammen, is een graad gelijk aan een generatie. Tussen ouders en kinderen is er één graad, tussen grootouders en kleinkinderen zijn er twee.
- Als de overledene en zijn bloedverwant niet rechtstreeks van elkaar afstammen, moet er geteld worden via de gemeenschappelijke stamouder. Tussen een broer en een zus telt men twee graden: een graad tussen de broer en de ouder en nog een graad tussen de ouder en de zus. Nichten en neven staan tegenover elkaar in de vierde graad.
Is er een minder nauwe familieband, dan erft men niet van elkaar. Enige uitzondering is als de persoon die erft al overleden is. Zijn of haar plaats kan via de zogenaamde plaatsvervulling ingenomen worden door de dichtste afstammelingen.
In sommige gevallen ontstaat er een erfloze nalatenschap omdat de nabestaanden de erfenis weigeren, bijvoorbeeld omdat ze vrezen meer schulden te erven dan inkomsten. U bent immers niet verplicht een erfenis te aanvaarden. Wie een erfenis weigert, moet daar wel een notariële akte van laten opstellen. Wanneer bewezen is dat de schulden groter zijn dan de nalatenschap, is die akte gratis.
De overheid kan een erfenis dus opvorderen als de erfgenamen ze weigeren of als er helemaal geen erfgenamen zijn. In het Belgisch Staatsblad worden de namen en gegevens gepubliceerd van overledenen die geen gekende erfgenamen hebben. Als na deze publicatie in het Staatsblad nog steeds geen reactie komt, worden de bezittingen openbaar verkocht. De opbrengst en het spaargeld van de betrokkene komen in de federale schatkist, na betaling van de erfbelasting aan het gewest. De overheid betaalt in dat geval dezelfde erfbelasting als elke andere erfgenaam, tegen het hoogste tarief voor ‘vreemden’ zoals verre familie en vrienden.
Komt er later toch nog een erfgenaam opdagen? Die kan tot 30 jaar na het overlijden van zijn familielid de nalatenschap van de staat terugvorderen.
In sommige gevallen ontstaat er een erfloze nalatenschap omdat de nabestaanden de erfenis weigeren, bijvoorbeeld omdat ze vrezen meer schulden te erven dan inkomsten. U bent immers niet verplicht een erfenis te aanvaarden. Wie een erfenis weigert, moet daar wel een notariële akte van laten opstellen. Wanneer bewezen is dat de schulden groter zijn dan de nalatenschap, is die akte gratis.
De overheid kan een erfenis dus opvorderen als de erfgenamen ze weigeren of als er helemaal geen erfgenamen zijn. In het Belgisch Staatsblad worden de namen en gegevens gepubliceerd van overledenen die geen gekende erfgenamen hebben. Als na deze publicatie in het Staatsblad nog steeds geen reactie komt, worden de bezittingen openbaar verkocht. De opbrengst en het spaargeld van de betrokkene komen in de federale schatkist, na betaling van de erfbelasting aan het gewest. De overheid betaalt in dat geval dezelfde erfbelasting als elke andere erfgenaam, tegen het hoogste tarief voor ‘vreemden’ zoals verre familie en vrienden.
Als er nog geen verjaring is, kunnen de erfgenamen die zich later bekendmaken, op hun beurt de nalatenschap terugvorderen van de staat, ook als de staat ze definitief in bezit heeft genomen. Dat kan tot 30 jaar na het overlijden.