Woont u louter feitelijk samen – dat betekent dat u op hetzelfde adres gedomicilieerd bent, niet meer dan dat – dan is uw partner geen wettelijke erfgenaam. Wilt u hem of haar niets nalaten, dan hoeft u niets te doen. Wilt u dat wel, dan kan dat door hem of haar op te nemen in uw testament. Hebt u kinderen, dan moet u wel rekening houden met hun wettelijk beschermd erfrecht, zijnde de helft van uw nalatenschap.
Woont u wettelijk samen – dan hebt u een verklaring van wettelijke samenwoonst – dan erft uw partner automatisch het vruchtgebruik op de gezinswoning. Wilt u hem of haar zelfs dat ontnemen, dan kan dat door dat in uw testament aan iemand anders na te laten. Wilt u uw partner meer nalaten, dan is een testament opnieuw de beste weg. Ook hier bent u begrensd door het minimale erfrecht van uw kinderen, als u die hebt tenminste.
Bent u gehuwd, dan is uw partner een bevoorrechte erfgenaam. Dat minimale erfrecht kunt u hem of haar niet ontnemen. Tenzij u kinderen hebt uit een vorige relatie. In dat geval kunt u uw nieuwe echtgenoot volledig onterven, maar u zult dan wel een huwelijkscontract moeten opstellen met daarin een zogenaamde ‘Valkeniersclausule’.
Omgekeerd is het mogelijk uw partner meer na te laten dan zijn of haar wettelijke minimumdeel. Dat kan in een testament, maar u hebt ook andere opties.
Begin met het huwelijkscontract
Aangezien het huwelijkscontract bepaalt welke goederen van welke echtgenoot zijn (en daardoor welke goederen in uw nalatenschap vallen), kunnen echtgenoten met hun huwelijkscontract elkaar extra beschermen. In dat contract kunt u niet alleen het huwelijksstelsel kiezen – gemeenschap van aanwinsten of scheiding van goederen zijn de meest populaire – maar u kunt er ook allerlei clausules in opnemen waarmee u de vermogensverdeling naar eigen wens kunt moduleren. Veel gebruikte clausules zijn het ‘langst leeft al heeft’-beding of het keuzebeding. Met dat laatste kan de langstlevende partner vrij kiezen welke goederen uit de huwgemeenschap hij of zij wenst te krijgen. Op enkele uitzonderingen na kunnen de kinderen de uitwerking van het keuzebeding niet aanvechten.
Met een ‘keuzebeding’ kan de langstlevende partner vrij kiezen welke goederen uit de huwgemeenschap hij of zij wenst te krijgen.
Overweeg te schenken
Echtgenoten kunnen ook aan elkaar schenken. Maar terwijl een schenking in principe onherroepelijk is, geldt dat niet voor schenkingen tussen echtgenoten. Die zijn wel op elk moment herroepbaar, tenzij de schenking opgenomen zou zijn in het huwelijkscontract.
Tip!
Als u iets schenkt aan uw echtgenoot, neemt u in de schenkingsakte het best een 'ontbindende voorwaarde van vooroverlijden' op: daarmee krijgt u de geschonken goederen terug als uw partner vóór u zou overlijden.
Maak via een testament het beschikbare deel over aan uw partner
Met een testament kunt u het beschikbare deel - het deel dat niet voorbehouden is aan de kinderen - overmaken aan uw partner.
Een schenking is in principe onherroepelijk. Maar dat geldt niet voor schenkingen tussen echtgenoten.
Maak gebruik van een 'beding van aanwas'
Een 'beding van aanwas' is een kanscontract waar bij overlijden van de ene partner diens aandeel aanwast of aangroeit bij dat van de andere. Hoewel een beding van aanwas zowel voor vastgoed als voor roerende goederen (zoals een beleggingsportefeuille of levensverzekering) kan, wordt het bij gehuwde koppels vooral aangewend voor roerende goederen. Eigen bezittingen van de partners worden dan in een beding van aanwas opgenomen. Als een van beiden sterft, gaat alles contractueel naar de andere.
Met die werkwijze vermijdt u dat die beleggingen in de nalatenschap terechtkomen en dat er dus erfbelasting op moet worden betaald. De techniek kan ook een alternatief zijn voor schenkingen tussen partners, waardoor schenkbelasting wordt uitgespaard.
Met een aanwascontract moet u omzichtig omgaan. De beide partners moeten een gelijkwaardige inbreng doen en een gelijkaardige levensverwachting hebben. Bovendien wordt in het aanwasbeding het best ook een zogenaamde 'zaakvervanging' opgenomen. Als u bijvoorbeeld een effectenportefeuille bij bank A transfereert naar bank B, zal het aanwasbeding zonder zaakvervanging geen uitwerking meer hebben.