Eerste pijler: het wettelijk pensioen
Het wettelijk rustpensioen is het pensioen dat u tijdens uw loopbaan opbouwt. Het bedrag is afhankelijk van:
- Uw statuut (loontrekkende, zelfstandige, ambtenaar). Het gemiddeld maandelijks brutopensioen van een loontrekkende bedraagt 1.281 euro, dat van een zelfstandige 751 euro en dat van een ambtenaar 2.511 euro.
- De duur van uw loopbaan. Een volledige loopbaan bedraagt 45 jaar. Heeft u slechts 42 jaar gewerkt, dan heeft u recht op een pensioen gelijk aan 42/45. Bepaalde periodes waarin u niet aan de slag was (werkloosheid, ziekte, tijdskrediet), worden ‘gelijkgestelde periodes’ genoemd. Zij tellen deels tot volledig mee voor uw pensioen.
- Het loon dat u tijdens uw loopbaan ontvangen hebt. Hoe hoger dat loon was, hoe meer pensioen u krijgt… tot op een zeker niveau. Het gedeelte van het loon boven een bepaalde limiet (bijvoorbeeld 58.446,94 euro voor loontrekkenden) genereert geen bijkomende pensioenrechten.
- De gezinssamenstelling. Wanneer u gehuwd bent, kan een van de partners een gezinspensioen (verhoogd met 25 procent) krijgen, op voorwaarde dat dit hoger ligt dan de som van de twee individuele pensioenen. Het gezinspensioen is niet van toepassing voor ambtenaren.
Ook al heeft u recht op het maximale wettelijk pensioen - wat zelden het geval is - toch zal dat bedrag helemaal niet volstaan om in uw uitgaven te voorzien wanneer u met pensioen gaat. Om uw pensioeninkomen op te krikken kunt u gelukkig een beroep doen op verschillende andere pijlers waarvan de fiscus er sommige aanmoedigt.
Tweede pijler: het aanvullend pensioen
Werknemers kunnen een groepsverzekering of pensioenfonds genieten als hun bedrijf of sector er zo een heeft afgesloten. De werkgever (en in sommige gevallen de werknemer) stort(en) bijdragen die een fiscaal voordeel opleveren en op termijn een pensioenkapitaal opbouwen. Werknemers van wie de werkgever geen pensioenplan aanbiedt, kunnen sinds 2019 een vrij aanvullend pensioen voor werknemers (VAPW) afsluiten.
Alle zelfstandigen kunnen zelf een aanvullend pensioen opbouwen. Alle zelfstandigen kunnen een vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen (VAPZ) afsluiten. Het aanvullende gedeelte dat ze daarmee opbouwen, is wel zeer beperkt. Daarom kan dat worden aangevuld met een individuele pensioentoezegging (IPT) voor zelfstandigen met een vennootschap en een pensioenovereenkomst voor zelfstandigen (POZ) voor zelfstandigen die werken als natuurlijk persoon.
(Benoemde) statutaire ambtenaren hebben een hoger wettelijk pensioen. Ze hebben geen toegang tot een aanvullend pensioen van de tweede pijler. Contractuele ambtenaren daarentegen kunnen niet rekenen op het gunstige wettelijk ambtenarenpensioen. Sinds 2017 worden de overheidsdiensten wel aangemoedigd om voor deze personeelscategorie een aanvullend pensioen af te sluiten.
Derde pijler: het pensioensparen en het langetermijnsparen
Iedereen, ongeacht het statuut, kan via pensioensparen fiscale voordelen genieten door geld te storten in een pensioenspaarverzekering (gewaarborgd rendement) of pensioenspaarfonds (rendement gerelateerd aan beleggingen). In beide gevallen kunt u in 2020 maximaal een bedrag van 990 euro storten met een fiscaal voordeel van 30 procent, of 1.270 euro met een fiscaal voordeel van 25 procent.
Ook al heeft u recht op het maximale wettelijk pensioen - wat zelden het geval is - toch zal dat bedrag niet volstaan om in uw uitgaven te voorzien als u met pensioen gaat.
Bij het langetermijnsparen is het bedrag dat u kunt sparen en waarvoor u een fiscaal voordeel kunt genieten afhankelijk van uw netto belastbaar beroepsinkomen. Voor 2020 bedraagt het maximaal aftrekbare bedrag 2.390 euro, waardoor u 717 euro aan belastingen kunt besparen.
Vierde pijler: het individueel sparen
Met een beetje geluk beschikt u ook nog over de middelen om op regelmatige basis in de loop van uw leven zelf te sparen, zonder daarvoor fiscaal aangemoedigd te worden. Dat kan via een gewone spaarrekening, een effectenportefeuille (aandelen, obligaties), bepaalde levensverzekeringen enzovoort.
… en zelfs een vijfde pijler: het vastgoed
Sommigen beschouwen vastgoed als een afzonderlijke pijler. Eigenaar zijn van uw eigen woning is inderdaad een bonus bij uw pensioen, zeker als u uw hypothecaire lening volledig heeft terugbetaald. De ‘uitgavenpost’ in uw budget als gepensioneerde verkleint daardoor aanzienlijk.