Er zijn vier verschillende soorten verlof.
1 Moederschapsverlof
De wet voorziet in twaalf weken moederschapsverlof. Verwacht u meer dan een kind, dan krijgt u dertien weken. U heeft ook recht op een moederschapsuitkering. Daarvoor moet u aan een voorwaarde voldoen: u bent verplicht drie weken zwangerschapsrust te nemen. Tijdens die drie weken mag u geen beroepsactiviteiten uitoefenen. Die periode begint 7 dagen voor de verwachte geboortedatum van uw kind en eindigt twee weken na de geboorte. De negen resterende weken mag u tot 36 weken na het verplichte postnatale verlof opnemen. Twee daarvan mag u voor het verplichte prenatale verlof opnemen.
Elke nieuwe mama heeft ook recht op moederschapsuitkeringen. U moet die aanvragen bij uw ziekenfonds. De moederschapsuitkering bedraagt 499,54 euro per week of 249,77 euro voor wie de moederschapsrust slechts deeltijds opneemt.
2 Vaderschaps- of geboorteverlof
Sinds 1 mei 2019 hebben zelfstandigen die ouder of meeouder worden recht op vaderschaps- of geboorteverlof. Aanvankelijk waren 10 dagen voorzien. Voor geboortes vanaf 1 januari 2021 zijn dat er 15. Met een maximum van 20 volledige dagen voor geboortes vanaf 1 januari 2023. ‘Aan dat recht zijn drie voorwaarden verbonden’, legt Jasper Lambrichts van Liantis uit.
Sinds 1 januari 2021 hebben zelfstandige vaders recht op 15 dagen geboorteverlof.
Die drie voorwaarden zijn niet cumulatief. U heeft drie verschillende mogelijkheden om de band tussen de vader en het kind aan te tonen.
- De wettelijke afstamming met de vader en de moeder moet vaststaan. Als u getrouwd bent, is dat automatisch zo. Ongehuwde partners moeten het kind erkennen.
- Staat de afstamming niet vast, dan moet de vader of meeouder samenwonen met de persoon met wie de afstamming wel vaststaat en bij wie het kind zijn hoofdverblijfplaats heeft.
- Feitelijk samenwonende koppels moeten op het ogenblik van de geboorte minstens drie jaar onder hetzelfde dak wonen.
U heeft recht op vaderschaps- of geboorteverlof als u voor de twee kwartalen voorafgaand aan het kwartaal van de geboorte uw sociale bijdragen betaald heeft of als het RSVZ u daarvan heeft vrijgesteld.
Verlengde aanvraagtermijn
Is uw kind geboren in de laatste maand van een bepaald kwartaal (maart, juni, september of december), dan wordt de aanvraagtermijn met een maand verlengd. Wordt uw kind dus bijvoorbeeld geboren in maart 2021, dan loopt de aanvraagtermijn tot 30 juli 2021.
Voor dat verlof van maximaal 15 dagen krijgt u een uitkering. Die bedraagt 83,26 euro per dag, of in totaal 1.248,90 euro. U mag uw verlof wel spreiden voor zover u het opneemt binnen 4 maanden na de dag van de geboorte van uw kind. U kunt dus zelf kiezen om bijvoorbeeld 15 volledige dagen te nemen, 30 halve dagen of zelfs om volledige dagen af te wisselen met halve dagen.
Laten we aannemen dat uw activiteit u niet toelaat 15 dagen van het werk weg te blijven. In dat geval heeft u toch recht op een bijkomende vergoeding op voorwaarde dat u niet meer dan 8 dagen opneemt (of 16 halve dagen). Dat stelsel is van toepassing voor alle kinderen die geboren zijn vanaf 1 mei 2019. U moet uw aanvraag indienen bij het sociaal verzekeringsfonds waarbij u bent aangesloten. Dat moet uiterlijk gebeuren op de laatste dag van het kwartaal volgend op dat van de geboorte.
3 Adoptieverlof
Als u een kind wilt adopteren, kunt u 6 weken adoptieverlof krijgen. Daarvoor moet u zich richten tot uw ziekenfonds. U kunt ook een adoptie-uitkering krijgen. Die bedraagt 499,54 euro per week. U ontvangt de uitkering ten laatste in de maand die volgt op het begin van uw verlof.
4 Het pleegouderverlof
Zelfstandige ouders die gedurende minimaal zes maanden een minderjarig kind opnemen, krijgen - als ze aan bepaalde voorwaarden voldoen - daarvoor maximaal zes weken pleegouderverlof.
Als u twee of meer nieuwe gehandicapte kinderen tegelijk opvangt, heeft u als pleegouder recht op een verlengd pleegouderverlof. U kiest zelf het aantal weken verlof dat u precies wilt opnemen. Tijdens die weken mag u niet werken. U krijgt wel een wekelijkse uitkering van 499,54 euro bruto die ten laste valt van het ziekenfonds.
De maximale duur van het pleegouderverlof wordt sinds 1 januari 2019 om de 2 jaar telkens met 1 week opgetrokken. Dat gaat door tot 2027. Daarna zal de maximale termijn 11 weken bedragen. Beide ouders hebben dan recht op 6 weken. Vervolgens mogen ze de resterende weken onderling verdelen.
De hierboven aangehaalde verlofstelsels hebben een korte duurtijd en hebben geen impact op de berekening van uw pensioen.
Het enige verlofstelsel van langere duur is dat van de mantelzorger. Dat kan tot 12 maanden duren. Gedurende die periode moet de zelfstandige geen sociale bijdragen betalen. Zo kunnen maximaal 4 kwartalen meegerekend worden voor uw pensioen, zonder dat het u een euro kost.
Nog even ter herinnering: het pensioen van een zelfstandige is gebaseerd op drie specifieke kenmerken: de duur van uw loopbaan, uw beroepsinkomsten en de sociale bijdragen die u gedurende uw loopbaan heeft betaald.