netto

Belgen 137 miljard euro rijker in coronajaar

De coronacrisis heeft de gezinnen - globaal genomen - niet verarmd. ©ANP

14 april 2021 18:57

Update 14 april 2021 22:07

De maatregelen tegen de pandemie hebben de gezinnen in 2020 gedwongen zeer veel te sparen. Mede door de stijgende huizenprijzen steeg hun nettovermogen met 137 miljard euro naar een record van 2.807 miljard.

De Belgen hebben vorig jaar een recordbedrag van 40 miljard euro geïnvesteerd in spaar- en beleggingsproducten, zegt de Nationale Bank. 'Dat is onder meer een gevolg van geforceerd sparen.' De coronacrisis maakte het erg moeilijk om veel geld uit te geven. Niet-essentiële winkels en de horeca waren maanden gesloten, er waren reisbeperkingen en veel evenementen waren verboden.

De tegoeden op zichtrekeningen van gezinnen stegen voor het eerst boven 100 miljard euro.

Advertentie

Met de centen die ze opzij konden zetten, waren de Belgen relatief voorzichtig. Ze parkeerden vooral meer vers geld op spaarboekjes (13,8 miljard) en op zichtrekeningen (12,4 miljard). De tegoeden op zichtrekeningen stegen voor het eerst boven 100 miljard euro. Veel spaarders doen niet meer de moeite om geld over te schrijven van de zicht- naar de spaarrekening, omdat een spaarboekje nauwelijks meer opbrengt.

De aanhoudend lage rente heeft ook veel gezinnen ertoe aangezet meer te beleggen. De Belgen investeerden 7,9 miljard in beleggingsfondsen. 'Er was ook een opmerkelijke, hernieuwde interesse voor beursgenoteerde aandelen', signaleert de Nationale Bank. De gezinnen kochten voor 6,2 miljard euro beursgenoteerde aandelen, het hoogste bedrag sinds 2008.

De essentie

De Belgen hebben in 2020 een recordbedrag van 40 miljard euro geïnvesteerd in spaar- en beleggingsproducten.
De maatregelen tegen het coronavirus dwongen de gezinnen meer te sparen.
De prijsstijging van woningen leverde een meerwaarde op van 90 miljard euro.
De gemiddelde Belg heeft een nettovermogen van 244.000 euro.

Kasbons en obligaties

Net als in de vorige jaren blijft de populariteit van schuldbewijzen, zoals kasbons en obligaties, dalen. Het rendement van vastrentende beleggingen is zeer laag omdat de Europese Centrale Bank massaal obligaties opkoopt.

TIP

Slim omgaan met uw portemonnee?

Schrijf u nu in voor de dagelijkse De Tijd Geldtip.

Elke dag (ma.-vrij.) via e-mail - Uitschrijven in één klik

Advertentie

Voorts boekten de gezinnen een meerwaarde van 16,6 miljard op hun financiële beleggingen. Vooral verzekeringsproducten, die hoofdzakelijk in obligaties investeren, werden meer waard. De obligatiekoersen stegen dankzij de daling van de langetermijnrente. Maar op de portefeuille beursgenoteerde aandelen boekten beleggers een minwaarde van 1,3 miljard. De beurzen daalden fors in het eerste kwartaal, maar maakten later op het jaar het grootste deel van de verliezen goed.

De stijging van de huizenprijzen met 5,7 procent leverde een meerwaarde op van zowat 90 miljard euro.

De stijging van de huizenprijzen met 5,7 procent leverde de Belgen een meerwaarde van zowat 90 miljard op, berekende De Tijd. De vraag naar vastgoed, onder meer als belegging, blijft groot. Tegelijk deed de pandemie het aanbod licht dalen. Doordat de aankoop van een woning doorgaans gedeeltelijk gefinancierd wordt met een woonkrediet stegen de schulden van de gezinnen met 11 miljard.

Multimiljonairs

Vooral door de meerwaarde op vastgoed en het zeer vele sparen steeg het nettovermogen van de gezinnen met 137 miljard euro naar een record van 2.807 miljard. Dat betekent dat de gemiddelde Belg een nettovermogen heeft van zowat 244.000 euro en dat het gemiddelde gezin 561.000 euro bezit. Die gemiddelden worden opgekrikt door multimiljonairs en verbergen grote verschillen. Zowat twee derde van de gezinnen bezit minder dan het gemiddelde, een derde bezit meer.

De gemiddelde Belg heeft een nettovermogen van zowat 244.000 euro.

De jongste tien jaar groeide het netto financieel vermogen met gemiddeld 3,3 procent per jaar. Dat is ruim dubbel zoveel als de gemiddelde inflatie. Het aandeel van beleggingsfondsen steeg sinds 2010 van 10,6 naar 15,8 procent en het gewicht van cash en zichtrekeningen groeide van 6,4 naar 9,9 procent. Het aandeel van kasbons en obligaties zakte van 9,3 naar amper 2,4 procent. Een deel van dat geld vloeide wellicht naar gemengde of naar obligatiefondsen. Bij de andere spaar- en beleggingsproducten is er weinig verandering.