Hoe Vlaanderen zijn hoofdstad verliest

Advocaat grondwettelijk recht en praktijkassistent KU Leuven

De PS weigert aan tafel te komen voor een Brusselse regering zolang aan Nederlandstalige kant de N-VA aan boord is. Hoewel zo’n houding onuitgegeven is in de Brusselse geschiedenis, blijft een krachtige reactie van Vlaamse politici uit. En zo kalft de bescherming van de Nederlandstaligen in Brussel verder af.

De Brusselse regeringsvorming is al maanden een ware soap. Bij de verkiezingen kwamen Groen aan Nederlandstalige kant en de MR aan Franstalige kant als overwinnaars uit de bus. Volgens de bijzondere Brusselwet moesten beide eerst in hun taalgroep een meerderheid vormen. MR-kopstuk David Leisterh slaagde daar snel in met PS en Les Engagés, maar aan Nederlandstalige kant verliep het moeizaam. Zonder de omstreden Fouad Ahidar zijn vier partijen nodig voor een meerderheid, terwijl maar twee ministerposten en één functie van staatssecretaris beschikbaar zijn.

De Franstalige partijen, die na de zomer niet langer op de Nederlandstalige partijen wilden wachten, maakten in september gebruik van hun meerderheid in het Brusselse parlement én het feit dat de huidige Brusselse regering (met Groen) ontslagnemend is om op eigen houtje de aanval in te zetten op het kroonjuweel van Groen: de verstrenging van de lage-emissiezone (LEZ). Op die manier werd het belangrijkste programmapunt van de grootste Nederlandstalige partij al van tafel geveegd nog voor de onderhandelingen waren begonnen.

Advertentie
  • De auteur
    Quinten Jacobs is advocaat grondwettelijk recht en praktijkassistent aan de KU Leuven.
  • De kwestie
    De PS weigert aan tafel te komen voor een Brusselse regering zolang aan Nederlandstalige kant de N-VA aan boord is.
  • De conclusie
    Het veto van de PS is onuitgegeven, maar een krachtige reactie van Vlaamse politici blijft uit. Zo kalft de bescherming van de Nederlandstaligen in Brussel verder af.

De Vlaamse partijen reageerden nauwelijks - het politiek opportunisme van het moment om de verstrengde LEZ uit te stellen, was te verleidelijk. Dat op die manier een belangrijk institutioneel precedent werd geschapen dat de komende decennia de onderhandelingspositie van Nederlandstalige partijen ernstig aantast, ontging Open VLD-voorman Frédéric De Gucht volkomen. In een stuk in De Tijd noemde hij de kritiek van Groen op die werkwijze ironisch genoeg ‘een communautair spelletje’. Bij andere Vlaamse partijen bleef het zo goed als stil.

Dominostenen

Dat was een signaal voor de Franstalige partijen om nog een stapje verder te gaan. In La Libre lekte uit dat Leisterh juridisch liet onderzoeken of de bijzondere Brusselwet niet omzeild kon worden om zonder een Nederlandstalige meerderheid te kunnen besturen. Opnieuw reageerde geen enkel nationaal kopstuk van een Vlaamse partij. Alweer een dominosteentje.

Drie weken geleden kwam dan toch een doorbraak aan Nederlandstalige zijde: Open VLD toonde zich bereid om, in ruil voor onder meer een regeringscommissaris, geen minister of staatssecretaris te claimen. De regeringscommissaris zou juridisch niet veel macht hebben, maar met goede afspraken zou die politiek wel voldoende kunnen wegen. Snel na die toegeving werd aan Nederlandstalige zijde een meerderheid gevormd tussen Groen, de N-VA, Open VLD en Vooruit.  

Advertentie
Advertentie

Dat was buiten de PS gerekend, die maandag aankondigde niet met de N-VA te willen onderhandelen én geen regeringscommissaris te aanvaarden. Voor het eerst in de geschiedenis van de Brusselse instellingen doorbreekt een partij uitdrukkelijk de logica van het systeem dat in de bijzondere Brusselwet is vastgelegd en waarbij elke taalgroep zelf kiest welke meerderheid ze wil vormen.

Vernedering en apathie

Hoewel de Franstalige socialisten juridisch niet gedwongen kunnen worden om met de N-VA te besturen, gaat dat manoeuvre lijnrecht in tegen de geest van de wet. De Franstalige partijen dicteren welke partijen met hen moeten besturen.

Vlaamse politici vallen graag over elkaar van verbolgenheid over het schandaal in het OCMW van Anderlecht. Dat mag, maar het staat in schril contrast met de totale desinteresse in de macht om dat op te lossen.

Door de optelsom van Franstalige veto’s bestaat voor de Nederlandstalige partijen mathematisch geen andere optie dan met Groen, Open VLD, Vooruit en CD&V te besturen. En zonder regeringscommissaris voor Open VLD. Concreet zouden de Nederlandstalige partijen dus moeten besturen, met één partij die in het parlement alles moet meestemmen zonder in de regering mee te mogen beslissen. De totale vernedering.

Maar ook nu blijft de grote verontwaardiging uit. Vlaamse politici vallen graag over elkaar van verbolgenheid over het schandaal in het OCMW van Anderlecht. Dat mag, maar ze staat in schril contrast met de totale desinteresse in de macht om dat op te lossen.

Franstalige bondgenoot

De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie is bevoegd voor het administratief toezicht op de Brusselse OCMW’s. Geen enkele partijvoorzitter lijkt ervan wakker te liggen dat de mogelijkheid van Nederlandstalige partijen om nog op dat beleid te wegen stap voor stap wordt uitgehold. De apathie aan Vlaamse zijde wat betreft het bestuur van de hoofdstad en het economisch kloppend hart van het land is totaal.

Wie wel wakker is, is zowaar de voormalig minister-president van het Brussels Gewest Charles Picqué (PS). In een zeldzame sortie in La Libre waarschuwt hij als geestelijke vader van het Brussels Gewest zijn eigen partij voor een totale blokkering van de Brusselse instellingen. Of hoe een Franstalige socialist finaal een betere bondgenoot blijkt voor Nederlandstalige Brusselaars dan Bart De Wever (N-VA) en Tom Van Grieken (Vlaams Belang).

Advertentie
Gesponsorde inhoud