Het zou goed zijn voor Europa mocht Frankrijk wat Duitser worden en Duitsland wat Franser

Hoofdeconoom ING Duitsland

De begrotingssituatie in Duitsland en Frankrijk verontrust ING-econoom Carsten Brzeski. ‘De eurozone heeft in het verleden al pijnlijk moeten meemaken hoe economische divergentie grote problemen kan opleveren.’

Als jonge ambtenaar op het Nederlandse ministerie van Financiën kreeg ik begin deze eeuw een speciale opdracht. Of ik voor de minister een kerstkaart kon schrijven in het Duits? Die was bedoeld voor de Duitse minister van Financiën Hans Eichel. Gerrit Zalm, de toenmalige minister van Financiën in Den Haag, wilde de vredesvlag hijsen. Nederland had maanden geprobeerd om Duitsland en Frankrijk aan de schandpaal te krijgen omdat ze zich niet hielden aan de Europese begrotingsregels. Zonder succes. Duitsland en Frankrijk, de grote jongens, konden de regels van het Europese Stabiliteitspact schenden zonder grote gevolgen.

Het werd een precedent waarmee een belangrijk element van de - nog jonge - monetaire unie vanaf het begin werd ondermijnd. De rest is geschiedenis. Twintig jaar later zijn het opnieuw Duitsland en Frankrijk die de monetaire unie schade berokkenen, met mogelijk verstrekkende gevolgen. Alleen lopen ze ditmaal geen gelijk parcours.

Advertentie

Duitsland lijkt zelfs bereid zijn eigen economie op te offeren om de grondwettelijke schuldenrem te respecteren.

Terwijl Frankrijk en Duitsland begin jaren 2000 met veel lawaai en als partners in crime het plafond van het Stabiliteitspact overschreden, is de situatie ruim twintig jaar later drastisch veranderd maar niet minder dramatisch. Frankrijk heeft vandaag een overheidsschuld van meer dan 110 procent van het bruto binnenlands product (bbp), een gemiddeld jaarlijks begrotingstekort van meer dan 6 procent van het bbp in de afgelopen vier jaar, en overheidsuitgaven die bijna 60 procent van het bbp bedragen. Houdbare overheidsfinanciën zien er anders uit. Het lijkt er ook niet op dat Frankrijk spoed wil maken met bezuinigingen. Neemt Frankrijk het probleem wel serieus? Het eerste begrotingsplan om het tekort pas tegen 2029 terug te brengen naar 3 procent van het bbp valt niet meteen ambitieus te noemen.

Met een overheidsschuld van 60 procent van het bbp houdt Duitsland daarentegen vast aan zijn constitutionele schuldenrem. De Duitsers lijken zelfs bereid hun eigen economie daarvoor op te offeren. Alles voor houdbare overheidsfinanciën.

Explosief

De eurozone heeft in het verleden al pijnlijk moeten meemaken hoe economische divergentie grote problemen kan opleveren. Het ongelijke begrotingstraject dat Frankrijk en Duitsland bewandelen is nieuw en belooft weinig goeds. Het vraagt niet veel inbeeldingsvermogen om te zien hoe explosief de divergentie is voor de hele monetaire unie. De ongelijkheid is niet houdbaar. Ofwel bekeert Frankrijk zich tot meer begrotingsconsolidatie en wat Duitse discipline, ofwel laat Duitsland de schuldenrem los en denkt het eindelijk een beetje Frans.

Frankrijk dat een beetje Duitser wordt en Duitsland een beetje Franser. Het zou heel Europa goeddoen. Want op dit moment draait de Frans-Duitse motor slechter dan een film met Duitse humor in de Franse bioscopen. Van 'Merkozy' of 'Mercron' is geen sprake meer. De Duitse kanselier Olaf Scholz en de Franse president Emmanuel Macron lijken niet van dezelfde planeet te komen. Zowel inhoudelijk al persoonlijk. Het visbroodje met rauwe ui dat Scholz de Franse delegatie bij een straattent in Hamburg aanbod tijdens een Frans-Duitse bijeenkomst is exemplarisch voor een lange reeks van misverstanden en culturele verschillen.

Advertentie

Wellicht is er weer een jonge ambtenaar bij Financiën, ergens in een hoofdstad van een euroland, die nadat zijn of haar minister Duitsland en Frankrijk tot de orde heeft geroepen over enkele maanden nieuwjaarswensen in het Duits en ditmaal ook in het Frans moet schrijven.

Advertentie
Gesponsorde inhoud