opinie

Hebben de staatshervormingen ons land in een kunstmatige coma gebracht?

Professor publieke economie Universiteit van Stirling, verbonden aan KU Leuven en UCLouvain.

Klimaatverandering, oorlogen en de vergrijzing vergen extra investeringen, terwijl het overheidsbudget al onder druk staat. Is ons complexe systeem nog wel in staat de uitdagingen van de 21ste eeuw aan te gaan?

In verkiezingstijden wordt vaak vergeleken met andere landen. De conclusie dat België een soort failed state aan de Noordzee is, is dan snel getrokken door de oppositie. Maar klopt dat? En hoeft dat zo te blijven?

Onze schuldgraad ligt inderdaad bij de hoogste in Europa, maar België heeft zeker nog troeven. Onze groei en onze handelsbalans zijn meer dan behoorlijk, net als onze productiviteit en netto-investeringspositie. De uitgaven om de pandemie en de energiecrisis op te vangen waren eenmalig en ondersteunden net die troeven. Zolang de nominale groei hoger ligt dan de intrestvoet zullen de financiële markten onze schulden maar al te graag herfinancieren. Dat gaat ook op voor landen met een hogere schuldgraad, zoals Japan of de Verenigde Staten.

Advertentie
  • De auteur
    Willem Sas is professor publieke economie aan de Universiteit van Stirling (Schotland) en is verbonden aan de KU Leuven en de UCLouvain.
  • De kwestie
    De vorige zes staatshervormingen, die vooral op pacificatie gericht waren, hebben ons land vleugellam gemaakt om uitdagingen zoals vergrijzing en klimaatverandering aan te gaan.
  • De conclusie
    Er zijn op zijn minst vijf efficiëntere staatshervormingen te bedenken dan het aloude recept van versnippering en decentralisatie.
Advertentie

Wat onze publieke financiën echt onder druk kan zetten, is wat economen de ‘impliciete’ schuld noemen: alle uitgaven die nog moeten komen. Onze vergrijzende bevolking, de uitgeholde defensiecapaciteit en de klimaatverandering brengen aanzienlijke investeringen met zich mee. Daar zijn we niet alleen in. Veel andere landen worstelen met dezelfde vraagstukken, zeker nu vanuit Europa de roep om budgettaire soberheid weer luider klinkt.

Wel uitzonderlijk aan ons systeem is de manier waarop de zes voorgaande staatshervormingen ons land vleugellam hebben gemaakt om dergelijke uitdagingen aan te gaan. Omdat ons federalisme rust op gelijkwaardigheid tussen taalgroepen en relatief veel autonomie aan onze deelentiteiten is toegekend, kan de federale overheid geen directe richtlijnen of doelstellingen opleggen. Dat maakt coördinatie moeilijker dan in andere federaties en zet de nood aan ‘interne’ begrotingsregels extra in de verf.

Maar zelfs al hadden we zo’n begrotingskader en werkten alle (deel)entiteiten mee, dan nog moet federaal eerst een beleidsvisie ontwikkeld worden. Daar zit het tweede addertje onder het gras. De federale ministerraad, die voor de helft bestaat uit Vlamingen en voor de helft uit Franstaligen, beslist met unanimiteit. Ook dat duurt bijgevolg vaak langer dan in andere federaties.

Pacificatie

De vorige staatshervormingen hadden tot doel de communautaire spanningen tussen de taalgroepen te ontmijnen. Vandaar de nadruk op juridische gelijkwaardigheid en de bescherming van minderheden (Franstaligen in België, Nederlandstaligen in Brussel, Duitstaligen in Wallonië). Pacificatie primeerde op efficiëntie. Maar wegens de uitdagingen van de 21ste eeuw, die alle taalgroepen boven het hoofd groeien, kunnen we de vraag stellen of de slinger niet te ver is doorgeslagen.

Advertentie

Er zijn op zijn minst vijf efficiëntere staatshervormingen te bedenken dan het aloude recept van versnippering en decentralisatie.

Nog meer splitsen, wat voor sommigen de enige definitie lijkt te zijn van een staatshervorming, is niet de oplossing. We wonen nu eenmaal niet op een eiland. Een instortende begroting in Brussel of Wallonië heeft vanzelfsprekend een negatief effect op Vlaanderen en zijn kredietwaardigheid, zelfs als je Europa ervan kan overtuigen de begrotingsboetes alleen toe te kennen aan de boosdoeners. Onze economie is te vervlochten. Meteen ook de reden waarom een totale splitsing nefast kan zijn. Vraag dat maar aan de Britten, die veel ‘bregret’ hebben over de brexit.

Waarom dan niet onze schouders zetten onder een eenvoudiger federalisme dat samenwerking en slagkracht bevordert? Net zoals in Duitsland en Zwitserland kan de bescherming van territoriale minderheden dan gebeuren in de eerste kamer van het parlement, waar ook de Brusselaars en de Duitstaligen hun plaats verdienen zodra we de gemeenschappen laten opgaan in de gewesten. Of de deelentiteiten in de huidige provincies, zoals Geert Jennes uitlegt in een helder voorstel dat België wil omvormen naar Zwitsers model. Er zijn op zijn minst vijf efficiëntere staatshervormingen te bedenken dan het aloude recept van versnippering en decentralisatie.

Als pacificatie op efficiëntie primeert, lijkt de kunstmatige coma niet veraf. Tijd om onszelf wakker te schudden.

Advertentie
Gesponsorde inhoud