Advertentie
interview

Brugada: 'Hang een defibrillator aan elke kerk'

Cardioloog Pedro Brugada: 'België heeft te weinig defibrillatoren.' ©Jef Boes

Nederland heeft 100.000 defibrillatoren, België slechts 8.000. Topcardioloog Pedro Brugada vindt dat schandalig en roept elke kerkfabriek op om geld in te zamelen voor een defibrillator.

Pedro Brugada, bekend als cardioloog van topsporters als Nico Mattan en Xavier Malisse, kwam deze week met een boek over het hart uit, een soort gebruiksaanwijzing en onderhoudsboekje over ons cruciale orgaan. ‘Ik ben nog elke dag verbaasd hoeveel zo’n hart aankan', zegt hij. 'Wij cardiologen mishandelen het voortdurend: vriezen, branden, snijden, stilleggen, een kransslagader openrekken zonder dat die ontploft. En het blijft kloppen. Ongelooflijk, toch?’

Ik stel voor om aan elke kerk in het land een defibrillator te hangen. Als er nu één gebouw is dat je overal vindt, en bovendien meteen herkent, is het toch wel een kerk?

Pedro Brugada
Cardioloog

Brugada klaagt het tekort aan publieke defibrillatoren aan, apparaten waarmee je een hart weer op gang kan brengen. ‘Nederland heeft er 100.000, wij 8.000 tot 10.000, vaak in gebouwen die niet altijd open zijn. Mijn voorstel is om aan elke kerk in het land een defibrillator te hangen. Als er nu één gebouw is dat je overal vindt, en bovendien meteen herkent, is het toch wel een kerk? Je zou de kerkfabrieken kunnen inschakelen om geld bijeen te zoeken.’

Brugada vindt ook dat de Belgen nog te veel schrik hebben om een defibrillator te gebruiken of hartmassage te geven. ‘Elke minuut na een hartinfarct vermindert je overlevingskans met zo’n 10 procent. Daarom zou het strafbaar moeten worden als mensen toekijken zonder te helpen. Volgende week zijn de examens gedaan en hebben duizenden scholieren niets te doen in afwachting van hun rapport. Waarom organiseer je dan geen verplichte cursus eerste hulp?’

Topcardioloog Pedro Brugada pleit voor meer defibrillatoren in ons land.

Brugada pleit ook voor een verplichte harttest voor alle kinderen. ‘Ik vind twaalf jaar het beste moment. Het is de leeftijd waarop ze van school veranderen en geld krijgen om over de middag zelf iets te kopen. Een broodje, hoop je. In zo’n gesprek kan een dokter op het gevaar van sigaretten en alcohol wijzen. Misschien weet een kind wel dat er al verschillenden mensen aan longkanker gestorven zijn in de familie en is dat een extra argument. Zo net voor de puberteit  kan je het ook even over seksuele voorlichting hebben. Niet louter een hartonderzoek dus, maar een algemene medische evaluatie waarbij je ook de ouders betrekt.’

Leren luisteren

In 99 procent van de gevallen waarbij patiënten komen klagen over hun vorige arts is de diagnose verkeerd omdat die dokter niet goed luisterde naar hun klachten.

Pedo Brugada
Cardioloog

Brugada kwam al vaak in conflict met zijn collega's, onder meer toen hij niet wou geloven dat die veldrijder Niels Albert op non-actief zetten. Op zijn 65ste neemt hij nog steeds geen blad voor de mond. Over het gebrek aan communicatie bij artsen bijvoorbeeld. 'Ik zie dat bij veel patiënten die bij mij komen voor een tweede of zelfs derde diagnose. In 99 procent van de gevallen was de diagnose verkeerd omdat hun vorige dokter niet goed luisterde naar hun klachten. Nergens in de opleiding is er aandacht voor communicatie. Ik vind dat onverantwoord.’

Het artsenkorps is uiteraard geen homogeen blok. ‘Je hebt de conservatieve idioten aan de ene kant, en de progressievelingen aan de andere kant. Daartussen zit een grote massa die geen van beiden is. Het probleem is net dat de conservatieve kliek het invloedrijkst is.'

Lees het volledige interview zaterdag in De Tijd.

Advertentie
Gesponsorde inhoud