Schat van Alibaba
De komst van Alibaba naar Luik kan helpen de rigide wetgeving rond e-commerce in ons land los te wrikken.
Haalt België op het domein van de snelgroeiende e-commerce eindelijk toch eens een dikke internationale vis binnen? Alibaba kiest Luik als vestigingsplaats voor zijn Europese hub, zegt Terry von Bibra, de Europese topman van de Chinese internetgroep. Die Europese hub is een onderdeel van het plan van Alibaba om verspreid over de wereld zes grote distributiecentra op te richten om vandaar uit aan elke klant binnen de drie dagen zijn pakje te kunnen bezorgen. Op die manier wil het de concurrentie aangaan met het Amerikaanse Amazon. De Chinese groep gooit daar een investeringsbedrag van 16 miljard dollar tegenaan.
Als Alibaba toch de Europese markt wil veroveren, is het voor ons beter dat het dat vanuit België doet.
Door de hoge loonkosten en de te strakke reglementering liep ons land de voorbije jaren belangrijke buitenlandse e-commerce-investeringen mis, en de arbeidsplaatsen die daarmee gepaard gingen. Bedrijven als Zalando, UPS, Lidl en Amazon nestelden zich met hun distributiecentra net over de grens, in Nederland of Duitsland. De voorbije weken heeft de Nederlandse premier Mark Rutte nog een offensief opgezet om de Alibaba-investering van België te proberen afsnoepen.
De komst van Alibaba naar Luik zou een geweldige trofee zijn voor premier Charles Michel, die zich persoonlijk heeft ingespannen om de keuze voor België bij Alibaba-topman Jack Ma te bepleiten. ‘J’ai un obsession: ce sont les jobs en Belgique’, twitterde Michel begin juli na een gesprek in Brussel met Ma. En het dient gezegd, ook koning Filip heeft daarin een rol gespeeld, door het goede contact dat hij de voorbije jaren opbouwde met Jack Ma tijdens het Wereld Economisch Forum in Davos. Het bewijst dat de aanwezigheid van onze vorst op die topontmoeting wel degelijk nuttig is.
Hoe dik de rode loper is die onze overheden voor Alibaba hebben uitgerold en met hoeveel gouddraad die is bestikt, is niet bekend. Evenmin is al duidelijk hoeveel jobs Alibaba zal creëren. Een paar honderd, misschien op termijn een paar duizend. Voor de Luikse regio, die bezig is met een moeilijke economische reconversie na de teloorgang van de zware industrie daar, is het distributiecentrum in elk geval welgekomen. De Luikse metallo’s moeten worden omgeschoold tot magazijn- en logistieke werkers, en het is een Chinese groep die Luik economisch moet helpen optillen. ‘Il faut aller chercher la croissance là où elle se trouve’, zei premier Michel daarover in zijn zelfde Twitter-bericht. De kansen die zich aandienen, moeten we inderdaad met beide handen grijpen.
Het distributiecentrum in Luik moet Alibaba helpen de Europese markt te veroveren. Het zal extra concurrentie brengen voor de Belgische spelers die ook een stukje van de e-commercehandel naar zich toe zullen halen. Maar het is sowieso een markt waarop vooral de grote jongens als Alibaba, Amazon, Zalando en eventueel nog een Bol.com de strijd zullen uitvechten. En als Alibaba zijn vizier toch op Europa richt, is het voor België beter dat het zijn uitvalsbasis in ons land vestigt, in plaats van net over de grens in Nederland, Duitsland of Frankrijk.
De komst van een gigant als Alibaba kan er ook toe bijdragen dat de arbeids- en andere wetgeving in België e-commercevriendelijker wordt. Want zo’n grote speler die hier veel werknemers heeft, kan meer (lobby)gewicht in de schaal werpen. Daar kunnen andere bedrijven die e-commerceactiviteiten ontplooien op meesurfen.