Advertentie

Istanbul verdient de organisatie van de Olympische Spelen. Maar Erdogan?

©IMAGEGLOBE

Wie haalt vandaag de Olympische Spelen 2020 binnen, Istanbul, Madrid of Tokio? De Turkse premier Erdogan heeft er alle vertrouwen in dat zijn Olympische droom intact blijft. Het Olympisch beton is doping voor zijn regime.

Door Dirk Vermeiren, correspondent in Turkije. Woont sinds 2002 in Istanbul

De regering-Erdogan zet hoog in met de kandidatuur van Istanbul voor de Spelen in 2020. Erdogan wil de Spelen niet alleen binnenhalen voor het prestige. In de campagne voor de verkiezingen in 2011 nam zijn AK-partij met de slogan ‘Doelwit 2023’ een voorschot op de macht voor het volgende decennium. De weg daarheen moet geplaveid worden door een sterke economie.

Advertentie

De bouwsector is daarvan de motor. Met die sector bedient Erdogan zowel zijn achterban als de zakenwereld. Miljoenen arbeiders vinden er werk, en de bouw is uitermate geschikt om de grote industriële groepen te vriend te houden. Nu Turkse aannemers hun activiteiten in het Midden-Oosten door sociale onrust terugschroeven, zouden Olympische werven goed van pas komen.

Het budget voor Istanbul 2020 is het veelvoud van dat van concurrenten Tokyo en Madrid (resp. 19,4 miljard, 4,5 miljard en 1,9 miljard dollar). In het nadeel van Turkije zou kunnen spelen dat London 2012 een trend leek in te zetten van ‘Less is more’ en groene Spelen. Daar heeft de regering Erdogan de perceptie zeker niet mee.

Bouwwerf

Istanbul is één grote bouwwerf. Er zijn ook de derde brug over de Bosphorus, de bouw van nieuwe voorsteden, een derde luchthaven, een kanaal dat de Zwarte Zee en de Zee van Marmara verbindt, de bouw van een megamoskee, de inplanting van grote winkelcomplexen, een terrein voor massamanifestaties (landwinning op zee) en de verhuis van de Nationale Bank vanuit Ankara naar Istanbul.

‘Bridge together’ is de weinig inspirerende slogan voor internationaal gebruik. Istanbul is de enige stad ter wereld die twee continenten verenigt. Qua geografie en topografie heeft Istanbul inderdaad een aantal troeven die haar geschikt maakt voor de Spelen. In die zin ‘verdient’ Istanbul de organisatie, onderschreven door de slogan voor binnenlands gebruik: ‘Omdat we het verdienen’. Maar die slogan heeft ook een ideologische dimensie.

Ook al komt in de Istanbul 2020-promospot geen enkele vrouw met hoofddoek voor, de premier merkt geregeld op dat de Spelen nog nooit plaats vonden in een islamitisch land. Religie als verkoopsargument dus. Natuurlijk zijn levensbeschouwelijke overtuigingen geen criterium in het lastenboek van het Internationaal Olympisch Comité (IOC), toch kan dit in het voordeel van Istanbul uitvallen. De moslimwereld kan best wat goed nieuws gebruiken.

Slechte verliezer

Het IOC moet wel beseffen dat Erdogan een slechte verliezer is. Als hij straks van een kale reis terugkeert, valt gegarandeerd het woord ‘islamofobie’. Het zou trouwens niet de eerste keer zijn dat Erdogan blijk geeft maling te hebben aan het Olympische motto ‘Deelnemen is belangrijker dan winnen’. Toen de Turkse delegatie in London 2012 de eerste week onder niveau presteerde, liet hij weten dat er bij gebrek aan eigen talent dan maar atleten geïmporteerd moesten worden uit het buitenland.

Advertentie

Dat getuigde van weinig respect voor de Turkse atleten, die opereren in een land met een zeer beperkte sportcultuur. Behalve voor voetbal en basketbal is de belangstelling van publiek en media in Turkije voor sport ondermaats. Slechts een verwaarloosbaar deel van de bevolking doet actief aan sport, en vrouwen hinken achterop. In theorie zou de toewijzing van de Spelen de aanzet kunnen geven tot het ontwikkelen van een participerende sportcultuur, maar daar is de religieuze factor dan weer geen voordeel.

Mensenrechten

De regering heeft zich al ingedekt tegen eventueel verlies. Als Istanbul de Spelen misloopt, ligt dat volgens minister voor EU-zaken Bagis aan de recente straatprotesten in het land. Die protesten, begonnen met het kappen van het Gezi Park in hartje Istanbul, waren een reactie op de gevolgen van een reactionair, neoliberaal beleid. Het was te verwachten dat de activisten ook vragen zouden stellen bij de impact van de Spelen op de stad.

Het politiegeweld tegen de manifestanten en de retoriek van de premier maken echter duidelijk dat de autoriteiten geen geduld hebben met dissidentie. Maar wat dat betreft hoeft Istanbul 2020 zich geen zorgen te maken. Het IOC heeft zich in zijn keuze nog nooit laten leiden door mensenrechten.

Het gevaar zou voor Istanbul wel eens uit sportieve hoek kunnen komen. De Turkse sportwereld wordt geplaagd door dopingschandalen die zo omvangrijk zijn dat er sprake is van een heuse dopingcultuur. Het gebrek aan toezicht op atleten en hun omkadering zou wel eens tegen Istanbul 2020 gebruikt kunnen worden. Maar tot nader order is de Olympische droom van Erdogan intact. Voor zijn regering is het Olympische beton doping.

Advertentie
Gesponsorde inhoud