Handelsoorlog legt zwakte Wereldhandelsorganisatie bloot
De VS drijven de handelsoorlog vooral met China op de spits en dreigen ermee de Wereldhandelsorganisatie te verlaten. Die instelling staat erbij en kijkt ernaar. Was ze niet in het leven geroepen om handelsoorlogen te vermijden? Waarom krijgen we dan dit scenario?
Door Hylke Vandenbussche, hoogleraar internationale economie aan de KU Leuven
Is de Amerikaanse president Donald Trump een kamikaze? Of zit er meer achter de handelsoorlog met China waar hij op aanstuurt? De oorzaak van deze handelsoorlog moet niet ver gezocht worden. Al jaren vinden vooral de Amerikanen dat de Wereldhandelsorganisatie (WHO) tekortschiet.
Een van de belangrijkste tekortkomingen is dat een mondiaal mededingingsbeleid of globale concurrentieregels waaraan elk land verondersteld wordt zich te houden niet bestaan. De Wereldhandelsorganisatie heeft een internationaal mandaat om handel tussen landen te reguleren, maar verder reikt dat niet. De regels van de Wereldhandelsorganisatie bieden weinig mogelijkheden om een land als China, waar staatssubsidies nog altijd veelvuldig bestaan, te bestraffen of te beteugelen. Concurrentiebeleid behoort tot de jurisdictie van individuele landen.
Als een land als China veel soepeler regels voor staatssteun aan bedrijven hanteert, kunnen zijn handelspartners daar weinig tegen beginnen. In de Wereldhandelsorganisatie is hun enige mogelijkheid China straffen met antidumping- en antisubsidietarieven op producten waarvan ze vermoeden dat de productie gebeurt met staatssteun.
Al jaren voeren de VS, maar ook de Europese Unie een actief antidumpingbeleid, in hoofdzaak tegen China. Voor specifieke producten die China uitvoert worden invoertarieven opgelegd, telkens voor een periode van vijf jaar. Jaarlijks worden een vijftigtal Chinese producten onderworpen aan heffingen, zowel door de US als door de EU.
Als de VS tarieven opleggen aan China worden Chinese producten op de Amerikaanse markt duurder. Een invoertarief maakt subsidies door de Chinezen dus minder interessant. Als China daardoor afziet van zijn subsidies, dan heeft een handelsoorlog toch dat bereikt.
Handels- en concurrentiebeleid moeten hand in hand gaan. Open markten zonder gemeenschappelijke concurrentieregels leiden tot ongenoegen.
Maar nu zien we dat het Trump-regime zich niet beperkt tot het antidumpingbeleid zoals uitgetekend door de Wereldhandelsorganisatie. De VS nemen het heft zelf in handen. Zonder de toestemming van de Wereldhandelsorganisatie en zonder de gebruikelijke procedure kondigen ze tarieven aan, om de Chinezen te dwingen hun subsidiepraktijk versneld te herzien.
Al meerdere jaren uiten de Amerikanen openlijk kritiek op de gebrekkige werking van de Wereldhandelsorganisatie, maar die roep om hervormingen hebben andere landen, onder meer de EU, lauw onthaald, waardoor zo goed als niets veranderd is. Met de openlijke handelsoorlog maken ze meteen hun ongenoegen over het functioneren van de Wereldhandelsorganisatie duidelijk. Die doet er het zwijgen toe. De huidige WHO-baas, Roberto Azvédo, laat niet van zich horen, terwijl de rest van de wereld zich afvraagt waarom de Wereldhandelsorganisatie de VS niet verbiedt op eigen initiatief te handelen.
Spijkerharde garanties
Net als China hadden ook de Oost-Europese landen een traditie van staatssteun. Voor de ex-communistische landen konden toetreden tot de eengemaakte Europese markt werden ze verplicht het EU-concurrentiebeleid te onderschrijven. Daardoor werd het ze min of meer onmogelijk gemaakt om oneerlijk te concurreren met bedrijven uit West-Europa. Alle bedrijven in Europa opereren onder één gemeenschappelijk concurrentiebeleid dat opgelegd wordt vanuit Brussel en de Europese instellingen.
Had de Wereldhandelsorganisatie eerst hervormingen van China moeten eisen in het mededingingsbeleid?
Dat is het grote verschil met de Wereldhandelsorganisatie. In 2001 werd China lid van de WHO, waardoor het toegang kreeg tot de wereldmarkt, maar de WHO-regels leggen niets op aan het concurrentiebeleid dat China moet toepassen. Had China toegelaten mogen worden zonder spijkerharde garanties dat het het spel eerlijk ging spelen? Had de Wereldhandelsorganisatie eerst hervormingen van China moeten eisen in het mededingingsbeleid?
Een land dat uit een communistisch regime komt en de traditie heeft bedrijven te ondersteunen en de economie grotendeels te plannen kan die omschakeling natuurlijk niet op korte termijn maken, maar we zijn bijna twintig jaar na de toetreding. De Chinezen hadden wellicht meer kunnen doen.
Dit debat toont duidelijk aan dat handels- en concurrentiebeleid hand in hand moeten gaan. Open markten zonder gemeenschappelijke concurrentieregels leiden tot ongenoegen.
In de huidige handelsoorlog staat geen termijn op de invoertarieven. Dit leidt tot onzekerheid en heeft een veel grotere impact dan antidumpingtarieven, die wel afgebakend zijn in de tijd
Voor de VS lijkt de maat in elk geval vol. Het probleem is dat in de huidige handelsoorlog geen termijn staat op de invoertarieven. Dit leidt tot onzekerheid en heeft een veel grotere impact dan antidumpingtarieven, die wel afgebakend zijn in de tijd.
Grijpt de Wereldhandelsorganisatie deze existentiële crisis aan om iets te veranderen? Verlaten de VS de Wereldhandelsorganisatie? Wordt China uit de Wereldhandelsorganisatie gezet? Allemaal vragen waarop we het antwoord niet kennen. In elk geval is duidelijk dat instellingen waarvan de kwaliteit niet goed is het best veranderen.
Meest gelezen
- 1 'Markt onderschat groei bij D'Ieteren, Sofina en Brederode'
- 2 Europa geeft België uitstel voor begroting, met strenge voorwaarden
- 3 Hoe groot zijn de verschillen tussen onderwijzers en werknemers?
- 4 IT van de Vlaamse gemeenten komt in Canadese handen
- 5 Spanje wil belasting van 100 procent voor huizenkopers van buiten EU