ABVV: 'Een pensioenhervorming op maat van de happy few'
De pensioenvoorstellen van formateur Bart De Wever zijn een zware aanval op een aanzienlijk deel van onze gepensioneerden, stellen Raf De Weerdt, Olivier Pintelon en Niels Morsink van het ABVV.
Uit de uitgelekte details over de pensioenhervorming in de zogenaamde supernota blijkt dat formateur Bart De Wever (N-VA) de komende jaren ruim 3 miljard euro probeert te beknibbelen op de pensioenuitgaven. De rode draad is duidelijk: voltijders met modelloopbanen ontspringen de dans, arbeidsongeschikten, deeltijders, werkzoekenden en weduwen betalen het gelag. Wat voorligt, is een pensioenhervorming op maat van zondagskinderen.
- De auteurs
Raf De Weerdt, Olivier Pintelon en Niels Morsink zijn experts sociale zekerheid bij het ABVV. - De kwestie
Formateur Bart De Wever probeert de komende jaren te beknibbelen op de pensioenfactuur, blijkt uit de supernota. - De conclusie
Voltijders met modelloopbanen ontspringen de dans. Arbeidsongeschikten, deeltijders, werkzoekenden en weduwen betalen het gelag.
De supernota stelt eufemistisch de ‘band tussen effectieve arbeidsprestaties en de opbouw van pensioenrechten te willen versterken’. In realiteit zijn er nauwelijks maatregelen om het wettelijk pensioen te versterken. Het vervroegd pensioen op 60 jaar na 42 jaar loopbaan lijkt niet meer dan een zoethoudertje. De voorwaarden opgenomen in de kleine letters zijn te streng.
Wat echt opvalt, is de intentie om ruim 3 miljard euro te besparen op de kap van vrouwen en wie ‘pech’ had in de loopbaan. Vooral wie geen 35 jaar ‘effectieve tewerkstelling’ kan voorleggen, dreigt het kind van de rekening te worden. Voor hen staat het minimumpensioen op de helling en vervroegde pensionering komt voor hen met een ‘pensioenmalus’.
Ziekte en zorg
Ze zijn met een half miljoen, het leger langdurige zieken. Door de vergrijzing op de arbeidsmarkt, de combinatie arbeid-gezin en het gebrek aan werkbaar werk vallen almaar meer werknemers langdurig uit. Denk aan de gevolgen van fysiek zwaar werk en mentale problemen zoals burn-out en depressie. In plaats van werkbaar werk te stimuleren, presenteert de supernota langdurige zieken de rekening. Tijdens ziekteperiodes bouwt men pensioenrechten op aan minimumrecht, en door de voorwaarde van 35 jaar effectieve tewerkstelling is toegang tot het minimumpensioen hoogst onzeker.
Naar schatting 60 procent van de toekomstige rechthebbenden verliest het recht op het minimumpensioen, zeven van de tien zijn vrouwen.
Ook deeltijders lopen risico. Dat zijn in vier op de vijf gevallen vrouwen. Zij werken vaak in sectoren met weinig voltijdse vacatures, bijvoorbeeld als poetshulp of bediende in de handel, en werken deeltijds om zorg te dragen voor anderen. Die vrouwen moeten vrezen voor hun minimumpensioen. Voor hen is het moeilijk te voldoen aan de voorwaarde van 35 jaar ‘effectieve tewerkstelling’ met daarin elk jaar minstens halftijdse tewerkstelling. Naar schatting verliest 60 procent van de toekomstige rechthebbenden op het minimumpensioen dat recht, zeven van de tien zijn vrouwen.
Het is een aberratie. Volgens de OESO heeft België na Slovakije de strengste toegang tot het minimumpensioen. Wat is de logica van een adequaat minimumpensioen dat alleen voor een beperkte groep is?
Als klap op de vuurpijl dreigt voor langdurig zieken en deeltijders bij vervroegde pensionering de pensioenmalus. Per jaar vervroegde pensionering zou het wettelijk pensioen met een percentage worden gekort, op termijn 5 procent per jaar. Wie volgend jaar op pensioen gaat op 61 jaar, verliest zo een kwart van het pensioen.
Werk en leven
Een derde groep die De Wever viseert, zijn de werkzoekenden. De beperking van de werkloosheidsuitkering tot twee jaar heeft een grote symboolwaarde en treft ruim een derde van de werklozen, in Vlaanderen zijn dat er bijna 50.000. Ze verliezen hun maandelijkse vervangingsinkomen en worden bij pensionering jaren later geconfronteerd met gaten in de loopbaan. Maar ook wie tussen twee banen in zit, kan de pensioenhervorming later voelen in de portemonnee. Tijdens werkloosheidsperiodes zou de pensioenopbouw beperkt worden tot het minimumrecht. Ook wie werkloos is, ondervindt de gevolgen.
Een vierde groep zijn de weduwen. Het overlevingspensioen biedt vanaf 50 jaar een sociaal vangnet aan de langstlevende echtgenoot. Het stelsel is van groot belang voor vrouwen met een zwakke positie op de arbeidsmarkt, zoals huismoeders. De supernota stelt voor het overlevingspensioen te vervangen door een overgangsuitkering van twee jaar. Het Grondwettelijk Hof oordeelde in 2017 dat een verhoging van de minimumleeftijd voor het overlevingspensioen niet constitutioneel was en voor zwakke profielen op de arbeidsmarkt een achteruitgang vormde.
Ons wettelijk pensioenstelsel moet sociaal en financieel duurzamer. De vergrijzing vormt een uitdaging en zal de pensioenuitgaven de komende jaren doen stijgen. Wat we niet nodig hebben, is een pensioenhervorming met oogkleppen. De politieke sherpa’s nemen hun eigen leefwereld als referentie: voltijders met modelcarrières in uitdagende banen. Wie niet aan dat ideaal voldoet, valt uit de boot. Daarom een advies voor de regeringsonderhandelaars: breng de impact in kaart voor werknemers met minder fortuinlijke loopbanen. De experten van het Planbureau kunnen helpen de blik te verruimen.
Meest gelezen
- 1 Belfius wil stad Bergen niet financieren na doorbraak extreemlinkse PTB
- 2 Met levering landmijnen aan Oekraïne gooit Biden volgend wapentaboe overboord
- 3 Nvidia overtreft opnieuw de verwachtingen
- 4 Topinvesteerders klimmen aan boord bij Waalse techparel Odoo
- 5 Golf aan betaalbare e-auto’s op komst, met dank aan strenge uitstootregels