Telecomwaakhond zet deur open voor delen hoge glasvezelkosten
De telecomregulator BIPT zet de deur open voor meer samenwerking tussen telecomoperatoren in de uitrol van ultrasnelle glasvezelnetwerken. Analisten hebben het over een 'majeure gamechanger'. Wat betekent dat voor bedrijven en de consument? Alles wat u moet weten op een rij.
Wat heeft het BIPT meegedeeld?
In een mededeling die donderdagavond in relatieve stilte op de website van het BIPT werd gepubliceerd, effent de telecomwaakhond het pad voor meer gezamenlijke investeringen van telecomoperatoren in de uitrol van hun glasvezelnetwerk. Dat klinkt misschien niet meteen als vuurwerk, maar het kan de operatoren zeer veel geld besparen.
Die telecomoperatoren, met Orange Belgium en Proximus op kop, waren de voorbije maanden vragende partij om meer te mogen samenwerken. De uitrol van een glasvezelnetwerk is peperduur. In dichtbevolkte steden verdien je zo'n investering gemakkelijk terug, daarbuiten veel minder. Bovendien is glasvezel zo krachtig dat ze met gemak de trafiek van verschillende spelers tegelijk aankan. De telecomspelers vonden het dan ook logisch om voor een stuk fiberinfrastructuur te delen.
Het BIPT toonde zich echter een koele minnaar van co-investeringen. De regulator vond netwerkconcurrentie vitaal in het aanjagen van zowel de concurrentie als de kwaliteit. De waakhond leek ook rond glasvezel vast te houden aan die visie, behalve dan in zeer specifieke situaties, zoals erg afgelegen gebieden. Dat het BIPT nu laat weten bereid te zijn 'alle overeenkomsten of ontwerpovereenkomsten te bestuderen die de operatoren zouden willen sluiten, onafhankelijk van de betrokken geografische zones, dit wil zeggen beperkt tot minder dichtbevolkte zones van het grondgebied of niet', wordt als een kleine revolutie gezien.
Maar het BIPT zet de deur ook niet wagenwijd open. Eventuele samenwerkingen moeten voldoen aan een hele resem voorwaarden en nog altijd voorgelegd worden aan de mededingingswaakhond BMA. Maar dat de regulator zich wel meer openstelt voor co-investeringen, wordt in de sector erg warm onthaald.
Waarom neemt het BIPT deze bocht?
Eerst en vooral, het BIPT wil niet spreken van een bocht. Woordvoerder Jimmy Smedts heeft het over 'een verduidelijking van het beleid in het licht van de evoluties op het terrein'.
Semantische discussies daargelaten, zijn volgens ingewijden de voorbije maanden de geesten gerijpt bij de regulator. Daarin speelt mee dat co-investeringen in zowat alle andere Europese landen de norm zijn in glasvezel én dat België onderaan in de Europese glasvezelrace bengelt. Dat heeft dan wel te maken met de goede kwaliteit van onze huidige internetinfrastructuur, toch kan onze glasvezeluitrol een duwtje in de rug gebruiken.
Wat betekent dit voor de telecomoperatoren?
Voor de telecomspelers kan deze beslissing, om het even met de woorden van Degroof Petercam-analist Kris Kippers te zeggen, een 'majeure gamechanger' zijn. 'Dit verandert alles', schrijft Kippers in een analyse.
Hoewel het nog vroeg dag is, neemt de mededeling van het BIPT voor een stuk de dreiging weg dat operatoren gigantische sommen uitgeven aan moeilijk te rentabiliseren stukken netwerkinfrastructuur. Kippers: 'Het risico op overinvesteringen was groot en was de voorbije maanden een belangrijke rem op de beurskoers van de telecomoperatoren.'
Bij Proximus lopen de kosten van de glasvezeluitrol tegen 2032 op tot boven 9 miljard euro, bij Wyre (de joint venture van Fluvius en Telenet) is dat 2 miljard. Samen is dat meer dan 11 miljard euro.
Dit verandert alles.
Samenwerken is overigens niet alleen financieel aantrekkelijk. Ook logistiek kan het goed uitdraaien. Het is immers bijzonder moeilijk voldoende mensen te vinden om de enorme infrastructuurwerven van de fiberuitrol te bemannen. Ook op dat vlak kunnen stukken gedeeld netwerk soelaas bieden en de uitrol vergemakkelijken.
De operatoren zijn dan ook unaniem positief over de mededeling. Proximus, Orange Belgium, Wyre (de joint venture met Fluvius waarin de netwerkactiviteiten van Telenet zitten) en de nieuwkomer Digi Belgium onthalen de boodschap van het BIPT als erg positief. Ook beleggers waren vrijdag enthousiast.
Wat betekent dit voor de consument?
Die vraag is in dit vroege stadium het moeilijkst te beantwoorden. Maar uit de mededeling van het BIPT valt op te maken dat de regulator eist dat de besparingen ook doorsijpelen naar de consument.
Dat kan resulteren in lagere groothandelsprijzen voor spelers die willen gebruikmaken van de netwerkinfrastructuur. ING-analist David Vagman stipt bijvoorbeeld aan dat de nieuwkomer Digi Belgium - de mobiele operator die volgend jaar van start gaat - een veel eerlijker gelijk speelveld krijgt om een vuist te maken. Dat zal de gevestigde operatoren misschien marktaandeel kosten, maar zou de consument ten goede moeten komen.
Meest gelezen
- 1 Ghelamco-eigenaar Paul Gheysens verkoopt duurste penthouse van België
- 2 Vlamingen met buitenlands vastgoed verliezen voordeel bij aankoop gezinswoning
- 3 Vlaamse regering bikkelt over vermogenstoets voor renovatiepremies
- 4 Van 365-yoghurt tot Cara Pils: huismerken als geheim wapen van de supermarkten
- 5 Onverwachte krimp Europese economie duwt euro naar laagste peil in twee jaar