Op bezoek in het Belgische datacenter van Google

De bevelen vooraf waren strikt: ‘Afspraak om 9u30 op de parking van Menlo Warehouses. Vanaf deze parking vertrekt een bus: u bent tien minuten onderweg naar het nieuwe Google Data Center.’ Wanneer we even na half tien de parking oprijden, is het busje al vertrokken. Maar we hebben geluk: de chauffeur rijdt één keer terug om de laatkomers op te pikken. Orders voor de cameraploegen op de bus: ze mogen beelden schieten van de toegangspoort van het technologiepark. Daarna moeten de camera’s uit, tot we in het gebouw zijn waar twee medewerkers van Google samen met burgemeester Elio Di Rupo en minister voor Digitale Agenda Alexander De Croo (Open VLD) de pers te woord zullen staan over de uitbreiding van het Googles datacenter.

Het Google Data Center in Saint-Ghislain op Google Maps.

Op weg naar de nieuwe vleugel op het terrein rijdt het busje langs de hardware van het serverpark: witte waterkoeltanks die zijn aangesloten op anonieme industriegebouwen waarin zich vermoedelijk de servers bevinden. De servers zelf krijgen we niet te zien. Zelfs niet van wat verderaf. Proberen heeft geen zin, zo blijkt wanneer we bij het uitstappen kwansuis het terrein opwandelen en onmiddellijk in het vizier van twee security-agenten komen. In onze rug vloekt een cameraman: ‘We mogen echt niets filmen.’

Google streek in 2007 neer in Saint-Ghislain, in het hart van de Borinage, met een investering van 250 miljoen euro. Die vestiging is vandaag een van de 13 datacenters in de hele wereld. Het veertiende is in aanbouw, in Eemshaven in het noorden van Nederland.

Over wat die datacenters precies doen, blijft de internetreus vaag. Onze zoekopdrachten via de zoekrobot, Google Earth of YouTube ‘binnenhalen’ en de informatie naar ons doorsturen. Hoe dat gebeurt, zijn onze zaken niet. Hoeveel servers daarvoor in Saint-Ghislain tot nog toe nodig waren? Enkele tienduizenden, luidt steeds het vage, officiële antwoord. Hoeveel servers er bijkomen met deze uitbreiding? Niemand in het technologiepark die het ons wil zeggen.

Kinderschoenen

Over de reden van de uitbreiding, die zou neerkomen op een verdubbeling van de capaciteit, wil Google-manager Freddy Bonhomme wel iets kwijt. ‘Toen we rond de millenniumwissel ons eerste datacentrum openden, bestond YouTube nog niet en stond Gmail nog in zijn kinderschoenen. Vandaag heeft iedereen zijn persoonlijke computer in zijn broekzak steken. Elke minuut wordt 300 uur aan videomateriaal op YouTube geplaatst. Via Google worden 100 miljard zoekopdrachten per maand uitgevoerd. 15 procent van de dagelijkse zoekopdrachten zijn nieuwe opdrachten. U begrijpt waarom deze uitbreiding zich opdrong.’

De technologiereus investeerde 300 miljoen euro in de uitbreiding. Het technologiepark van Google stelt vandaag 300 mensen tewerk. De helft daarvan komt uit de regio rond Bergen en is laaggeschoold. Daarnaast is Google ook goed voor 1.200 afgeleide jobs (zie kader). Het zijn cijfers die burgemeester Di Rupo doen duizelen van geluk. Hij haalde Google in 2007 naar Saint-Ghislain in de hoop dat het bedrijf de katalysator zou worden van de digitale transformatie van de veelgeplaagde vroegere steenkoolregio. ‘De komst van Google heeft bijgedragen tot een nieuw hoofdstuk in de reconversie van de Borinage’, zegt de oud-premier euforisch. ‘Deze streek is nu een centrum van uitmuntendheid, waar de technologische successen van morgen in de maak zijn.’