AB InBev en Horeca Vlaanderen willen cafés op Facebook
België telt vele cafés. Maar er verdwijnen er elk jaar ook veel. AB InBev helpt met zijn ‘Horeca-academie’ cafébazen, zeker die van de volkscafés, zichtbaar te worden op de sociale media.
Bijna dagelijks verdwijnt in ons land een café. Data van de federale overheidsdienst Economie leren dat tussen 2009 en 2017 netto 2.461 zaken waar alcohol werd verkocht verdwenen. Dat komt neer op 307 per jaar. ‘De cafécultuur staat onder druk’, zegt AB InBev-woordvoerder Laure Stuyck. ‘Belgen zijn verwend, want er zijn zoveel leuke cafés. Maar we beseffen niet meer hoe uniek zo’n aanbod is.’
De brouwerijgroep AB InBev wil nu lokale cafés zichtbaarder maken via sociale media. Dat is al te merken op Facebook, waar hyperlokale advertenties verschijnen voor een volkscafé in je buurt. Met een klik krijg je er meteen de kortste route naar het café bij.
Daarnaast investeert AB InBev in socialemediaopleidingen voor cafébazen. ‘Uit ons onderzoek bleek dat maar een op de vier cafés een Facebook-pagina heeft, terwijl dat net een enorme zichtbaarheid geeft aan een zaak. Over de aanpak voeren we nog gesprekken met Facebook, maar we willen de cafébazen de impact van sociale media duidelijk maken en hen begeleiden bij het maken van een eigen pagina.’
Uit ons onderzoek bleek dat maar een op de vier cafés een Facebook-pagina heeft.
‘Wij juichen dat toe’, reageert Matthias De Caluwe, de topman van Horeca Vlaanderen. ‘De horeca heeft het niet makkelijk. Hopelijk kan dit initiatief meer jongeren, die online leven, naar onze cafés lokken. Op vraag van onze leden bieden we dit najaar trouwens in het kader van onze gratis ‘Horeca-academie’ ook extra socialemedialessen aan. Omdat we merken dat horecaondernemers het vaak erg druk hebben, willen we helpen hen binnen te loodsen in het digitale tijdperk.’
Eric Ronsse, de eigenaar van Sportpaleis in het Oost-Vlaamse Zingem, heeft de Facebook-pagina van zijn volkscafé te danken aan enkele vaste klanten. ‘Ze hebben er info over onze openingsuren en onze geschiedenis op gezet’, zegt Ronsse, die zijn café, dat vorig jaar zijn zestigste verjaardag vierde en werd opgericht door zijn grootouders, al 19 jaar runt met zijn echtgenote.
‘Het zou handig zijn mochten meer cafés zo’n pagina creëren, al was het maar opdat klanten niet voor een gesloten deur staan.’ Sportpaleis is een ‘vrij café’, dat niet gebonden is aan afnamecontracten met brouwerijen. ‘Een groot voordeel, omdat ik eigenaar ben van het pand en vrij kies welke bieren ik aanbied. Dat zijn er een zeventigtal. Een pintje kost 1,50 euro.’
Hoewel hij naar eigen zeggen ‘goed boert’, zag Ronsse ook in Zingem het aantal cafés slinken. ‘In 1970 had je er nog 45, vandaag drie. De grootste verschuiving de voorbije 19 jaar is dat klanten minder pils maar meer speciaalbier drinken. Onze grote kracht is dat we een volkscafé zijn, waar iedereen elkaar kent. ’s Zondags kaarten hier 85-jarigen met 22-jarigen. We hebben een goed vast cliënteel en we ontvangen als wielercafé ook heel wat fietstoeristen uit de Vlaamse Ardennen.’
Meest gelezen
- 1 Hoe groot zijn de verschillen tussen onderwijzers en werknemers?
- 2 'Markt onderschat groei bij D'Ieteren, Sofina en Brederode'
- 3 IT van de Vlaamse gemeenten komt in Canadese handen
- 4 Financieel vermogen van de Belgen met 1.252 miljard euro op hoogste peil ooit
- 5 Spanje wil belasting van 100 procent voor huizenkopers van buiten EU