Het probleem met de Roemeense tandarts
De bezorgdheid over de toename van buitenlandse artsen in ons land opent een paar andere gevoelige discussies. Heeft een numerus fixus voor de opleiding geneeskunde nog zin? En moeten we dan ook strenger worden voor Franstalige dokters in de Vlaamse Rand?
De verpleegster komt uit Portugal, de tandarts uit Roemenië en de huisdokter uit Nederland of Frankrijk. Voor wie zorg nodig heeft, is dat almaar vaker de realiteit in ons land. In elf jaar is het aantal buitenlandse artsen in ons land verdubbeld naar tienduizend, leren data van de OESO. Het gaat om zowat 1.600 Fransen, evenveel Nederlanders en evenveel Roemenen. In de brede zorgsector zijn er de jongste zeven jaar een derde meer niet-Belgen aan de slag gegaan.
Arbeidsmigratie is in de zorgwereld zowel de oplossing als een probleem.
Dat bracht deze week een debat op gang over de kwaliteit van de zorg. Anderstalige artsen en verpleegkundigen dreigen een patiënt niet te begrijpen, zeker als die zich in de stress van hevige pijn alleen in het Nederlands duidelijk kan uitdrukken. Ook over de kwaliteit van de zorg gaan de alarmbellen af. Volgens de Vlaamse tandartsenbond zijn in ons land tandartsen actief die op Roemeense privéscholen hun diploma haalden zonder het vak te kennen.
Dat toont hoe arbeidsmigratie ook in de zorgwereld zowel de oplossing als een probleem is. Zonder Indiase of Portugese verpleegkundigen zouden veel woon-zorgcentra en ziekenhuizen zonder personeel vallen. In veel ziekenhuizen lopen proefprojecten met Portugese, Spaanse, Indiase of Filipijnse verpleegkundigen. Tegelijk doemen vragen op of de kwaliteit van de dienstverlening niet in gevaar komt.
Miniatuurtje
Wat de zorg overkomt, is een miniatuurtje van de hele economie. 15 procent van de werknemers in ons land heeft niet de Belgische nationaliteit, leerde een studie van het hr-dienstenbedrijf Acerta bij 285.000 bedrijven vorig jaar. Dat aandeel is in vijf jaar met meer dan een vijfde gestegen.
De ironie is dat de zorg niet eens de kroon spant. In de transportbedrijven en de logistiek is een op de drie werknemers geen Belg, in de voeding een op de vier en in de horeca een op de vijf. De zorg zit volgens de Acerta-cijfers met een op de twaalf onder het gemiddelde.
Toch ligt arbeidsmigratie in de zorg gevoelig. Een eerste reden is dat de cijfers in sommige disciplines wel hoog liggen. Van de nieuwe tandartsen die in ons land aan de slag gaan, heeft sinds enkele jaren de helft een buitenlands diploma.
Taal
Een andere reden is dat talenkennis in de zorg geen detail is. Accurate communicatie met een patiënt of andere artsen kan een kwestie van leven of dood zijn. 'Ik wil dat artsen de taal van de patiënt spreken en ik zal daartoe een sluitend voorstel indienen', zei federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) maandag. De artsenvereniging Domus Medica vindt dat een taalbad en taaltoets nodig worden voor wie met een buitenlands diploma als arts in ons land wil werken.
Die ambitie lijkt logisch, maar ze ligt communautair gevoelig. Vooral in de Vlaamse Rand rond Brussel, die voor spoedgevallen wordt bediend door mug-diensten vanuit Brusselse ziekenhuizen, is de gebrekkige kennis van het Nederlands bij sommige artsen al jaren een bron van discussie.
'Ik heb al honderden noodinterventies meegemaakt waarbij de artsen de taal niet kennen', zegt Dirk Devroey, de decaan van de faculteit geneeskunde aan de VUB en huisarts in Overijse. 'Dat is problematisch, omdat voor goede zorg communicatie met mensen in grote moeilijkheden cruciaal is. We trekken al 15 jaar aan de alarmbel en de situatie is al iets beter. Maar er werken nog altijd artsen in Brusselse ziekenhuizen die geen Nederlands spreken.'
Als een buitenlandse arts in ons land aan de slag wil, is er geen taalexamen. Wel moet hij toelating krijgen van de Orde der artsen. Maar dat groen licht kan ook worden gegeven op basis van een belofte de taal te leren, zegt Devroey. 'Er zijn enkele tientallen gevallen van mensen die toelating kregen geneeskunde te beoefenen en nadien geschorst werden omdat ze de taal niet machtig waren of hun kennis ontoereikend was.'
Roemenië
Die ontoereikende kennis kan een probleem zijn. Wie afstudeert als arts in een EU-land, of in Liechtenstein, Noorwegen of IJsland, kan op basis van een Europese richtlijn uit 2005 in al die lidstaten en landen worden erkend als arts.
Die richtlijn is verouderd, zegt Tom Goffin, docent gezondheidsrecht aan de UGent. 'De essentie van die richtlijn 15 jaar geleden was het vrij verkeer van personen. Vandaag is ook op het Europese niveau de focus verschoven naar de kwaliteit van zorg. Tal van kwaliteitsnormen zijn van kracht. Daarom zou je bij een buitenlandse arts niet alleen de opleiding moeten controleren, maar ook die andere criteria.'
De groep buitenlandse tandartsen valt op, omdat ze meer dan gemiddeld aanrekenen.
Een tweede probleem ligt in de controle op de richtlijn. De Vlaamse tandartsenvereniging zegt weet te hebben van privéscholen in Roemenië waar studenten tegen betaling een tandartsdiploma kunnen halen. 'Los van het feit dat ze soms geen woord Engels spreken, kennen ze werkelijk niets van het vak', zei Frank Herrebout, de voorzitter van de Vlaamse tandartsenbond in De Standaard.
De federale ziekteverzekering, het RIZIV, bevestigt die trend. 'We zien twee fenomenen', zegt woordvoerster An-Sofie Soens. 'Buitenlandse, onder wie Roemeense, tandartsen oefenen onwettig het beroep uit en rekenen onterecht of frauduleus geld aan de ziekteverzekering aan. Voorts zien we dat de groep buitenlandse tandartsen opvalt, omdat ze meer dan het gemiddelde aanrekenen.'
Devroey stipt Roemenië als problematisch aan. 'Voor het land in 2007 tot de Europese Unie toetrad, moesten artsen uit Roemenië hier een examen afleggen om de gelijkwaardigheid van hun diploma te laten erkennen. Heel vaak moesten ze hun studies geneeskunde heropstarten in het derde jaar van de zeven. Sinds Roemenië lid van de EU is, wordt dat diploma automatisch als gelijkwaardig beschouwd.'
'Roemenië heeft het hoogste aantal afgestudeerde artsen per duizend inwoners, die zich zonder ervaring over Europa verspreiden', zegt Jeroen van den Brandt, de voorzitter van de artsenvereniging Domus Medica. Ook BVAS, het grootste artsensyndicaat van het land, steunt de vraag om taaltesten.
Numerus fixus
Behalve de communautair gevoelige talenkwestie, de zorgen over de kwaliteit van de zorg en het keurslijf van de Europese wetgeving is er nog een gevoeligheid: de toegang tot een medische opleiding. Die is in België beperkt, omdat de overheid de controle over het medische budget wil behouden.
De achterliggende redenering is dat er een medische vrijheid heerst: patiënten mogen vrij hun dokter kiezen en die mag hen behandelen. De kosten worden grotendeels terugbetaald door de federale ziekteverzekering. Om die vrijheid te combineren met de betaalbaarheid beperkt de overheid de toegang tot de artsenopleiding. Jaarlijks beginnen aan de Vlaamse universiteiten 1.600 studenten.
Dat geeft een extra dimensie aan de discussie. In het opleggen van talenkennis is enige proportionaliteit nodig, argumenteert Goffin. De lat moet veel hoger liggen voor een huisarts die op zijn eentje patiënten ziet, dan voor een arts die in een groter team of in een labo werkt waar anderen mee de communicatie met de patiënt garanderen.
De strategie het budget van de ziekteverzekering binnen de perken te houden door de instroom van artsen te beperken wordt elk jaar wat meer lek.
Devroey zegt dat argument te begrijpen, maar voegt eraan toe dat het dan toch pijnlijk is jaarlijks 5.000 jongeren te verbieden aan de opleiding geneeskunde of tandheelkunde te beginnen. 'Ze kennen de taal en zouden in het Nederlands worden opgeleid.'
Anders gesteld: de strategie het budget van de ziekteverzekering binnen de perken te houden door de instroom van artsen te beperken wordt elk jaar wat meer lek. Want er komen artsen uit het buitenland, die op basis van Europese wetgeving niet kunnen worden geweigerd, naar België om het werk te doen. 20 jaar geleden waren 4 op de 100 dokters in het buitenland opgeleid, vandaag zijn dat er 14 op de 100.
Devroey vindt het zinvol de toegang tot de opleiding geneeskunde snel te verbreden, des te meer omdat de impact met jaren vertraging voelbaar wordt. 'Wie vandaag aan de opleiding geneeskunde begint, is pas over negen jaar huisarts of pas over elf jaar arts-specialist.'
Oude artsen
Enkele cijfers vormen een argument. '30 procent van de actieve artsen is ouder dan 65 jaar', zegt hij. 'De helft is ouder dan 55 jaar. Wat doen we als zij stoppen?' Devroey voegt eraan toe dat artsen kortere werkweken hebben dan vroeger en vroeger met pensioen gaan dan de vorige generaties geneesheren.
Dat toont waarom de zoektocht naar buitenlandse verpleegkundigen en artsen onverminderd doorgaat, al is het maar om de woon-zorgcentra en de spoeddiensten in de ziekenhuizen draaiende te houden. Alleen duurt zo'n tijdelijke oplossing soms te lang. 'In de woon-zorgcentra werken veel buitenlandse verpleegkundigen die Nederlands leren, maar ook veel die dat niet doen. Ze blijven soms in dienst om de nachtshift te doen, waarvoor niemand wordt gevonden en in principe geen communicatie met de bewoners nodig is. Maar zodra een probleem opduikt, loopt de communicatie met de bewoners of een geneesheer in het honderd.'
Het kabinet van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) heeft deze week contact gehad met de Roemeense autoriteiten om te bekijken hoe ze de kwaliteit van de diploma's van tandartsen controleren. 'De gesprekken zijn constructief verlopen. Er wordt aan oplossingen gewerkt om de kwaliteit en echtheid van tandartsdiploma's te garanderen', zegt de minister.
Deze week liet Vandenbroucke ook al weten dat de wetgeving over de talenkennis van artsen beter moet. 'Ik wil dat artsen de taal van de patiënt spreken en ik zal daartoe een sluitend voorstel indienen', zei hij.
Over de artsenquota reageert Vandenbroucke dat ze twee jaar op rij zijn verhoogd. In Vlaanderen houdt dan in dat na de opleiding 1.244 artsen kunnen starten in ons land en diensten leveren die worden terug betaald door de ziekteverzekering. Rekening houdend met uitval tijdens de studies en met artsen die in het buitenland gaan werken, mogen 1.600 jongeren de studies geneeskunde aan de universiteit aanvatten.
Meest gelezen
- 1 Wall Street maakt grootste sprong sinds 2008 na bocht van Trump
- 2 Terwijl de wereld in brand staat, heerst chaos in het Witte Huis
- 3 Waarom Trump de bocht nam: China en beleggers legden bom onder 'wereldwijd baken van stabiliteit'
- 4 Wall Street maakt grootste sprong sinds 2008 na bocht van Trump
- 5 Soepelere voorwaarde vervroegd pensioen levert maximaal 1 jaar winst op