Aanslag op het spaargeld
Met een eenmalige heffing op spaargeld schieten Europa en het IMF met een kanon op een Cypriotische mug. Om de Russen die massaal zwart geld parkeren op het zonnige eiland te doen dokken, gaat de in Europa ‘heilige’ garantie voor 100.000 euro spaargeld mee in het bad. Van een pervers effect gesproken.
Negen maanden heeft het geduurd vooraleer er serieus werd onderhandeld met Europa en het IMF over een reddingsplan voor Cyprus. Pas na de verkiezingen van vorige maand kwam de operatie in een stroomversnelling. Het eiland zit economisch aan de grond, en sleept een zieke en veel te grote banksector mee, goed voor 600 procent van het bruto binnenlands product (bbp).
Vrijdagnacht beslisten de zeventien ministers van de Eurogroep, ECB-directeur Jörg Asmussen en IMF-topvrouw Christine Lagarde het eiland 10 miljard euro aan leningen toe te stoppen. Maar wel tegen bijzonder drastische voorwaarden: er komt een fikse roerende voorheffing, een hogere vennootschapsbelasting en een soort vermogentaks op spaargeld.
Wie meer dan 100.000 euro bij een Cypriotische bank heeft staan, betaalt een eenmalige heffing van bijna 10 procent; kleinere spaarders moeten 6,75 procent ophoesten. Over de precieze tarieven is er nog een kleine marge voor onderhandeling met de EU en het IMF. Zolang de heffing maar de beloofde 5,8 miljard euro opbrengt.
Met die taks op spaargeld scheppen de europartners een gevaarlijk precedent. Sinds de bankencrisis uitbrak in 2008 is er wetgeving gekomen die deposito’s van spaarders tot 100.000 euro garandeert. Spaarders moeten dus niet vrezen voor hun geld als een bank failliet dreigt te gaan. Die heilige garantie moest vermijden dat spaarders bij de minste onrust hun geld bij de bank weghalen.
De beslissing van de eurogroep vrijdag deed de Cyprioten wel degelijk naar hun banken lopen. Zij vissen achter het net: het spaargeld is er wel nog, maar de overheid heeft de taks al ingehouden. Maar de mist over de spaargarantie op Cyprus riskeert ook in andere eurolanden ongevallen te veroorzaken. De veiligheid van ‘ons’ spaargeld lijkt niet langer heilig in Europa.
Vreemd genoeg heeft geen van de deelnemers aan het nachtelijke euroberaad zich afgevraagd wat het effect zou zijn van deze ‘aanslag’ op de deposito’s. Men wilde vooral een heropflakkering van de turbulentie op de financiële markten vermijden. Daarom vlogen opties zoals een onderhandelde schuldherschikking met de privé-banken, zoals gebeurde in Griekenland, van tafel.
Communicatie is ook dit keer niet de sterkhouder van de Cypriotische deal. Cyprus is een ‘geval apart’, klinkt het in koor bij Eurogroep-voorzitter Jeroen Dijsselbloem en EU-president Herman Van Rompuy. De irritante waarheid is dat het land en zijn banksector een toevluchtsoord bleek voor zwart geld, vooral van de Russische maffia.
De Duitse publieke opinie en dus ook de politici, waren niet bereid op te draaien voor een belastingparadijs, voor bedrijven én particulieren, dat de Europese witwasregels aan zijn laars lapte.
Ook het IMF stelde zware eisen om mee te stappen in het reddingsplan: de Cypriotische schuld moest houdbaar blijven en de banksector teruggebracht tot normale proporties. Met de 17 miljard die het Cypriotische reddingsplan aanvankelijk zou kosten, zou de schuld naar 140 procent van het bbp stijgen. Daarom was het nodig dat Cyprus zelf 7 miljard euro op tafel legde. Daardoor komt de Cypriotische schuld tegen 2020 niet boven de 100 procent van het bbp.
De woede van de Cypriotische bankklant om de roof van hun spaarcentjes is begrijpelijk. De onrust om het wegvallen van de bescherming van de 100.000 euro aan spaargeld in heel Europa terecht.
Toch is het belangrijk de zaken in perspectief te zien: De Cypriotische regering wilde de aandeel- en obligatiehouders van de banken niet verplichten een verlies te nemen in het kader van het reddingsplan, uit vrees alle vertrouwen in het financiële systeem op het kleine eiland kwijt te spelen. En het was ook de Cypriotische regering die de taks op spaargeld als alternatief voorstelde.
Een eerste plan, om vooral de grote vermogens van meer dan 100.000 euro een belasting van 12,5 procent op te leggen, wilde Nicosia niet slikken. Het is dus de Cypriotische regering die de vermogenstaks uitbreidde tot de kleinere spaarders, veelal de eigen bevolking. Nu die woest reageert, probeert president Nikos Anastasiades alsnog de cijfers bij te stellen en de kleine rekeningen te sparen. Maar politiek staat hij voor een moeilijke evenwichtsoefening.
Ook de markten dreigen de komende dagen onrustig te worden door een eilandje van amper 0,2 procent van het Europese bbp. Maar een bankroet van dit luttele landje brengt de eurocrisis in geen tijd terug.
Daarom: vergis u niet van tegenstander. Het is een beetje té makkelijk om nu solidair te zijn met de arme Cypriotische bankklant. Willen we in de eurozone een belastingparadijs dulden dat geld van de Russische maffia witwast? Zijn we tegen een inkomenstaks die wordt uitgebreid tot alle rekeninghouders in Cyprus, zodat ook de Russische maffiosi moeten betalen?
De Cypriotische regering heeft gekozen de kleine spaarder mee in het Russische bad te trekken. ‘Ik zou zelf de garantie voor spaargeld tot 100.000 euro veiliggesteld hebben,’ zo zei de Duitse minister van Financiën Wolfgang Schäuble zondagavond.
De Cyprioten hebben jaren geprofiteerd van de stroom zwart geld uit het buitenland, de omzeggens onbestaande belasting op kapitaal, de lage vennootschapsbelasting. En ja, de Cypriotische burger heeft de regeringen in het zadel geholpen die van Cyprus een belastingparadijs maakten. Dat we daar nu zo mee te doen hebben, is ook een pervers effect.
Meest gelezen
- 1 ETS2, het woord dat uw gasfactuur honderden euro's duurder kan maken
- 2 Na de versoepelde renovatieplicht: ‘Je kan meer voordeel doen door nu een energieverslindend huis te kopen’
- 3 Belgische stroomproductie op laagste peil in zes jaar
- 4 Mandaat vicegouverneur Steven Vanackere bij Nationale Bank afgelopen door politieke impasse
- 5 Tesla ziet verkoop voor het eerst in zijn bestaan dalen