Vrijhandel schept vrede
Ik had me voorgenomen even te wachten vooraleer het opnieuw over Donald Trump te hebben. Helaas moet ik daarop terugkomen. De reden is mijn heel grote bezorgdheid over de onwaarschijnlijke snelheid waarmee de internationale handel wordt gesloopt.
‘Als goederen niet over de grenzen mogen, doen soldaten het wel.’ Frédéric Bastiat
Peter De Keyzer Chief Economist en managing partner Growth Inc
Nauwelijks ingezworen trok president Trump zich al terug uit het TPP, het Trans-Pacific Partnership, een vrijhandelsverdrag tussen de landen rond de Stille Oceaan. Enkele dagen later kondigde hij een mogelijke invoerheffing van 20 procent aan op producten uit Mexico. Ook voor de rest lijkt het hele beleid gestoeld op ‘Buy America’. Wie vrijhandel zo radicaal in vraag stelt, zet de deur open voor conflict en zelfs voor oorlog. Dat klinkt misschien overtrokken maar is het allesbehalve.
Protectionisme bevat de kiemen van conflict. Precies omdat vrijhandel - als tegenpool van protectionisme - het wederzijdse begrip tussen landen verhoogt. Handelspartners zullen altijd minder geneigd zijn mekaar de duivel aan te doen, precies omdat ze elkaar nodig hebben. Vrijhandel is dan ook de meest gesofisticeerde vorm van menselijke samenwerking. Als ik op zondag bij de bakker een brood koop, verhoog ik de welvaart van de hele samenleving. Na de transactie - de bakker krijgt geld en ik krijg een brood - zijn we er allebei beter aan toe. De bakker wil af van zijn brood en wil meer geld in zijn kassa. Ik wil een brood en ben bereid daar geld voor te betalen. Moraal van het verhaal: ik heb de bakker nodig en vice versa. Beiden worden we beter door met elkaar te handelen.
Wat geldt voor een bakker en een consument, geldt net zozeer voor landen. Als Costa Rica ananas verkoopt aan België en wij medicijnen leveren aan Costa Rica, dan is dat eveneens een positive sum game. Beide landen worden beter van de transactie. Wij hebben geen ananas en Costa Rica heeft er veel, zij hebben geen medicijnen en wij produceren ze massaal.
Amerikaans onderzoek over de afgelopen vier decennia geeft aan dat intense handelsrelaties tussen landen de kans op een onderling conflict sterk vermindert. Dat hoeft niet te verbazen. Handelspartners hebben mekaar nodig. Bovendien maakt handel voortdurend overleg noodzakelijk. Internationale handel is dan ook een veel betere garantie op wederzijds begrip en dialoog dan protectionisme. Het is geen toeval dat de Europese Unie is ontstaan uit handelsakkoorden tussen de twee voormalige erfvijanden Frankrijk en Duitsland. Zelfs al na de Eerste Wereldoorlog besefte men dat handel het beste recept zou zijn voor onderling begrip en vrede.
Verontrustend genoeg zijn er ook in Europa veel tegenstanders van vrijhandel en globalisering. Denk maar aan het recente protest van de Waalse minister-president Paul Magnette (PS) tegen het vrijhandelsverdrag CETA. Die vindt het waarschijnlijk fantastisch dat het Trans-Atlantisch Handelsakkoord binnenkort een eersteklas begrafenis krijgt. Maar ook een land als Frankrijk laat zich door het toenemende protectionisme inspireren. Frankrijk is hoe dan ook nooit een grote fan van vrije markten geweest. ‘Achetez Français’ zit er nu eenmaal in de nationale cultuur.
Protectionisme is de eerste stap naar conflict en vijandigheid. Een handelspartner is moeilijker te demoniseren dan een stippellijn op een landkaart. Heffingen op Mexicaanse producten zullen allicht beantwoord worden door Mexicaanse vergelding of zelfs door oplopende spanningen tussen Amerikanen en Amerikaanse hispanics.
Als grootste slachtoffer van mogelijk protectionisme moet België de luidste verdediger zijn van vrije markten, open grenzen en internationale handel.
België moet dan ook heel ongerust zijn over het beleid van Trump. Eerst en vooral zijn we een van de meest geglobaliseerde landen ter wereld. Meer dan 80 procent van onze lonen, winsten en inkomens is rechtstreeks afhankelijk van buitenlandse handel. Een klimaat van protectionisme zal België heel veel geld kosten. In de tweede plaats is er nauwelijks een Europees land dat méér rekent op de EU dan België. We hebben de controle op onze begroting, munt… uitbesteed aan Europa. En de functie van Brussel als hoofdstad van de EU en als thuisbasis van talrijke hoofdkwartieren staat in een wereld van protectionisme ter discussie. De opdracht voor België in een Trump-tijdperk is dan ook heel duidelijk. Als grootste slachtoffer van mogelijk protectionisme moet België de luidste verdediger zijn van vrije markten, open grenzen en internationale handel.
Meest gelezen
- 1 Nvidia overtreft opnieuw de verwachtingen
- 2 Golf aan betaalbare e-auto’s op komst, met dank aan strenge uitstootregels
- 3 Gentse techspeler Lighthouse haalt 350 miljoen euro op en wordt miljardenbedrijf
- 4 Belgen zijn rijker dan gezinnen elders in Europa, maar vermogen is vrij ongelijk verdeeld
- 5 'Rusland viel Oekraïne aan met intercontinentale ballistische raket'