Red niet elk bedrijf, red de welvaart
België heeft het altijd bijzonder moeilijk gehad met creatieve vernietiging.
De huidige crisis heeft veel facetten - gezondheid, sociaal-economisch en sociologisch. Tegelijk is ze een gigantische disruptieve schok voor de economie. Welk bedrijf overleeft in een anderhalvemetereconomie? Welk businessmodel is coronaproof? Een hele stoet aan bedrijven, federaties en belangenorganisaties staat aan te schuiven voor steun. Van horeca tot kleinhandel, van cultuur tot festivals. Wie vandaag elk bedrijf redt, gooit nodeloos geld weg en ondergraaft bovendien toekomstige welvaart.
Wie vandaag elk bedrijf redt, gooit nodeloos geld weg en ondergraaft de toekomstige welvaart.
Dat klinkt op het eerste gezicht hardvochtig. Elk faillissement is een heel pijnlijk en heel persoonlijk verhaal. Op macroniveau is uitgerekend dit proces de kern van innovatie, groei en welvaartscreatie. De term die daarvoor gebruikt wordt, is creatieve vernietiging. Oude ideeën, technologieën en bedrijven verdwijnen en maken plaats voor ander en beter. Vaak onder invloed van een nieuwe technologie, uitvindingen of externe omstandigheden. De geschiedenis van innovatie en vooruitgang is dan ook een aaneenschakeling van disrupties.
Amazon heeft het gehaald van offline boekwinkels. Netflix betekende het einde van de videotheken. De smartphone was het doodvonnis voor Kodak. iTunes betekende het einde van cassettes en vinyl. Zelfs kinderarbeid in de landbouw verdween door de introductie van de tractor. Dit constante vernieuwingsproces is de bron van alle innovatie, groei en toekomstige rijkdom. Wie dit proces tegenhoudt, ondergraaft innovatie en welvaart.
Zombiesectoren
Een land als België heeft het altijd bijzonder moeilijk gehad met creatieve vernietiging. Zo hebben we in het verleden vaak zombiesectoren in leven gehouden. Steenkool, automobiel of staal - we hebben ze jarenlang bedolven onder subsidies. Weggegooid geld in een poging het onvermijdelijke uit te stellen. Geld dat we niet meer konden gebruiken om te investeren in de toekomst.
Zelfs met relatief trage disruptie heeft België het moeilijk. Kijk hoe we de boot van de e-commerce volkomen hebben gemist, hoe we achterop hinken met de introductie van elektrische wagens, hoe Uber wordt tegengehouden, hoe slimme mobiliteit niet van de grond komt. Voor een groot deel heeft dat te maken met de manier waarop economische besluitvorming in dit land tot stand komt. Alle overlegorganen - van vakbond tot middenveld tot Groep van Tien - zijn gebouwd om het status quo in stand te houden. Disruptie staat niet in hun taakomschrijving. Ze verdedigen dan ook vooral de belangen van de insiders die niet willen worden bedreigd. De outsiders die op de deur beuken met nieuwe ideeën of producten kunnen op weinig sympathie rekenen.
In vergelijking met de rest van de Europese Unie is de bedrijfsdynamiek in België heel tam.
Ook de Nationale Bank trok daarover al aan de alarmbel. In haar jongste jaarverslag beschrijft ze hoe de Belgische bedrijfswereld bijzonder sloom is. In vergelijking met de rest van de EU is de bedrijfsdynamiek hier dan ook heel tam - weinig bedrijven die verdwijnen en ook weinig nieuwe bedrijven die starten. Het gevolg is te weinig concurrentie in sectoren, te weinig nieuwe innovatieve ideeën en dus een veel te lage productiviteitsgroei. Vooral dat laatste is problematisch. De groei van de arbeidsproductiviteit is op termijn onze enige echte welvaartsmotor. Kort samengevat komt dus het hierop neer: door vooral in stand te houden wat vandaag bestaat, remmen we concurrentie en nieuwe ideeën af. Op die manier drukken we de productiviteitsgroei en ondergraven we onze toekomstige welvaart.
Tussenoplossing
Die les moeten we de komende periode goed in het achterhoofd houden. Heel wat sectoren staan vandaag in de rij met vragen om steun, tegemoetkomingen of subsidies. Het zou een bijzonder slecht idee zijn al die vragen positief te beantwoorden. Door iedereen in leven te houden beletten we dat nieuwe innovatieve ideeën ingang krijgen. Wie nu kwistig met geld strooit om alle bedrijven in leven te houden, ondergraaft onrechtstreeks de toekomstige welvaartsgroei. Bovendien is de overheid niet goed geplaatst om toekomstige winnaars of verliezers te selecteren.
Laat ons dan ook kiezen voor een pragmatische tussenoplossing. Geef bedrijven een eenmalige premie voor de volgende 9 of 12 maanden. Ofwel stoppen ze met hun activiteiten en houden ze de premie. Ofwel gebruiken ze het geld om zichzelf uit te vinden en coronaproof te maken. De overheid geeft eenmalig steun en vervolgens bepalen de klanten wel wat het beste, slimste en meest innovatieve bedrijf is. Dat is het beste recept voor groei en welvaart.
Meest gelezen
- 1 Ghelamco-eigenaar Paul Gheysens verkoopt duurste penthouse van België
- 2 Fabien Pinckaers, de man achter miljardenbedrijf Odoo: ‘Ons grote geluk is dat de concurrentie shit is’
- 3 De must-reads van het weekend
- 4 De Croo en De Wever schuiven hete aardappel van budget ziekteverzekering naar elkaar door
- 5 Belgische olie-invoer spekt Russische oorlogskas en Poetins paleis