opinie

Is de wereld groot genoeg voor twee piekende grootmachten?

Senior politiek analist bij ECR Research en ICC Consultants

De macht van de VS, die decennialang de dienst uitmaakten, bereikt een omslagpunt. De opmars van China, dat lang dacht Amerika voorbij te streven, vlakt af. Is de wereld groot genoeg voor beide?

Spanningen tussen de VS en China, de oorlog in Oekraïne, het conflict in Gaza, zorgen over Taiwan… Ze vormen de ingrediënten voor een geopolitieke cocktail die velen met oorlogsangst bedwelmt. Bij de Russische invasie van Oekraïne vreesden zeven op de tien Amerikanen voor de Derde Wereldoorlog. Politici deinzen er niet voor terug om te kapitaliseren op die angst. De linkse onafhankelijke Amerikaanse presidentskandidaat Cornel West antwoordde op de vraag of hij een tweede termijn voor Joe Biden verkiest boven een tweede keer Donald Trump: ‘Is een Derde Wereldoorlog beter dan een tweede Amerikaanse Burgeroorlog?’

Niet alleen Amerikanen strooien met oorlogshyperbolen. Ook voormalig Russisch president Dmitri Medvedev heeft al gezegd dat de mensheid wellicht op de rand van een wereldoorlog balanceert.

  • De auteur
    Andy Langenkamp is senior politiek analist bij ECR Research.
  • De kwestie
    De VS, die decennialang de dienst uitmaakten, zitten op een omslagpunt wat macht betreft. Ook de opmars van China vlakt af.
  • De conclusie
    Hoewel de Chinese president zegt dat de wereld groot genoeg is voor beide grootmachten slaan landen op hun piek het vaakst om zich heen.
Advertentie

Dat doemdenken is overdreven. Bovendien gelooft hoogstwaarschijnlijk niemand van de hierboven aangehaalde heren daadwerkelijk dat de wereld afstevent op een wereldoorlog. Ze verkondigen dat grotendeels uit politiek gewin. Dat neemt niet weg dat het geopolitieke plaatje niet rooskleuriger wordt. Op het canvas zijn almaar meer grijs- en zwarttinten te zien.

Onzekere vooruitzichten

De geschiedenis leert dat we altijd moeten oppassen voor zelfgenoegzaamheid, selectieve blindheid en het als vanzelfsprekend beschouwen van verworvenheden. In zijn roman ‘De wereld van gisteren’ schetste Stefan Zweig in 1941 het beeld van een (verondersteld) veilig, welvarend en extreem optimistisch Wenen eind 19de, begin 20ste eeuw. Het was het paradijs op aarde, en morele en technologische vooruitgang zouden de wereld naar ongekende hoogten stuwen. Het positivisme zat zo diep gebakken dat zelfs de Eerste Wereldoorlog met een zeker enthousiasme werd onthaald. Het decadente Habsburgse rijk was vergeten dat je vrede en welvaart moet onderhouden en dat voortdurend waakzaamheid geboden is.

Na de Tweede Wereldoorlog lijken de westerse samenlevingen opnieuw in de fuik van de zelfgenoegzaamheid te lopen.

Na de Tweede Wereldoorlog lijken de westerse samenlevingen opnieuw in de fuik van de zelfgenoegzaamheid te lopen. De almaar toenemende voorspoed en veiligheid worden beschouwd als vanzelfsprekend en zelfs als een recht waarvoor maar weinig opofferingen gebracht moeten worden.

Die zekere mate van verwendheid en dat gebrek aan opofferingsgezindheid vallen samen met de vergrijzing, oplopende schulden, de schaduw die China en andere opkomende landen over het Westen werpen, toenemende ongelijkheid en achterblijvende reële lonen. Daardoor zijn de westerse vooruitzichten veel onzekerder geworden. Onvrede, onzekerheid en boosheid hebben geleid tot de successen van Trump, Giorgia Meloni en Geert Wilders. Die laten op cultureel gebied veelal een rechts-conservatief geluid horen, terwijl ze sociaal-economisch de linkse trom slaan.

Onder Trump erodeerde de Amerikaanse rechtsstaat. Dat gebeurde al eerder en verregaander in Hongarije en in Polen. Ook in Nederland is de rechtsstaat niet heilig. Meer dan de helft van de recente verkiezingsprogramma’s bevatte plannen die in strijd zijn met de rechtsstaat.

Advertentie

Niet alleen vinden sommigen dat ze boven de wet staan, in toenemende mate is ook sprake van criminaliteit ‘onder de wet’, overtredingen en misdaden die als te klein worden beschouwd om te bestrijden of aan te pakken. Zo brokkelt de rechtsstaat aan twee kanten af.

Vreedzame machten

Het Westen bevindt zich op een kantelpunt. Vrede zonder er veel moeite voor te hoeven doen en een almaar groeiende economische taart waarvan iedereen mee-eet zijn niet langer vanzelfsprekend. Het Westen is nog altijd in grote mate politiek, economisch en cultureel toonaangevend, maar het kan niet langer verwachten dat andere landen in zijn voetsporen volgen.

Het Westen bevindt zich op een kantelpunt. Vrede zonder er veel moeite voor te hoeven doen en een almaar groeiende economische taart waarvan iedereen mee-eet, zijn niet langer vanzelfsprekend.

De grootste uitdager van het westerse model is China, maar juist die reus heeft een plateau bereikt. China's groei zwakt af, er heerst een vastgoedcrisis, de totale schulden hebben astronomische hoogten bereikt, de omschakeling van een door export gedomineerde economie naar een door consumptie en diensten gedragen economie hapert en het internationale wantrouwen tegenover Peking groeit.

Zo zit de wereld met twee reuzen op hun piek. De VS, die decennialang de dienst uitmaakten, zitten op een omslagpunt wat hun macht betreft, en de opmars van China, dat lang dacht Amerika voorbij te streven, vlakt af.

De politicoloog Michael Beckley concludeert op basis van onderzoek naar anderhalve eeuw geopolitiek dat peaking powers het gevaarlijkst zijn, omdat ze het vaakst om zich heen slaan. Opkomende en afkalvende machten zijn meestal vreedzaam - de eerste omdat ze het zich niet anders kunnen veroorloven, zoals China de afgelopen decennia, en de tweede omdat ze wel moeten.

This town ain’t big enough for both of us, zong de popgroep Sparks in de jaren 70. De Chinese president Xi Jinping daarentegen stelde onlangs dat de wereld groot genoeg is voor twee grootmachten. Nu twee piekende reuzen tegenover elkaar staan is de vraag wie gelijk krijgt: Sparks of Xi?

Sparks, 'This Town Ain't Big Enough for Both of Us'.
Advertentie
Gesponsorde inhoud