Verbeter regeling aandelenopties om toptalent te verleiden
In de veldslag om toptalent krijgen onze start-ups klappen van globale techgroeiers. Aandelenopties zijn doorslaggevend om mensen aan te trekken, maar de Belgische regeling schiet tekort.
Voordat de comeback van togen en dansvloeren ons geheugen vertroebelt, graag even dit. Behalve de zorg heeft technologie ons door deze dystopie gegidst. Love it or hate it, maar het zijn de videocalldiensten, de content streaming, de take-away en remote delivery, de onderwijssoftware en de cloud die ons gedepanneerd hebben.
Globale techgroeiers rekruteren zonder grenzen en verlonen royaal. De (aandelen)opties spelen daarbij een stille maar steeds essentiëlere rol, zeker bij start-ups.
Een aangenaam neveneffect voor onze start-ups is dat de koudwatervrees voor hun digitale oplossingen in onder meer e-banking, e-government, e-commerce en marketingtools is afgenomen. Die digitale oplossingen zijn vaak van Amerikaanse bodem. De champions league van datatech zit nog altijd aan de overkant van de plas. Of om de Franse president Emmanuel Macron te citeren: ‘The USA has GAFA (Google, Apple, Facebook, Amazon) and China BTAX (Baidu, Alibaba, Tencent, Xiaomi). And Europe? We have GDPR.’
- De auteurs
Pieterjan Bouten is co-founder en executive chairman van Showpad. Louis Jonckheere is co-founder van Showpad. Leslie Cottenjé is co-founder en CEO van Hello Customer. Jürgen Ingels is voorzitter van de raad van bestuur van Startups.be. Joris Van der Gucht is co-founder en co-CEO van Silverfin. Zhong Yuan Xu is co-founder en CEO van Deliverect. Stijn Christiaens is co-founder en CTO van Collibra. Bruno Vandegehuchte is head investor relations bij Startups.be en organisator van The Big Score. - De kwestie
In de veldslag om toptalent krijgen onze start-ups klappen van globale techgroeiers. - Het voorstel
Verbeter de Belgische regeling voor aandelenopties. Die zijn doorslaggevend om mensen aan te trekken, maar de regeling is voor de werkgever tijdsintensief en ingewikkeld en voor de werknemer een vergiftigd geschenk.
Gevestigde bedrijven profiteren van nicheoplossingen van gespecialiseerde scale-ups of techreuzen om de vele technologische uitdagingen te behappen. Ondanks de kwaliteit van onze Belgische start-ups breken hun oplossingen toch moeilijk globaal door. Een gebrek aan kapitaal? 40 procent van de globale kapitaalrondes onder 5 miljoen gaat naar Europese start-ups. In België pompten investeerders in 2020 voor het eerst meer dan 1 miljard euro in start-ups. Vorig jaar was dat al 1,4 miljard. Wegens het lage rendement van klassieke beleggingen is er een vloedgolf van durfkapitaal, die de waarderingen van start-ups naar ongeziene hoogtes katapulteert. Het zijn gouden tijden om kapitaal op te halen.
Nederland
Toch wringt het, ook bij onze noorderburen, die tweemaal zoveel start-ups per inwoners tellen als België. Prins Constantijn der Nederlanden, het gezicht van de Nederlandse techwereld, deed recent in Het Financieele Dagblad enkele scherpe uitspraken. Onze lokale investeerders hebben schrik voor grote kapitaalrondes, waardoor mooie deals in Amerikaanse handen vallen. Onder meer de pensioenfondsen moeten meer inzetten op ‘durfkapitaal’ om relevante deep tech groter te maken. Opvallend was één gerichte sneer van Constantijn: ‘Nederland is al zes jaar bezig met een goede optieregeling voor de werknemers van start-ups (…). We hadden de ster van Europa kunnen zijn, als we zulke regelingen nu hadden.'
De prins legt de vinger op de wonde. Hoewel het uitblijven van grote kapitaalrondes problematisch is, krijgen onze start-ups klappen van globale techgroeiers in de veldslag om toptalent. Ze rekruteren zonder grenzen en verlonen royaal. De verloning via (aandelen)opties speelt een stille maar steeds essentiëlere rol, zeker bij start-ups. Aandelenopties belonen het risico dat knappe bollen nemen voor hun engagement in een turbulente start-up. Als de start-up goed boert, delen ze in de winst.
Voor de pandemie speelde de werkplek (en het vooruitzicht van een mogelijke verhuizing) nog een bufferende rol om techsterren te binden. De voorbije twee jaar hebben videovergaderen en flexibel werken ertoe geleid dat dat veel minder speelt. Aandelenopties daarentegen zijn een doorslaggevend instrument geworden om gegeerd wild zoals developers, sofware-ingenieurs, UI/UX-designers, topverkopers en senior management aan te trekken.
Drempels
Onze start-ups en scale-ups zijn bijzonder combattief, maar ze botsen op een omslachtige optieregeling, die niet concurrentieel is. Het Belgische kader is voor de werkgever tijdsintensief en ingewikkeld. Bij elke toekenning zijn een verslag van een auditor en een update van complexe aandelenoptieplannen met een toepassing van omslachtige waarderingsprocedures nodig.
Onze start-ups en scale-ups zijn bijzonder combattief, maar ze botsen op een omslachtige optie-regeling, die niet concurrentieel is.
Er zijn aandelenopties op korte termijn, op lange termijn... Die types hebben elk hun eigen juridisch kader. Al die drempels doen het voordeel van waardevolle profielen aan te kunnen trekken zonder al te diep in de portefeuille te moeten tasten gedeeltelijk teniet.
Voor de werknemer is het een vergiftigd geschenk. De fiscus komt langs bij de uitgifte van de opties, niet bij de uitoefening ervan. Een aanzienlijk deel van de waarde van de aandelen wordt belast als inkomen (tot 50%), meteen bij de toekenning van de aandelenopties, ondanks de onzekerheid over de toekomstige winst. Daardoor bezitten werknemers bij Amerikaanse start-ups tweemaal zoveel aandelen als bij de Europese, laat staan de Belgische start-ups.
Laten we die regelingen zo snel mogelijk hervormen. Dan kunnen we samen nieuwe, Belgische techsterren aan het firmament beginnen te tellen.