Europese boer-tot-bordstrategie is ambitieus, maar dreigt doel voorbij te schieten
In heel Europa laten boze boeren van zich horen. Ze eisen loon naar werk. Ze willen minder strenge milieunormen. Ze vragen respect. Is het dan zo slecht gesteld met de landbouw? Europa pompt toch al jaren miljarden euro’s in de sector? En hoe zit het met de Europese strategie die het voedselsysteem moet verduurzamen?
Landbouw staat hoog op de Europese politieke agenda. Dat is niets nieuws. Na de Tweede Wereldoorlog heeft Europa ervoor gekozen de sector te steunen. Terecht, want voedsel is een basisbehoefte en honger een onrecht. Dankzij het Europese landbouwbeleid is de productiviteit in de landbouw spectaculair gestegen. In de naoorlogse periode was een Vlaamse boer bijzonder tevreden met een oogst van 4 ton tarwe per hectare. Vandaag oogsten we in Vlaanderen meer dan 10 ton per hectare. Alle subsectoren van de landbouw kunnen analoge cijfers voorleggen. We zijn dus efficiënt en productief. En toch loopt het blijkbaar fout.
- De auteur
Tessa Avermaete is landbouweconome aan de KU Leuven.
- De kwestie
In heel Europa komen boze boeren de straat op, hoewel Europa voor het eerst een ambitieuze geïntegreerde landbouwstrategie op tafel legt.
- De conclusie
Europa heeft nood aan een langetermijnvisie die het ontwrichte economische voedselsysteem uit zijn impasse haalt en de negatieve impact van de landbouw op het milieu en het klimaat een halt toeroept.
De economische steun die de Vlaamse boeren van Europa krijgen, komt in diverse vormen, waaronder hectarepremies, investeringssteun en steun voor milieuvriendelijke praktijken. Het steunpakket is een complex kluwen geworden dat gepaard gaat met hoge administratieve lasten voor de boer. Europa gebruikt ons belastinggeld om bij te sturen waar de internationale ‘vrije markt’ tekortschiet. Wij, burgers, betalen in de supermarkt zeker niet de echte prijs van voedsel. Een kanttekening: de boeren zouden liever geen subsidies krijgen, maar gewoon een eerlijke prijs.
Veehouders willen niet zozeer meer dieren houden. Maar uitbreiding is vaak de enige manier om economisch rendabel te blijven.
Ook ecologisch zijn de zaken scheefgegroeid. Overheidssteun, innovatie en keihard werken hebben onze boeren dan wel bijzonder efficiënt gemaakt, de milieukosten zijn niet min. We halen in Vlaanderen de milieunormen niet en de emissies van de landbouw dalen nauwelijks. Toch investeert de boer wel degelijk in duurzaamheid. Het probleem zit in het feit dat hij almaar meer moet produceren om rendabel te blijven. Per kilogram product zetten we aanzienlijke stappen vooruit, maar aan het einde van de rit neemt de druk op milieu en klimaat toe.
Die problematiek is extreem urgent in de veehouderij. De Vlaamse veehouder is productief en efficiënt, en toch is hij de kop van Jut in het stikstofdebat. Zolang de veestapel niet drastisch daalt, halen we in Vlaanderen de doelstellingen voor de reductie van de broeikasgasemissies niet. Wetenschappers pleiten daarom al jaren voor een afbouw van de veestapel, terwijl het beleid halsstarrig blijft geloven dat technologie en innovatie de oplossing brengen. Ook hier is een kanttekening op zijn plaats. Veehouders willen niet zozeer meer dieren houden. Maar uitbreiding is vaak de enige manier om economisch rendabel te blijven.
De boer beseft maar al te goed dat er economisch wat schort en dat bepaalde praktijken niet bijdragen aan milieu en klimaat. Toch blijft hij ijverig doorwerken. Boeren is een passie. En dan staan we versteld dat het niet goed gaat met het welzijn van de boer.
Omwenteling
En wat doet Europa? Europa erkent het belang van een robuust voedselsysteem. Recente geopolitieke gebeurtenissen tonen dat we niet naïef moeten zijn. Mee onder publieke druk heeft Europa enkele jaren geleden een ambitieuze strategie op tafel gelegd: de boer-tot-bordstrategie. Het is de eerste keer dat Europa een geïntegreerd beleid voorstelt dat de landbouwproductie, de verwerking van landbouwproducten en de consumptie aan elkaar koppelt. Dat lijkt evident, maar wie de geschiedenis van het Europese landbouwbeleid kent, beseft dat die integrale strategie een grote omwenteling is.
De Europese strategie is ambitieus, maar ze dreigt haar doel voorbij te schieten. De doelstellingen zijn te veel gedreven door ideologie en liggen te ver van de realiteit. De impact van de strategie is bovendien niet doorgerekend en de erkenning van de diversiteit van het Europese landbouwlandschap ontbreekt. Nu de strategie naar de regio’s wordt vertaald, botst ze op protest van de boeren.
De doelstellingen zijn te veel gedreven door ideologie en liggen te ver van de realiteit. De impact is niet doorgerekend en de strategie erkent de diversiteit van het Europese landbouwlandschap niet.
Moet de overheid dan maar buigen en de strenge regels van tafel vegen? Het best niet. Vlaanderen, en bij uitbreiding Europa, heeft een degelijke langetermijnvisie nodig die de urgentie weerspiegelt en tegelijk rekening houdt met het feit dat een boer niet van vandaag op morgen zijn hele bedrijfsvoering kan omgooien. Die visie moet het ontwrichte economische voedselsysteem uit zijn impasse halen en een leidraad vormen om de negatieve impact van de landbouw op het milieu en het klimaat een halt toe te roepen.
Aan talent en kennis ontbreekt het in de Vlaamse landbouw niet, al zeker niet bij onze jonge boeren, wier stem we almaar luider horen in het debat. Zij beseffen nog meer dan hun ouders dat structurele oplossingen nodig zijn, geen doekjes voor het bloeden. Wetenschappelijke expertise is er ook voldoende. Nu nog politieke moed en de erkenning dat rommelen in de marge geen optie is.
Meest gelezen
- 1 Nieuwe telecomoperator Digi duikt met tarieven stevig onder de concurrentie
- 2 Klimaatvoluntarisme Depraetere jaagt coalitiepartners op stang
- 3 Hoe klop je de MSCI World-index: de succesformule van de alfa-meesters
- 4 Belegger schrikt van fitnessambities Colruyt
- 5 Onderzoek naar Didier Reynders: Nationale Loterij wijst op tweede verdachte spelersrekening