Elektrische fietsen en de snellere speed pedelecs winnen snel aan populariteit. Helaas stijgt ook het aantal ongevallen dat veroorzaakt wordt door elektrische fietsen. De vraag is dan hoe de materiële en lichamelijke schade aan anderen wordt vergoed. Vandaag verschilt het antwoord naargelang het type fiets. Een eerste categorie zijn de ‘fietsen met een elektrische hulpmotor’, die alleen ondersteuning geven als u trapt. Voor dat type volstaat een familiale verzekering, officieel de ‘verzekering burgerlijke aansprakelijkheid privéleven’. Maar voor elektrische fietsen die autonoom kunnen rijden - en dus voortbewegen zonder spierkracht - is een burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering (BA) voor motorrijtuigen verplicht, net als voor een auto. Om u een idee te geven: bij AXA betaalt u voor zo’n BA Motorrijtuigen voor een autonome elektrische fiets ongeveer 75 euro per jaar. Maar die verzekering is binnenkort niet meer nodig. ‘Elektrische fietsen hebben het potentieel om de files te verkleinen en de luchtvervuiling te beperken. Omdat door hun lage snelheid het impactrisico bij ongevallen beperkt is, stellen we hen vrij van een aansprakelijkheidsverzekering’, legt minister van Consumentenzaken Kris Peeters (CD&V) uit. De wet werd eind april goedgekeurd. Het is wachten op de publicatie in het Staatsblad, tien dagen later treedt de wet in werking.
Tot 25 kilometer per uur
Door de nieuwe wet worden alle voertuigen met een maximale autonome snelheid van 25 kilometer per uur vrijgesteld van een aansprakelijkheidsverzekering. Dat geldt dus voor fietsen met een boost-, launch-, garage-, walk-, assist- of parkeerfunctie. De meeste speed pedelecs vallen onder die limiet van 25 kilometer per uur, ongeacht of ze met de trapondersteuning hogere reële snelheden halen. Ook andere voertuigen met een lage autonome snelheid, zoals monowheels en elektrische rolstoelen, zijn vrijgesteld.
De nieuwe vrijstelling geldt niet voor bromfietsen klasse A. Daarvoor moet u wél een aansprakelijkheidsverzekering afsluiten. De achterliggende reden is dat de impact bij ongevallen groter is door hun grotere gewicht. De premies voor die verzekeringen liggen bij AXA rond 150 euro per jaar.
Wordt u het slachtoffer van een ongeval met een licht elektrisch voertuig, dan zal u binnenkort een beroep kunnen doen op de familiale verzekering van de bestuurder die het ongeval heeft veroorzaakt. Dat is geen wettelijk verplichte verzekering, maar ongeveer 80 procent van de gezinnen heeft zo’n polis. Bij AXA betaalt een gezin daarvoor 69 euro, een alleenstaande 57 euro. Voor een rechtsbijstandsverzekering komt daar respectievelijk 24 en 18 euro bovenop. Heeft de aansprakelijke bestuurder geen familiale verzekering, dan kunnen slachtoffers bij het Belgisch Gemeenschappelijk Motorwaarborgfonds aankloppen.
Een andere nieuwigheid is dat bestuurders van lichte elektrische voertuigen als zwakke weggebruiker worden beschouwd. Bij een ongeval met een zwaarder motorvoertuig wordt alle lichamelijke en kledijschade vergoed.
