Met zonnepanelen op het dak draait de klassieke elektriciteitsmeter terug als stroom aan het net wordt geleverd. De energiekosten, nettarieven en taksen kunnen alleen berekend worden op het verschil tussen het totale stroomgebruik en de stroom die wordt opwekt.
De stroom die op dalmomenten in het verbruik aan het net wordt geleverd, wordt er nadien vaak weer afgehaald als er meer elektriciteit nodig is dan de zonnepanelen op dat moment kunnen opwekken. In de realiteit doet een eigenaar van zonnepanelen dus meer een beroep op het net dan blijkt uit de stand van de teruglopende teller.
Omdat een klassieke terugdraaiende teller de exacte afname bij zonnepanelengebruikers niet kan vaststellen, voerde de overheid op 1 juli 2015 het prosumententarief in. Dat is een forfaitair bedrag dat gebaseerd is op de capaciteit van de geïnstalleerde omvormers.
Uitgesplitst
Vanaf 1 juli, als de uitrol van de digitale meter begint, kan de productie en het verbruik van elektriciteit worden uitgesplitst. De meter registreert de afname van en de injectie in het net, een aparte productieteller meet de elektriciteit die uw zonnepanelen opwekken. Zo kan voor eigenaars van zonnepanelen exact bepaald worden hoeveel stroom ze van het net halen. Daarop kunnen dan de gewone nettarieven worden toegepast, zoals bij andere elektriciteitsgebruikers.
Vaak wordt gevreesd dat de eigenaars van zonnepanelen hun rendement zullen zien dalen door die exacte berekening van de nettarieven. Volgens de Vlaamse energieregulator VREG zal 60 procent minder en 40 procent meer dan het prosumententarief betalen.
Om geen enkele zonnepaneleneigenaar te benadelen hebben de meerderheidspartijen in het Vlaams Parlement nu beslist iedereen na de installatie van de digitale meter te laten kiezen welk tarief men gedurende 15 jaar vanaf de installatie wil. Om uw keuze mee te bepalen kunt u gebruikmaken van de simulator op de website van de VREG.
