Gisteren kreeg ons land een veeg uit de pan van de Europese rechters. Die vinden het niet kunnen dat de Belgische wetgever inkomsten uit verblijven in andere EU-landen anders (en meestal zwaarder) belast dan inkomsten uit vastgoed in België. Het arrest kwam er nadat de Europese Commissie ons land voor het Europees Hof had gebracht. Het is niet de eerste keer dat de Europese rechters struikelen over de manier waarop België vastgoed belast.
1. Waar knelt het schoentje?
Als een woning in België ligt, worden de taksen op de onroerende inkomsten berekend op basis van het kadastraal inkomen (ki). Dat is, hoewel geïndexeerd, vaak veel lager dan de werkelijke huurwaarde. Als u een huis verhuurt, zijn belastingen verschuldigd op het geïndexeerde ki, verhoogd met 40 procent.
Als u een woning in een ander EU-land bezit, neemt de Belgische fiscus wél de reële huurwaarde als maatstaf. En dat ongeacht of u dat verblijf verhuurt of niet. De Europese rechters hekelen die twee maten en gewichten.
2. Wat zijn de gevolgen van dit arrest?
Een eerste gevolg is dat Belgische belastingplichtigen het arrest kunnen aangrijpen in betwistingen met de fiscus voor de Belgische rechtbanken. Bijvoorbeeld als u een tweede verblijf hebt in Frankrijk of in Spanje en u volkomen terecht vindt dat die woningen op dezelfde manier als in België moeten worden getaxeerd.
Ook moet België zijn belastingregels aanpassen en ervoor zorgen dat het vastgoed van Belgen in alle EU-landen op dezelfde manier wordt getaxeerd. Voor alle duidelijkheid: het arrest heeft geen impact op de berekening van de onroerende voorheffing in België - die ook op basis van het ki gebeurt -, maar op hoe u het onroerende inkomen moet opnemen in de personenbelasting.
3. Welke maatregelen kan de regering nemen?
Daarover spreekt het Europees Hof zich niet uit. Minister van Financiën Johan Van Overtveldt ( N-VA) liet gisteren niet in zijn kaarten kijken. Het probleem is niet eenvoudig op te lossen.
België zou zich achter het arrest kunnen verschuilen om ook in ons land het reële huurinkomen te belasten.
Ofwel worden alle woningen - in het binnen- en buitenland - belast op basis van het ki. Maar dan zijn er praktische bezwaren. ‘In de praktijk is dat geen haalbare kaart. Je kan ons ki onmogelijk vergelijken met de Spaanse valor cadastral of met de Waarde Onroerende Zaak in Nederland. Een aantal Europese landen kent niet eens een ki’, zegt advocaat Wim Vermeulen (Cazimir).
Ofwel worden alle woningen in het binnen- en buitenland belast op basis van het reële huurinkomen. Dat dient al als basis voor de berekening van de belasting als u een appartement, kantoor of woning verhuurt aan een ondernemer. Vermeulen sluit die piste niet uit. ‘Belgische politici zouden het arrest kunnen aanwenden om de reële huurinkomsten te belasten.’ Maar politieke waarnemers achten de kans klein dat het zover komt.
4. Kan het huidige ki niet worden geactualiseerd?
Dat idee werd eerder al geopperd. Maar afgedaan als zo goed als onmogelijk door de voormalige minister van Financiën Koen Geens (CD&V). Zijn opvolger Van Overtveldt beweert al jaren dat ‘een haalbaarheidsstudie’ over een actualisering is besteld. Maar hij zegt niet hoe het daar mee staat. Een actualisering van het ki valt dus niet meteen te verwachten.
5. Hoe wordt mijn tweede verblijf in een ander EU-land nu belast?
Als u een tweede verblijf niet verhuurt, moet u ‘de gemiddelde jaarlijkse huurwaarde’ aangeven. Verhuurt u de woning, dan moet u de daadwerkelijk ontvangen huur meedelen. Daarvan mag u de in het buitenland betaalde belastingen voor dat verblijf aftrekken. Op het saldo brengt de fiscus een kostenforfait van 40 procent in mindering.
Voor verhuurde woningen in het buitenland staat die berekeningswijze op de helling door een arrest van het hof van beroep in Luik vorig jaar. Volgens dat arrest volstaat het dat u 22,5 procent van de jaarlijkse brutohuurinkomsten van het tweede verblijf in een ander EU-land aangeeft. Het hof in Luik baseert zich daarvoor op een persbericht van de Europese Commissie van 2012. De fiscus weigert zich echter bij dat arrest neer te leggen.
6. Wat is het praktische belang?
Vaak worden buitenlandse huurinkomsten al belast in het land waar het vastgoed ligt. Dankzij verdragen om dubbele belastingen te verhinderen worden huurinkomsten niet nog eens in België belast. Maar uw inkomsten uit vastgoed buiten ons land worden wel bij uw andere inkomsten gevoegd, om het belastingtarief te berekenen. Hoe hoger dat inkomen, hoe hoger het belastingtarief.