Normen of niet, pfas zijn amper op te ruimen
Nu de Vlaamse regels voor bouwwerven met pfas uitgesteld of afgezwakt worden, gaan meer stemmen op om de (oplopende) kosten tegen de baten van grondsaneringen af te wegen. De chemische stoffen blijken erg moeilijk op te ruimen: ze verspreiden zich als een inktvlek en er zijn amper manieren om ze te vernietigen. ‘Er worden elke dag meer pfas geloosd dan dat we in tien jaar Oosterweelwerken uit het water halen.’
De bewoners van de stationsbuurt in Gent kregen eind juni een verontrustende brief in de bus: in de buurt waren pfas ontdekt in de grond en het grondwater, het gevolg van een droogkuis die al sinds de jaren 60 in de buurt aanwezig was. ‘Er is geen reden tot paniek’, klonk het in de brief, waarna werd aangeraden om voorlopig geen groenten en eieren uit eigen tuin te eten en voorzichtig om te springen met losse aarde en grondwater. ‘De Vlaamse overheid onderzoekt hoever de vervuiling gaat, maar dat duurt een tijdje.’
De pfas-problematiek stelt zich niet alleen in Gent, maar op steeds meer andere plekken in ons land, een gevolg van ons rijke industriële verleden op een relatief kleine oppervlakte. Omdat steeds duidelijker wordt dat de chemische stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid, rijst de vraag hoe we onze omgeving weer zuiver kunnen krijgen en hoever we daarin willen gaan. Dat leidt tot heel wat hoofdbrekens, want pfas zijn onverwoestbaar en blijven nog steeds massaal in ons leefmilieu komen.
Ook bij de Vlaamse regeringsonderhandelaars neemt de ongerustheid toe, schreef De Tijd afgelopen weekend. Normaal zouden de eerste normen voor de omgang met pfas op Vlaamse bouwwerven in september ingaan, maar er komt uitstel of een afzwakking van de regels.
Hoe groot is de vervuiling?
Als je naar de pfas-verkenner van de Vlaamse overheid kijkt, die de gekende vervuiling in kaart brengt, zie je dat die elke week roder en roder wordt. Het is een grote inktvlek die zich over Vlaanderen verspreidt.
In de sector van de bodemdeskundigen gaat een grapje rond: ‘Pfas zijn als God, ze zitten overal, maar je ziet ze nergens.’ Ook in ons land wordt steeds meer duidelijk hoe wijdverspreid pfas zijn. Sinds de milieuactivist Thomas Goorden in 2021 de eerste grootschalige pfas-vervuiling bij de Oosterweelwerken - een gevolg van de 3M-fabriek vlakbij - aan het licht bracht, is de Vlaamse regering een inventarisatieoefening gestart, waarbij probleemplekken in kaart worden gebracht. In eerste instantie focuste ze daarbij op brandweeroefenterreinen of terreinen waar ooit een grote brand heeft gewoed: pfas werden lang in blusschuim gebruikt. Die terreinen - een 800-tal - zijn momenteel geïdentificeerd en kunnen de komende jaren gesaneerd worden.
Nu wordt de blik stilaan verruimd naar alle andere mogelijke industriële sites. ‘Bij een aantal grote sites is de pfas-vervuiling al in kaart gebracht, zoals bij 3M of de oude papierfabriek De Naeyer in Willebroek’, zegt pfas-coördinator Hans Reynders, die voor de Vlaamse regering de aanpak van pfas coördineert. ‘Maar er zijn nog duizenden andere mogelijke sites waar een vervuiling kan hebben plaatsgevonden. Pfas komen in veel toepassingen voor, dus we denken aan bedrijven in onder meer de textiel-, elektronica- en papierindustrie, de automobielsector, waterzuivering of afvalverwerkende bedrijven.’
Volgens de Vlaamse afvalstoffenmaatschappij OVAM is een grootschalige inventarisatie in heel Vlaanderen voorlopig niet aan de orde, al duiken geregeld verhalen op in de pers over visvijvers of woonbuurten waar een nieuwe pfas-verontreiniging is vastgesteld. OVAM wijst erop dat de markt van Nederlandse én Belgische bodemsaneringsdeskundigen daarvoor te klein is en dat het vreemd zou zijn om alleen een gigantische operatie voor pfas op te zetten, terwijl er nog tal van andere schadelijke stoffen zijn, zoals solventen of zware metalen.
Bodemdeskundigen, die de bodems van werven analyseren en sinds kort ook de pfas- verontreiniging in kaart brengen, zien pfas evenwel overal in Vlaanderen opduiken. ‘Als je naar de pfas-verkenner van de Vlaamse overheid kijkt, die de bekende vervuiling in kaart brengt, zie je dat die elke week roder en roder wordt’, zegt Frank De Palmenaer, de CEO van de bodemonderzoeker ABO Group. ‘Het is een grote inktvlek die zich over Vlaanderen verspreidt. We vinden ze op plaatsen die we niet verwachten, een gevolg van hun extreme mobiliteit en vermogen om zich snel via de lucht en het grondwater te verspreiden.’
Wat is het gevaar als we de vervuiling niet opruimen?
In Nederland worden vervuilde gronden massaal opgeslagen in tijdelijke opslagplaatsen. Dat gebeurt in afwachting van toekomstige saneringstechnieken die betaalbaar en technisch haalbaar zijn.
De schoonmaak van de pfas-vervuiling in ons land gaat traag. In de zwaar vervuilde omgeving van de 3M-fabriek in Zwijndrecht liggen plannen op tafel om de directe en de ruimere omgeving van de fabriek te saneren. Het is echter wachten op een tijdelijke brug waarlangs de vervuilde grond kan worden afgevoerd voor effectief met de sanering kan worden gestart. Ook bij de vervuilde brandweersites zal het nog jaren duren voor de sanering afgerond is. Elders zijn wel al stappen gezet. Zo heeft Oosterweelbouwheer Lantis al bijna een miljoen kubieke meter pfas-grond en baggerspecie gesaneerd of afgevoerd en het grondwater bij de Oosterweelwerken gezuiverd.
Volgens toxicoloog Jacob De Boer hangt het gevaar voor de omwonenden af van wat er precies met de bodem gebeurt. ‘Zolang pfas in de grond zit en je erover loopt, is er geen probleem’, zegt hij. ‘Dat verandert als het ook in het water zit, of als mensen moestuintjes of kippen hebben op vervuilde grond.’ Dat is ook de reden waarom in gebieden met hoge pfas-concentraties voorzichtigheidsmaatregelen gelden, zoals het niet eten van groenten uit eigen tuin.
Volgens De Boer is een hoge hoeveelheid pfas in de grond of het water niet meteen dodelijk, maar kan het wel schadelijke effecten hebben. Pfas worden onder meer gelinkt aan immuniteitsproblemen, hormoonverstoringen, leverafwijkingen, onvruchtbaarheid en kanker. ‘Als je kijkt naar wat een dodelijke dosis zou zijn, dan zijn pfas een pak minder toxisch dan bijvoorbeeld dioxines. Maar als je kijkt naar de effecten op het immuunsysteem - chronische effecten dus - dan zijn ze wel snel schadelijk.’
Is de pfas-vervuiling opruimen gemakkelijk?
Pfas - die in de jaren 30 door chemiebedrijven werden uitgevonden - worden niet voor niets forever chemicals genoemd. De groep bestaat uit zo’n 6.000 chemische stoffen die één ding gemeen hebben: ze bestaan allemaal uit een fluorkoolstofverbinding, de sterkste verbinding op aarde. Dat maakt het vrijwel onmogelijk ze te vernietigen, behalve op zeer hoge temperaturen. De wetenschappelijke literatuur spreekt over minstens 1.400 graden Celsius.
In ons land proberen meerdere spelers een oplossing te bieden voor de pfas-vervuiling (zie inzet). Dat is des te belangrijker geworden sinds de Vlaamse regering vorig jaar normen heeft vastgelegd voor de bodem en het grondwater. Grond op werven kan slechts vrij gebruikt worden als aan bepaalde minimumnormen is voldaan. Daardoor moeten plotsklaps een grote hoeveelheid gronden gesaneerd of weggevoerd worden, tenminste als de regeringsonderhandelaars de regels niet minder streng maken.
Zowel voor water als voor grond is er een aantal mogelijkheden om pfas te verwijderen. Bij water wordt het meest heil gezien in actieve kool en ionenhars, bij matig vervuilde grond kan het wassen van de grond via chemische en fysische processen een oplossing bieden. In beide gevallen blijft dan nog een restkoek met pfas over, die dan naar een stortplaats moet worden gebracht of verbrand moet worden. Voor de sterk vervuilde gronden is thermische reiniging - verbranden aan heel hoge temperaturen - een mogelijke oplossing.
De capaciteit voor verbranding en storting is in ons land echter te beperkt om de grote hoeveelheden met pfas vervuilde gronden weg te werken. Bovendien zijn er nog andere uitdagingen. Met de huidige methodes kunnen niet altijd alle pfas verwijderd worden en de concentraties die moeten worden weggewerkt zijn soms extreem klein en dus moeilijk te vernietigen. Daarnaast zijn er indicaties dat bij vernietigingsprocessen nieuwe pfas gecreëerd worden, die we vaak nog niet kunnen meten, de zogenaamde dark pfas. Via de lucht of het afvalwater komen die vervolgens alsnog in het milieu terecht.
Ook de reiniging zelf is niet onbesproken. Door gronden van pfas te zuiveren creëer je dode grond, waar weinig mee aan te vangen is, tenzij je er stoffen aan toevoegt om ze weer vruchtbaar te maken. En de sanering heeft ook een impact op het milieu. Water zuiveren met actieve kool leidt bijvoorbeeld tot een hoge CO2-uitstoot. Een recente studie van het Nederlandse Expertisecentrum PFAS, opgericht door de ingenieursbedrijven Arcadis, TTE Consultants en Witteveen+Bos, concludeert dat de huidige doelstellingen ‘leiden tot onevenredige inspanningen met een enorme financiële maatschappelijke impact en grote consequenties voor duurzaamheid’.
Die bedenkingen wakkeren de zoektocht naar een heilige graal - een makkelijke en betaalbare vernietiging van pfas - alleen maar aan. Hoewel talloze bedrijven en wetenschappers daar hun hoofd over breken, is die vooralsnog niet gevonden. ‘Om de koolstof-fluorverbinding van pfas te vernietigen heb je erg veel energie nodig’, zeg Pieterjan Waeyaert, die voor Envisan, de milieudivisie van Jan De Nul, al jaren met verschillende technieken experimenteert. ‘Zelf denken wij aan innovatieve chemische processen als fotokatalyse en niet-thermisch plasma. We zijn er nog niet helemaal, maar deze technieken zijn veelbelovend. De verhalen over plantjes die pfas opnemen uit vervuilde grond moeten we nuanceren. Dat gaat traag: je hebt al duizend groeiseizoenen nodig om alle pfas uit een stuk grond te halen.’
In Nederland, waar de problematiek zich al langer stelt en er sinds 2019 normen zijn voor grond en water, leidde dat ertoe dat vervuilde gronden massaal worden opgeslagen in tijdelijke opslagplaatsen. Dat gebeurt in afwachting van toekomstige saneringstechnieken die betaalbaar en technisch haalbaar zijn.
De Tijd wil de dialoog met zijn onlinelezers verbeteren en gebruikt daarvoor een nieuwe reactietool. Meer toelichting kunt u in dit artikel vinden.
Wie gaat dat betalen?
Op het internationale pfas-congres begin juli in de Verenigde Staten werd een opvallende statistiek gepubliceerd. Volgens professor Ali Ling van de University of St. Thomas in Minnesota kost het meer dan het bruto binnenlands product van alle landen ter wereld samen (zo’n 106 biljoen dollar) om de hoeveelheid pfas die momenteel in één jaar tijd worden geproduceerd op te ruimen. ‘Zolang aan de productiekant de kraan niet wordt dichtgedraaid, blijft het probleem zich opstapelen’, waarschuwde ze.
Ook in ons land waarschuwen meerdere spelers dat de kosten de baten dreigen te overstijgen zolang er geen sprake is van een ban op pfas, zoals die momenteel in Europa op tafel ligt. Zeker in gebieden als de Antwerpse haven, die vol pfas zitten. ‘Door de nieuwe Vlaamse normen kijkt elk bedrijf dat daar grondwerken wil uitvoeren aan tegen een sanering die miljoenen zal kosten’, zegt Luc Hellemans, de CEO van Lantis, dat zelf al honderden miljoenen euro's uitgaf om de Oosterweelwerken van pfas te zuiveren. Volgens Hellemans moet de bouwsector grosso modo 15 à 20 procent extra investeren om met de pfas-vervuiling om te gaan. ‘Als dat ertoe zou leiden dat we pfas uit ons milieu zouden krijgen, is dat fantastisch, maar dat is niet zo. Met Oosterweel halen we in tien jaar minder dan 10 kilogram pfas uit het water. Dat is een druppel op een hete plaat, als je weet dat er dagelijks meer pfas geloosd worden.’
De vraag is ook wie uiteindelijk voor de sanering moet opdraaien. Tot nu toe werd in Vlaanderen al 12 miljoen euro uitgegeven aan bodemonderzoeken en saneringen van enkele grotere pfas-sites, zoals de site De Naeyer in Willebroek. De inventarisatie van de brandweersites kostte 3,5 miljoen euro. 3M verbond zich er dan weer toe minstens 571 miljoen euro uit te trekken voor de opruiming van de pfas-vervuiling rond zijn fabriek. Maar die cijfers zijn nog maar een fractie van het totale kostenplaatje, dat wellicht in de honderden miljarden zal lopen.
In een poging een antwoord op die vraag te bieden overweegt de federale overheid samen met de gewesten en gemeenschappen een sectorfonds op te richten, naar analogie met bijvoorbeeld het asbestfonds, dat asbestslachtoffers begeleidt en vergoedt. Daarin moeten producenten van pfas - zoals 3M of blusschuimfabrikanten - dan geld storten waarmee de sanering betaald kan worden. De eerste stappen om het fonds op te richten zijn al gezet, maar verwacht wordt dat het nog jaren zal duren voor het in werking treedt. ‘Er is veel interesse om een systeem uit te werken waarin de vervuiler betaalt, ook omdat de gezondheidskosten nog fors dreigen op te lopen’, zegt pfas-coördinator Reynders. ‘In Europa staat momenteel niemand verder dan ons land op dit gebied.’
Hoe dan ook wordt het zaak om prioriteiten te stellen. ‘De vraag wordt: hoeveel heb je als maatschappij veil om je grond en water van pfas te zuiveren en welke normen hanteer je daarbij’, zegt De Palmenaer. ‘Als we heel strenge normen hanteren, zullen heel wat projecten stilgelegd moeten worden. Bovendien weten we dat met de aanpak van pfas ons milieu niet plotsklaps schoon zal zijn. Er zijn nog tal van andere opkomende schadelijke stoffen waar we ook een oplossing voor moeten vinden.’
In de sector is te horen dat Belgische bedrijven als voorlopers in pfas-sanering en sanering tout court gezien worden, een gevolg van ons industrieel verleden en plaatsgebrek, waardoor we vervuilde gronden wel moeten opruimen. Dit zijn drie grote spelers in ons land.
Envisan – Jan De Nul Group
Pfas staan al sinds 2016 op de radar van Envisan, de milieudivisie van Jan De Nul. Momenteel biedt het bedrijf aan zijn klanten oplossingen om water en grond van pfas te zuiveren. Het heeft al verschillende jaren meerdere grondwassingsinstallaties, waaronder een gloednieuwe specifiek ontworpen voor pfas, in Gent. Daar kan 80 ton matig vervuilde grond per uur worden verwerkt. Per jaar kan zo 500.000 ton vervuilde gronden worden aangepakt.
Dit jaar start Envisan ook een pilootproject in een natuurgebied in Willebroek, waar voor het eerst wordt getest of grond ook via een proces van soil flushing - het ter plaatse spoelen met water en additieven - van pfas gezuiverd kan worden. Daarnaast speurt Envisan actief naar mogelijkheden om pfas te vernietigen.
Holcim
De cementfabriek Holcim ontdekte eigenlijk per toeval dat in de reusachtige cementovens ook pfas vernietigd kon worden. Toen het pfas-schandaal in Vlaanderen uitbrak, liet Holcim het afval waarop de ovens draaien, testen op pfas. Hoewel het afval wel degelijk pfas bevatte, bleek daar na het productieproces praktisch niets van over te blijven. Dat komt omdat pfas in de ovens drie uur lang aan temperaturen tot 2.000 graden worden blootgesteld en zo vernietigd worden.
Momenteel kan Holcim tot 55.000 microgram pfas per kilo droge stof vernietigen. De hoeveelheid pfas die aan de ovens kan worden toegevoegd, is wel beperkt en vervuilde gronden in hun geheel in de ovens gooien, is onmogelijk, want die doen de temperatuur te veel dalen.
Indaver
Als verwerker van gevaarlijk afval is Indaver een logische stop voor pfas-houdend afval. Het biedt meerdere opties aan: verbranding in een van de drie draaitrommelovens, waar temperaturen van zeker 1.000 graden worden gehaald, een reiniging met scheikundige reacties of stockage op een speciale stortplaats.
Indaver lag de jongste jaren zwaar onder vuur omdat het bij zijn verwerkingsprocessen nog te veel pfas liet ontsnappen, onder meer ook omdat zijn ovens maar tot 1.000 graden gaan. Sindsdien investeerde het 60 miljoen euro om zijn installaties performanter te maken en nam het de scale-up Inopsys over, die toxische stoffen als pfas uit afvalwater haalt, om meer kennis ter zake op te doen.
Meest gelezen
- 1 Voordelig geld uit bedrijf halen? Jambon laat keuze tussen oud en nieuw regime
- 2 Familieman Willy Naessens schonk ook twee externen het vertrouwen voor zijn opvolging
- 3 Syensqo-topvrouw Ilham Kadri krijgt al voor bijna 26 miljoen euro bonussen
- 4 Vakbonden stoten met stakingsdag op limieten
- 5 Willy Naessens (1939-2025), de volkse zwembadkoning die een imperium nalaat