De rechtsstaat blijft staan
De strijd tegen terreur is geen oorlog. Het is geen strijd die verloren of gewonnen wordt. Misdaadpreventie en het behoud van de rechtsstaat is waar het te allen tijde om gaat.
Om het staatsapparaat te ontwrichten is niet veel nodig. Enkele zulthoofden in het bezit van springstof en spijkerbommen volstaan. ‘Het overheidssysteem draait als een IBM-machine. Die heeft één groot nadeel: haar complexiteit. Maak een onderdeeltje onklaar en de machine valt meteen uit, voor lange tijd.’ Het was een bedenking van Robert F. Williams, de zwarte leider van het Revolutionary Action Movement (RAM), dat in de jaren 1960 in de Verenigde Staten een stadsguerrilla op gang wilde brengen. RAM stuurde saboteurs uit die uitslaande branden stichtten, ‘om de paniek en het gevoelen van nakende verdoemenis te versterken’.
Paniek en een gevoelen van nakende verdoemenis hingen die ochtend van 22 maart 2016 over het land na de dubbele bomaanslag in het luchthavengebouw van Zaventem en de al even moordende explosie in het metrostel in het Brusselse ondergrondse Maalbeekstation. Politie en hulpdiensten gedroegen zich heroïsch. Niettemin werden op het einde van de fatale dag 32 doden geteld en honderden vaak zwaargewonden in ziekenhuizen opgenomen. De zendelingen van de Islamitische Staat hadden in Zaventem en Maalbeek het gegoogelde handboek over het aanwenden van wreedheid in de praktijk gebracht.
Zolang terroristen opereerden in het besneeuwde hooggebergte van Tora Bora en ze hun bommengordels lieten ontploffen op een markt in Karachi, Kaboel, Bagdad of Beiroet, was hun sloopwerk een kort onderwerp in het avondjournaal, waarna een academicus hun gewelddaden in een breder, geopolitiek denkraam plaatste. Met de aanslagen en de zelfmoordbommen in Parijs kwam de terreur plots akelig dichtbij. Vooral nadat was gebleken dat sommige terreurzaaiers van hier kwamen, uit de Brusselse gemeente Sint-Jans-Molenbeek, dat plots in de wereldpers als een kweekkas van terroristen werd omschreven. Prompt ging Brussel in lockdown. Er verschenen legerpatrouilles in het stadsbeeld. Angst installeerde zich in de geesten. De aanslagen in Zaventem en het Maalbeekstation brachten de bevestiging van wat werd gevreesd. Ze maakten ook duidelijk dat de prijs voor een leven in comfort en veiligheid voortaan gevoelig hoger ligt.
Bij zulke gelegenheden komen politici graag churchilliaans uit de schors. Ronkende verklaringen over ‘oorlog tegen terreur en tegen IS’ waren dan ook niet van de lucht, niet alleen in Frankrijk, ook in België. Waarmee men koos voor de lijn van ‘war-on-terror’ die de Amerikaanse president George W. Bush trok na de aanslagen van 9/11. De Amerikaanse Patriot Act, die sommigen ook hier wilden imiteren, schakelde de rechtsstaat uit.
Wanneer de terrorist als een strijder wordt beschouwd, valt hij onder de oorlogswetten. De Amerikanen lieten vermeende terroristen in het buitenland oppakken en zonder proces opsluiten in het kamp van Guantanamo op Cuba. In het meest extreme geval werden ze in het buitenland fysiek uitgeschakeld met behulp van drones, of zoals Osama bin Laden door een speciaal commando dat vanuit Afghanistan naar Pakistan was overgevlogen.
Door de oorlogsverklaringen aan het adres van de Islamitische Staat worden hun terreurzaaiers voorgesteld als lui van internationale importantie. Terwijl het in het geval van de aanslagen in Zaventem en Brussel, maar ook in Parijs en later in Nice en Berlijn, telkens ging om politieke en zelfs religieuze analfabeten die vaak al in het criminele milieu actief waren. Volgens advocaat Sven Mary heeft zijn cliënt Salah Abdeslam, het zogenaamde brein achter de aanslagen in Parijs ‘de intelligentie van een lege asbak’.
Zorg voor grondrechten
Nog een geluk dat we het in België nooit ergens over eens worden. Anders was voor die leeghoofden artikel 187 van de Grondwet (‘De Grondwet mag noch geheel, noch ten dele worden geschorst’) opzijgezet voor de afkondiging van de noodtoestand. Toch heeft de regering, aangespoord door het Franse voorbeeld, een aantal ingrijpende maatregelen genomen, waarvan de uitvoerbaarheid niet altijd duidelijk was. Om nog te zwijgen van voorstellen als het afschaffen van de dubbele nationaliteit - wat meteen een probleem is voor Belgen die ook de Israëlische nationaliteit hebben - en van onnozelheden zoals burgercontracten en burgerschapsproeven. Tal van die maatregelen, evenals de aankondiging dat men Molenbeek ging ‘opkuisen’ en alom de zogenaamde salafistische haatpredikers zou aanpakken, waren vooral gericht tegen één bepaalde bevolkingsgroep. Uitgerekend de groep die de grootste moeilijkheden heeft om in te groeien in de Belgische samenleving. Die indruk wordt versterkt door de moellahs van de georgani- seerde vrijzinnigheid die de Koran op zijn gewelddadigste passages uitpluizen en de afvallige moslims aanmanen uit de kast te komen.
De onzichtbare muur tussen de gemeenschappen werd door de moordende bomaanslagen in Brussel zeker niet gesloopt. Die muur werd nadien jammer genoeg nog wat hoger en breder opgetrokken, zoals de Antwerpse schooldirectrice Karin Heremans getuigde voor de parlementaire onderzoekscommissie over de heroplaaiende radicalisering onder moslimjongeren.
Terreur aanpakken is een voortdurende strijd tegen netwerken die men zelden kan onthoofden.
Terreur aanpakken is een voortdurende strijd tegen netwerken die men zelden kan onthoofden. Altijd zijn er nieuwe rizoomachtige vertakkingen, met aparte methoden en communicatiemiddelen. Als één cel is uitgeschakeld, schiet er een nieuwe op. Dat is wat in België gebeurde. Zoals terreurexpert Alain Grignard onlangs aangaf in een gesprek met de nieuwssite Bruzz, dacht men met Abdeslam en Belkaid het Belgische netwerk te hebben opgerold. Waarna een andere cel, die van de broers Ibrahim en Khalid El Bakraoui, actief werd en toesloeg in Zaventem en Maalbeek.
In de strijd tegen het Ierse IRA, dat intussen de wapens neerlegde, hebben de Britten nooit over een oorlog gesproken, ook al werd in Noord-Ierland het leger ingezet om de orde te handhaven. Op die manier raakte het IRA, dat steun zocht bij criminelen in de stedelijke achterbuurten, gaandeweg losgekoppeld van zijn katholieke steunpunten. Want terroristen verliezen uiteindelijk altijd, tenzij ze hun aanslagen kunnen wettigen als meer dan willekeurige criminele en waanzinnige acties.
‘De strijd tegen terreur in de straten van het Verenigd Koninkrijk is geen oorlog. Misdaadpreventie is waar het om gaat’, was een uitspraak van Ken Macdonald, toenmalig directeur van het openbaar ministerie. In zijn boek ‘The Rule of Law’ haalt Tom Bingham, voormalig hoofd van Justitie in Engeland en Wales, het citaat van Macdonald aan, om zijn punt te maken dat de strijd tegen het IRA altijd binnen de rechtsstaat werd gevoerd. Het aanwakkeren van de angst en het ondermijnen van die rechtsstaat, is precies de bedoeling van terreur. Bovendien bleek beproefd politiewerk, het geduldig speurwerk en het verzamelen van informatie, ook tegen het IRA altijd de doorslag te geven.
Cicero’s vuistregel ‘Salus populi suprema est lex - de veiligheid van het volk is de hoogste wet’, is wellicht een van de meest misbruikte uitspraken in de politiek, beaamde Bingham. Zelfs toen premier Tony Blair het voorbeeld van president George W. Bush wilde navolgen, zeggend dat na 9/11 de spelregels waren veranderd, handhaafden Britse rechters en juristen als hij de rechtsstaat. Dat is nodig. Want de strijd tegen terreur wordt niet gewonnen of verloren. Die strijd stopt nooit. De staat mag het hele arsenaal van wettelijke middelen aanwenden om terreur terug te dringen en te voorkomen, er steeds op lettend dat de grondrechten niet worden ondermijnd. Het is de universele richtlijn van de Raad van Europa. Een bomaanslag mag daar niets aan veranderen.
Meest gelezen
- 1 Roerende voorheffing brengt een derde meer op door vlucht naar obligaties en termijnrekeningen
- 2 11 lonende tips voor uw portemonnee in 2025
- 3 Jimmy Carter (1924-2024), de pindaboer die niet kon oogsten
- 4 Federale formatie: Arizona-partijen mikken op regering tegen eind januari
- 5 Een toost op eeuwig beursmomentum