Waarom ik me zorgen maak over Brazindië
Dit is een gastbijdrage van Philippe Gijsels, Head of FI Research and Marketing BNP Paribas Fortis Global Markets.
De zomerperiode zou normaal gezien een rustpunt moeten zijn in het midden van het jaar. Een moment van reflectie over wat we hebben gehad en wat we denken dat nog moet komen. Een moment om wat dingen te lezen die zijn blijven liggen, wat in boeken te snuffelen die wat verder gaan dan het typische economenvoer. Het is traditioneel ook het moment van de grote schoonmaak. Het moment dat men na uren van wikken en wegen, weggooien, uitscheuren en toch maar bijhouden terug het bureaublad ziet onder de stapels. Maar dit jaar niets van dit alles. Dit jaar liggen de stapels er nog steeds, stromen de vragen nog steeds binnen en zijn de markten volatieler en nerveuzer dan ooit. We hebben het er in een aantal vorige bijdragen regelmatig over gehad dat we een “hete zomer” mochten verwachten. Maar dit is toch nog de overtreffende trap van die voorspelling.
Na de schuldencrisis in Europa en het gehakketak over het optrekken van het schuldenplafond in de Verenigde Staten zijn het nu de tegenvallende economische cijfers en de vrees voor een (wereldwijde) recessie die de markten parten spelen. We hebben altijd gesteld dat de onzekerheid op de financiële markten onvermijdelijk een negatieve impact zou beginnen hebben op de reële economie. En dat we de grootte van die negatieve impact pas zouden kunnen opmeten als de stofwolk was opgetrokken. Met twee (tijdelijke) oplossingen in de VS en Europa op tafel zijn we zo ver. En de resultaten van die metingen vallen voorlopig niet mee. Zowat overal ter wereld vallen de groeicijfers tegen.
Niet alleen in Europa en de VS, waar het recent duidelijk werd dat de BBP-cijfers toch wel wat lager lagen dan verwacht, maar zelfs in het economisch machtige China moet men het tegenwoordig met iets minder flamboyante groeicijfers stellen. De meeste huizen gaan er momenteel nog vanuit dat het om een zogenaamde, om een duur woord te gebruiken, “midcycle slowdown” gaat. Maar als dit verhaal blijft duren, dan zal de vraag naar een nieuwe liquiditeitsinjectie een QE3, of misschien QE 2 ½ want dat klinkt minder gevaarlijk, steeds luider gaan klinken.
En het is niet toevallig dat al de problemen waar we de afgelopen maanden mee te kampen hebben gehad naar de oppervlakte zijn beginnen te komen toen QE2 is gestopt. In vorige bijdragen hebben we het herhaaldelijk gehad over de “risk on” beweging, het stijgen van alle meer risicovolle activa, met een nog nooit vertoonde correlatie, die begon toen Ben Bernanke begon te praten over QE2. En over de “risk off” beweging, het in elkaar ploffen van diezelfde activa toen het QE2 verhaal op zijn einde liep. Zeg nu nog eens dat er geen logica zit in de financiële markten.
Als we die redenering nog een stap verder volgen zouden we kunnen zeggen dat de Amerikaanse rentepaus sinds de inzinking in de markten en de economie vorig jaar augustus eigenlijk een jaar tijd heeft gekocht. En dat er niet veel is, behalve misschien wat toekomstige inflatie en de woede van zowat alle groeilanden met op kop China, dat hem belet hetzelfde nummer nog eens op te voeren. Met waarschijnlijk dezelfde of tenminste gelijkaardige gevolgen. Agressief short gaan staan en ergens op een strand gaan liggen wachten op winst is daarom misschien ook niet zonder gevaar.Tot zover blijven de gelijkenissen met vorig jaar Augustus beangstigend.
Maar nog niet half zo beangstigend als de gelijkenissen tussen de volgende twee grafieken.
Waar we hier naar kijken zijn de lange termijn grafieken van de Braziliaanse Bovespa en de Indiaanse Sensex. Iedere bar is een maand en het onderste deel van de grafiek is telkens de maandelijkse MACD. Als mijn collega Karel de Bie niet ergens op een afgelegen plek op onze aardkluit zou rondzwerven en naast me zou zitten, zou hij waarschijnlijk wijzen op de kanjer van het technische verkoopsignaal. (het naar beneden omslaan van de maandelijkse MACD met er nog een negatieve divergentie bovenop).
Maar daar gaat het me vandaag niet om. Kijk nog eens goed naar de twee grafieken. Je kan ze bijna over elkaar leggen en niet alleen de afgelopen maanden, maar al een hele tijd. Toegegeven, het zijn beide BRIC landen. Maar we hebben het hier toch over twee verschillende continenten en twee totaal verschillende economieën. De ene is gebaseerd op grondstoffen en een grote toeleverancier aan de Aziatische groeilanden. De andere is in principe nog een agrarische economie, maar wel één met een stuk technologie dat ambieert Silicon Valley naar de kroon te steken. En toch ziet het koersverloop er identiek uit.
Dit geeft nog maar eens aan hoe sterk geldstromen vandaag de markten sturen en hoe sterk ook alles met elkaar gecorreleerd is. We leven in een systeem waar de ene dominosteen zelfs niet moet wachten totdat de vorige wordt aangestoten om aan vallen beginnen te denken. Ze vallen, of stijgen, allemaal in real time. En dit maakt dat investeren en traden nooit meer echt hetzelfde zal zijn. Om het in voetbaltermen te stellen: de omloopsnelheid van de bal neemt steeds toe. Daardoor wordt de balbehandeling steeds moeilijker. De enige manier om die gekke wereld wat trager te laten lopen, is wat interessante werken van de Thalebs, Rajans en Mauldin te lezen.
When the going gets tough, then go to the beach and read.
Philippe Gijsels
Head of FI Research and Marketing
BNP Paribas Fortis Global Markets
Meest gelezen
- 1 Oost-Vlaming casht tientallen miljoenen op software voor 'next big thing' in bouw
- 2 Aflopende Oekraïens-Russische deal verhoogt druk op Europese gasprijzen
- 3 Brouwer van Delirium Tremens koopt Gouden Carolus-brouwer Het Anker
- 4 Braziliaanse BYD-fabriek dicht wegens slavernij
- 5 Trump wil Groenland en Panamakanaal inlijven: een grap of doordachte strategie?