Aan de hand van elf concrete engagementen ijvert Voka met zijn Groeimanifest voor groei waarvan iedereen beter wordt. Voka concentreert zich hiervoor op drie pijlers: duurzaamheid, arbeidsmarkt en innovatie.
Tegen 2030 wil Voka van Vlaanderen de place to be maken om te ondernemen. Het Groeimanifest is een oproep om een van de sterkste regio's in West-Europa te worden. ‘Dat doen we aan de hand van elf krachtige, concrete engagementen’, zegt Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder van Voka. ‘Voor alles wat we in de toekomst willen doen, hebben we groei nodig: onze welvaartsstaat versterken, de pensioenen betaalbaar houden, de koopkracht opkrikken en investeren in duurzame transitie, een sterke gezondheidszorg en kwalitatief onderwijs.’
Gezonde groei
Het idee van groei wordt nochtans vaak in vraag gesteld. Sommigen pleiten voor een nieuw economisch model zonder groei. ‘Maar dan is het onmogelijk om onze welvaart te behouden’, zegt Bart Van Craeynest, hoofdeconoom Voka. Hij maakt dit duidelijk met een voorbeeld. ‘Begin de jaren 1990 waren er in Vlaanderen vier mensen op beroepsactieve leeftijd voor elke 65-plusser, vandaag is dat minder dan drie en tegen 2050 zijn dat er nog maar twee. De enige mogelijkheid om dat op te vangen is via economische groei.’
Over duurzaamheid mag geen discussie meer bestaan, een bedrijf dat niet duurzaam is, wordt eruit gebonjourd.
Voka stelt een groei voor van 2 procent. Ongebreideld groeien is niet aan de orde. Groei gaat voor Voka breder dan louter het bbp. ‘Als we de koek op een duurzame manier groter maken, dan zorgen we ervoor dat iedereen erop vooruit gaat. De groei moet gezond en gedeeld zijn’, aldus Maertens.
In het Plan Samen Groeien vroeg Voka eerder al een reeks engagementen en acties van onder meer de politiek. Met het Groeimanifest willen de ondernemingen ook zelf de handschoen opnemen. Voka ziet drie grote werven: arbeidsmarkt, duurzaamheid en innovatie. Maertens: ‘Het tekort aan geschikte werkkrachten is nu en de komende jaren de grootste rem op onze groei. Innovatie en verduurzaming bieden de grootste kansen voor groei. Eenvoudig gesteld gaat het om ‘mensen’, ‘centen’ en ‘procenten.’
Witte raaf
Een eerste domein is de arbeidsmarkt. De overheid wil meer mensen aan de slag krijgen en mikt daarbij op een tewerkstellingsgraad van 80 procent. Voka legt met 85 procent de lat hoger, goed voor in totaal 350.000 extra werkenden. ‘Dat is haalbaar. Topregio’s in onder meer Duitsland en Zwitserland tonen ons dat voor’, zegt Bart Van Craeynest.
Een tewerkstellingsgraad van 85 procent, in totaal 400.000 extra werkenden, is haalbaar. Topregio’s in Duitsland en Zwitserland tonen ons dat voor.
‘Onze bedrijven schreeuwen om mensen. We zullen iedereen nodig hebben. De witte raaf bestaat niet meer’, vult Hans Maertens aan. ‘Tegelijk is er heel wat talent dat we nog beter kunnen doen floreren. Daarom willen we resoluut gaan voor een inclusieve werkomgeving, levenslang leren en duurzame loopbanen, met oog voor het welzijn en een evenwicht tussen privé en werk.’
Een tweede pijler is innovatie, volgens Voka dé manier om de verschillende transities in de wereld aan te pakken. Denk bijvoorbeeld aan de veroudering van de bevolking, de digitalisering, de duurzame transitie en de daaraan gekoppelde revolutie in de energievoorziening. ‘Op het vlak van innovatiecapaciteit scoort België doorgaans sterk’, legt Hans Maertens uit. ‘Ons land kent verschillende succesverhalen, zoals de biotechcluster, de expertise in chips en de offshorewindenergie. Op die weg moeten we doorgaan.’
Er moeten meer centen geïnvesteerd in onderzoek en ontwikkeling. ‘Als Vlaanderen zich als kennisregio wil profileren, moeten we dit optrekken naar 5 procent. Vandaag is dat 3 procent. Het is aan de bedrijven, overheden en onderwijsinstellingen om dit te realiseren’, zegt Bart Van Craeynest. ‘Daarnaast moeten we nog meer inzetten op partnerships met scholen.’
Duurzaamheid
Een derde werf is duurzaamheid. Niet alleen de bedrijfsprocessen, investeringen en innovatie moeten verduurzamen, ook de mobiliteit en het transport moet groener worden. ‘Over duurzaamheid mag geen discussie meer bestaan’, zegt Hans Maertens. ‘Daar moeten we voluit voor gaan. Een bedrijf dat niet duurzaam is, wordt eruit gebonjourd. Vlaanderen is bijvoorbeeld al koploper op het vlak van recyclage. Maar we kunnen nog veel stappen zetten. Zo willen we de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met 55 procent verlagen.’
‘We zijn een weg ingeslagen waarbij de ondernemingen niet anders kunnen dan groeien, maar het zal wel op een andere manier gebeuren: gezond, gedeeld en duurzaam. Dat willen we op ons netwerkevent van 16 mei ook in de kijker zetten’, besluit Hans Maertens.
Hoe creëren we groei waar iedereen beter van wordt? En hoe maken we Vlaanderen tegen 2030 een topregio om in te ondernemen, werken en leven? Dit zal van iedereen een inspanning vragen. Ondernemingen trekken alvast aan de kar met deze 11 engagementen.
Werf 1: Meer mensen aan het werk in een inclusieve omgeving
- We bieden opportuniteiten aan alle talent met ondernemerschap en ambitie.
- We gaan voor duurzame loopbanen met oog voor persoonlijke ontwikkeling, werkbaarheid en gezondheid.
- We zetten in op levenslang leren en toekomstgerichte vaardigheden
Werf 2: Investeren in de toekomst
- We gaan meer investeren met het oog op een totale O&O-intensiteit van 5% bbp.
- We valoriseren innovatie meer door samenwerkingen met sectoren en onderzoeksinstellingen.
- We mikken op een brede digitale transformatie met het oog op meer toegevoegde waarde en productiviteit.
- We investeren in partnerships met scholen voor het talent van de toekomst.
Werf 3: Transformeren naar een duurzame economie
- Vanuit de ESG-principes verduurzamen we onze bedrijfsprocessen en stimuleren we dit bij klanten en leveranciers.
- Onze CO2-voetafdruk verlagen we verder om bij te dragen aan 55% broeikasgasreductie.
- We versterken Vlaanderen verder als wereldwijde groene innovatieleider.
- We gaan voor een duurzamer wagenpark en meer goederenvervoer via het spoor en binnenvaart.