Voor een succesvolle transitie naar elektrisch rijden, is een voldoende groot laadnetwerk essentieel. Maar wat is ‘voldoende’? Hoe liggen de kaarten vandaag in België? En welke obstakels kunnen nog roet in het eten gooien? Jochen De Smet, voorzitter van EV Belgium, geeft duiding.
Tegen 2035 moeten alle nieuw verkochte auto’s in Europa emissievrij zijn, wat de elektrische auto een enorme boost zal geven. Maar zijn er wel voldoende publieke laadpunten om die transitie aan te kunnen? Jochen De Smet maakt zich voorlopig geen zorgen over het aantal publieke laadpunten in België. Als voorzitter van EV Belgium vertegenwoordigt hij 120 bedrijven die actief zijn in de elektrische transitie, van autobouwers tot energiebedrijven en aanbieders van laadoplossingen.
‘Of we goed bezig zijn met de laadinfrastructuur in België? Proportioneel hebben we vandaag enorm veel laadpunten ter beschikking in verhouding tot het aantal elektrische wagens. De uitrol van laadinfrastructuur loopt ver voor op die van elektrische wagens. Op het einde van het derde kwartaal van 2022 telde ons land zo’n 70.000 batterij-elektrische wagens tegenover 22.340 publieke laadpunten. Tot 2025 is er sowieso geen probleem. Daarna zal het ervan afhangen hoe snel het moet gaan en of de overheden kunnen volgen’, zegt Jochen De Smet.
Grote regionale verschillen
België telt dus 22.340 publieke laadpunten, maar die zijn niet evenredig verspreid over de regio’s. Vlaanderen is koploper met 17.653 laadpunten, tegenover 2.710 in Wallonië en 1.977 in Brussel (status einde derde kwartaal 2022). Vlaanderen neemt het voortouw. Vlaams mobiliteitsminister Lydia Peeters wil dat er tegen 2025 35.000 laadequivalenten staan of omgerekend één publiek laadpunt per tien elektrische wagens. Een aantal dat ze wil bijstellen als blijkt dat er meer nodig zijn. In juli 2022 werd de concessie voor de uitbouw van dit publieke netwerk toegekend aan Engie (voor de provincies Antwerpen, Oost-Vlaanderen en Limburg) en TotalEnergies (West-Vlaanderen en Vlaams-Brabant).
Bij de meeste laadpalen is het niet duidelijk wat je uiteindelijk betaalt. Vanaf het moment dat Europa de krijtlijnen vastlegt, zal dit snel verbeteren.
Wallonië hinkt duidelijk achterop. ‘Ik heb nog nooit een uitgebreide aanbesteding gezien in Wallonië. De Waalse overheid moet dringend in actie schieten’, zegt Jochen De Smet. ‘We beginnen ons echt zorgen te maken. Brussel heeft dan weer wel een duidelijk plan. Er loopt bijvoorbeeld een aanbesteding voor 750 tot 1.000 bijkomende laadpunten volgend jaar. Dat aantal zal dus fel stijgen.’
Internationale context
Hoe goed scoort de laadinfrastructuur in België tegenover andere landen? Beter dan je misschien denkt. Volgens ACEA, de koepel van Europese autobouwers, staat België met 8,8 publieke laadpunten per 100 kilometer weg op de achtste plaats in Europa. De gouden medaille gaat naar Nederland met maar liefst 64,3 laadpunten per 100 kilometer.
Jochen De Smet geeft aan dat je wel voorzichtig moet zijn met landen vergelijken. ‘Sommige landen hebben meer laadpalen en een grotere densiteit. In Nederland is er bijvoorbeeld één laadpunt per vier à zes elektrische wagens, naargelang de regio. Maar Nederland is veel meer aangewezen op het publieke terrein om te laden. Nederlanders hebben veel minder vaak een oprit of garage dan Belgen. In België hebben we veel meer mogelijkheden om thuis of op het werk te laden.’
Genoeg stroom?
De transitie is volop bezig, maar bepaalde factoren kunnen nog stokken in de wielen steken. Is er bijvoorbeeld genoeg stroom? ‘Dat is geen issue’, zegt Jochen De Smet overtuigd. ‘Volgens Bloomberg zullen we op wereldniveau maar enkele procenten extra stroom nodig hebben voor de uitrol van de elektrische wagen. Ook voor België zijn er studies die in dezelfde richting wijzen. Als er al problemen zouden zijn, dan kan er altijd lokaal stroom geproduceerd worden met zonnepanelen. We moeten wel vermijden om allemaal samen te laden in de ochtend- of avondpiek. Daarom moet er bijkomend ingezet worden op hernieuwbare energie.’
Transparante prijzen
Hij maakt zich meer zorgen over de prijstransparantie. Vaak is het onduidelijk hoeveel een laadbeurt nu eigenlijk kost. ‘Je betaalt het tarief van de laadpaal zelf, maar daar komt nog een bedrag bij als je een laadpas van een andere mobility service provider gebruikt. Bij de meeste laadpalen is het niet duidelijk wat je uiteindelijk betaalt. Het zou helpen mocht de overheid op Europees niveau aangeven wat ze precies verwacht. Hopelijk kunnen we daar meer duidelijkheid over bieden in 2023’, aldus Jochen De Smet.
Daar is goed nieuws over, want het Europees Parlement heeft in oktober een reeks nieuwe voorschriften uitgewerkt. Laadstations moeten toegankelijk worden voor voertuigen van alle merken en de betaling moet eenvoudiger. De prijs per kWh moet zichtbaar zijn. Tegen 2027 komt er een platform met informatie over de beschikbaarheid, wachttijden en prijzen van laadstations binnen Europa.
Dure elektriciteit
Nog een heikel punt: de hoge elektriciteitsprijzen. Verschillende media meldden de jongste weken dat elektrisch rijden nu duurder is dan rijden op benzine of diesel. ‘In september lag de elektriciteitsprijs inderdaad erg hoog, maar in oktober is die alweer sterk gedaald. Je elektriciteitsfactuur wordt berekend op basis van het gemiddelde van de aangekochte energie over een heel jaar. Ik heb natuurlijk geen glazen bol, maar ben ervan overtuigd dat dit een eenmalig probleem was’, besluit Jochen De Smet.