De Leeuw van de Export is dé exportprijs van Vlaanderen. Pas op 14 september vernemen we in de Leuvense Brabanthal aan wie Flanders Investment & Trade (FIT) de felbegeerde award overhandigt. Maar de vakjury vervulde al een deel van haar opdracht en selecteerde uit alle kandidaten zes genomineerden. Die vullen momenteel hun dossier verder aan en bereiden hun presentatie voor. Op basis van dat dossier én de geleverde presentatie selecteert de jury in elke categorie een winnaar. We stellen je de volgende genomineerden graag even voor: Kipco-Damaco (in de categorie ‘50 of meer medewerkers’) en Belkorn (in de categorie ‘maximaal 49 medewerkers’).
Alle winnaars van de Leeuw van de Export hebben twéé dingen gemeen: de passie voor internationaal ondernemen en ijzersterke exportresultaten. Dat is niet anders voor de laatste twee genomineerden van de editie 2022.
Met een pioniersmentaliteit nieuwe markten veroveren
Kipco-Damaco is gespecialiseerd in de productie van kippenseparatorvlees dat verwerkt wordt tot onder meer kookworst en diverse frituursnacks. Naast de hoofdvestiging in het West-Vlaamse Oostrozebeke zijn er productiesites in Polen en Frankrijk. Verder is het bedrijf actief in de verkoop van diepvriesgroenten, -vlees, -vis en -frieten voor de retail en het foodservicessegment.
’83 procent van onze omzet komt uit export, waarvan een aanzienlijk deel uit niet-EU-markten’, vertelt eigenares en commercial & marketing director Iris Vandaele. Kipco-Damaco beschikt dan ook over een breed netwerk van eigen verkoopkantoren. Dat netwerk is niet zonder slag of stoot tot stand gekomen.
‘We zijn een internationale groep, maar toch koesteren we onze familiale waarden’
‘Bij de val van de Berlijnse Muur in 1992 opende het hele Oostblok zich als een nieuwe potentiële markt’, blikt Iris Vandaele terug. ‘Mijn vader zag de kansen en stuurde mij samen met een tolk naar Rusland om die markt te ontwikkelen. En zo veroverden we markt na markt: na Rusland de Balkan, nadien Azië, Afrika en het Midden-Oosten.’ Die pioniersgeest van durven, doen en doorgaan, het blijft de drijvende kracht van deze West-Vlaamse kmo.
‘Veel markten waarin wij aanwezig zijn, groeien sterk omdat zij dankzij hun economische ontwikkeling aan koopkracht winnen,’ aldus CEO Paul Larmuseau. ‘Westerse voedingsproducten zoals diepvriesfriet en -groenten worden daarenboven gezien als luxegoederen, waarbij de Belgische oorsprong vaak nog versterkend werkt.’
De lokale marktkennis vanuit de verkoopkantoren en zijn gespecialiseerde knowhow zet Kipco-Damaco in om samen met de klanten te bekijken hoe hun vleesverwerkingsproces aangepast kan worden. Deze nauwe samenwerking is dan ook de motor van hun groei.
‘We zijn een internationale groep, maar toch koesteren we onze familiale waarden’, vindt Iris Vandaele. ‘We omarmen de culturele diversiteit van onze mensen. Als medewerkers uit onze verkoopkantoren naar Oostrozebeke komen, komen ze letterlijk thuis. Dat blijft onze grootste troef, omdat het zorgt dat we de taal, de mentaliteit en de manier van zakendoen in al die landen kennen.’
Tot slot zet Kipco-Damaco zwaar in op duurzaamheid en circulaire economie. Het bedrijf gaat er prat op dat het de restproducten van de pluimveeproductie weet om te zetten tot grondstoffen voor de aquacultuur en producenten van voeding en dierenvoeding.
Trouw aan duurzame visie
Al in 1985 bracht Belkorn een biokoek voor kinderen op de markt. Hoewel de biotrend zich pas jaren later zou doorzetten, bleef het familiebedrijf uit Diest al die tijd trouw aan zijn duurzame visie. Continue investeringen in het productieapparaat, kwaliteitscontrole en productinnovatie leverden uiteindelijk de internationale doorbraak op in de niche van biobaby- en biokinderkoeken.
Vandaag gaat meer dan 95 procent van wat er bij Belkorn wordt geproduceerd naar het buitenland, tot in Australië toe. Dat de bakkerij in de bio-niche is terecht gekomen, komt op conto van de vader van Jos Corthouts. ‘Die wou na de oorlog voor dokter studeren, maar moest in de bakkerij aan de slag’, vertelt Mia Somers, echtgenote van Jos Corthouts en mede-zaakvoerder. ‘Toch behield hij zijn interesse in gezondheid en begon glutenvrij en zoutloos brood te bakken voor het naburige ziekenhuis.’ In 1985 begonnen Jos en Mia Corthouts met de productie van biokoeken.
‘Australië en Nieuw-Zeeland zijn een van onze grootste exportlanden geworden’
‘In die tijd was de biomarkt nog heel klein’, weet Mia Somers. ‘Te klein om onze investeringen in een nieuw pand en een oven te laten renderen.’ Onvermijdelijk keek het bedrijf naar het buitenland en vrij snel vonden de biokoeken hun weg naar het Verenigd Koninkrijk. ‘De biotrend pikte daar sneller op dan op het vasteland’, vertelt Luc Morren, verantwoordelijk voor de verkoop. ‘Door het succes in het VK kwam ook Australië in beeld. En zo zijn Australië en Nieuw-Zeeland een van onze grootste exportlanden geworden.’
Ondertussen levert Belkorn ook aan het Midden-Oosten, Litouwen, Denemarken, Oekraïne en Roemenië. De oorlog in Oekraïne en het vertrek van het VK uit de Europese Unie nopen Belkorn om nog meer geografisch te diversifiëren. ‘In Duitsland lopen gesprekken met sterke partners’, aldus Luc Morren. ‘We hopen daar volgend jaar op de markt te kunnen komen.’
Ook de Aziatische markt heeft wel oor naar bioproducten. Alleen schermt China zijn markt zodanig af dat het heel moeilijk is om de nodige certificaten te krijgen. Ook Japan en de andere Zuidoost-Aziatische landen hebben een bijzonder strenge wetgeving. ‘Maar als we daar op een dag een goede partner vinden, moet dat ook wel lukken,’ besluit Mia Somers met vertrouwen.