Les piqûres sauvages!

Heel West-Europa heeft intussen zijn maand van naaldenprikkerij gehad.

  • - ‘Zwart-geel, Jos!’
    - ‘Nee, Jef, zwart-geel-rood!’
    - ‘Zwart-geel! Kijk, ik heb een prentje gevonden op het internet, dat is graaf Gwijde van Dampierre, wat staat er op zijnen frak, Jos? Een zwarte leeuw op een gele achtergrond!’
    - ‘Jef, alstublieft, dat is geen geel, da’s goud. En daarbij, dat is de vlag van de zwarten, dat telt niet. Dit is de officiële vlag, zwart-geel-rood, enfin, in goud een leeuw van sabel getongd en geklauwd van keel. En wist ge, Jef, uw Gwijde, dat is eigenlijk Guillaume, die sprak Frans!
    - ‘Ah, hebt gij daar een prentje van?’

Wakkere lezers van deze courant hadden het meteen in de smiezen. Bovenstaande aanhef verscheen in De Tijd precies een jaar geleden. Maar wat blijft de tekst toch actueel. Vlamingen vierden ook dit jaar hun feestdag zoals de traditie het blijkbaar voorschrijft. Wie vocht nu eigenlijk tegen wie, op 11 juli 1302? Het antwoord mag voer zijn voor verder historisch onderzoek, wie tegen wie vocht op 11 juli 2022 is duidelijk: de Vlamingen tegen de Vlamingen. De ene komt volgens de andere met de verkeerde vlag naar buiten, de andere heeft volgens de ene zijn liedjesteksten niet geblokt. Zelfs om ambras te maken hebben we geen Walen meer nodig. Gewoon gezellig onder ons lukt perfect.

Advertentie

Dat een premier de tekst van het Vlaamse volkslied niet kent, doet ons alvast niet vrezen voor zijn toekomst. Een van de voorgangers, Yves Leterme, herinnerde zich zelfs de melodie van het Belgische volkslied niet en die heeft na zijn ambtsperiode toch ook nog vast werk gevonden. Alles komt goed.

De naaldenhysterie doet, althans bij de oudere landgenoot die zijn geheugen nog niet helemaal kapot gezopen of gesnoven heeft, misschien wel een belletje rinkelen.

Aan de Walen ging dat Vlaamse gekissebis in elk geval geheel voorbij. Die waren op 11 juli nog aan het bekomen van Les Ardentes, hét muziekfestival van Luik. De nieuwe locatie in Rocourt viel mee, het feestje begon zoals steeds te laat en de twintig meldingen van needlespiking bleken loos alarm.

Die naaldenprikkerij is wel een handig ding. Als pubers op hun eerste festival iets te veel (il)legale roesmiddelen hebben ingenomen, kunnen ze het bij papa en mama en in de Rode Kruistent steeds als excuus bovenhalen. En meedoen met dé zomertrend van het jaar is natuurlijk ook supercool. Heel West-Europa heeft intussen wel zijn prikjesmaand gehad. Keiharde bewijzen zijn nog altijd op zijn minst flinterdun te noemen.

De naaldenhysterie doet, althans bij de oudere landgenoot die zijn geheugen nog niet helemaal kapot gezopen of gesnoven heeft, misschien wel een belletje rinkelen. Vanaf april 1969 was Frankrijk in de ban van wat de geschiedenis inging als ‘la rumeur d’Orléans’.

Advertentie

Meisjes zouden in die stad verdwijnen in de paskamers van boetieks, gerund door Joden, en als blanke slavinnen worden verscheept naar Arabische landen. Ze werden verdoofd met snoepjes of - hier komt ie - met een injectienaald die in de hak van een schoen zat. Het verhaal begon in Orléans maar al snel was heel Frankrijk in de ban. Dreigende vaders en moeders bliezen verzamelen. De geviseerde winkels konden niets anders dan sluiten.

Als het hysterie regent in Frankrijk... Inderdaad, even later stonden ook Belgische boetieks op de zwarte lijst. Een klerenzaak in Brussel zou zelfs uitgerust zijn met een valluik in de paskamers. De politie onderzocht de hele zaak. Uiteindelijk werd geen valluik gevonden en geen enkele ontvoering genoteerd. Nergens bleek een dochter ongewettigd afwezig, noch in Frankrijk, noch in België.

Het schoolvoorbeeld van massahysterie werd mooi beschreven door de Franse socioloog Edgar Morin in zijn boek ‘La Rumeur d’Orléans’. Bent u nog op zoek naar vakantieliteratuur? We kunnen de gedegen studie aan alle bezorgde ouders ten zeerste aanbevelen.

Advertentie

In het nieuws

Alle artikels meer
Staatsbonbeleggers keren niet terug naar spaarboekje
Het gros van de 22 miljard euro die in de fiscaal voordelige staatsbon werd geïnvesteerd, is niet meer teruggekeerd naar de spaarboekjes, maar vloeide naar alternatieve beleggingen zoals termijnrekeningen en kasbons. Daarmee heeft de staatsbon de Belgische spaarmarkt grondig hertekend.
Gesponsorde inhoud