opinie

Wallonië heeft Europa, Vlaanderen en De Croo niet nodig voor natuurherstelwet

Advocaat grondwettelijk recht en praktijkassistent KU Leuven

In Franstalig België is veel ophef over de uitspraak van premier Alexander De Croo dat Europa ‘de pauzeknop moet indrukken’ voor nieuwe milieuwetgeving. Wallonië kan echter perfect zelf een natuurhersteldecreet aannemen.

Al maandenlang uit de Vlaamse regering haar grote bezorgdheid over de Europese natuurherstelwet en de impact daarvan op de industrie en de economie in een dichtbevolkte regio als Vlaanderen. Sinds afgelopen dinsdag schaart ook premier Alexander De Croo (Open VLD) zich achter dat standpunt, tot grote frustratie van Groen, maar ook van bijna alle Franstalige partijen. Nochtans hoeven de deelstaten elkaar niet te frustreren. Ze kunnen elk hun eigen koers varen.

Vlaanderen is Wallonië niet en Wallonië is Brussel niet. Door zelf een natuurhersteldecreet aan te nemen kan elke deelstaat een natuurhersteltraject op maat uitwerken.

De meest opvallende reactie op de uitspraak van De Croo kwam van Brussels minister van Leefmilieu Alain Maron (Ecolo). Maron is een notoir belgicist, maar merkte op Twitter fijntjes op dat ‘het standpunt van België in de Europese Raad over deze ontwerpen niet tot de exclusieve bevoegdheid van de federale regering behoort’. Willens nillens raakt Maron daarmee de essentie aan. De gewesten zijn bevoegd voor het leefmilieu, niet de federale overheid. Dat heeft tot gevolg dat om een Belgisch standpunt over de natuurherstelwet te bereiken het in de eerste plaats de gewesten zijn die daarover een consensus moeten vinden.  

Advertentie
De essentie
  • De auteur
    Quinten Jacobs is advocaat grondwettelijk recht en praktijkassistent aan de KU Leuven.
  • De kwestie
    In Franstalig België is veel ophef over de uitspraak van premier Alexander De Croo dat de Europese Unie ‘de pauzeknop moet indrukken’ voor nieuwe Europese milieuwetgeving.
  • Het voorstel
    Wallonië kan perfect zelf een natuurhersteldecreet aannemen.

In de praktijk blijkt dat in veel klimaat-, leefmilieu- en energiedossiers zeer moeilijk. Dat is niet onlogisch, omdat bevoegdheden vaak werden gesplitst omdat Nederlandstaligen en Franstaligen het er niet langer eens over konden raken. Omdat ze nu in een Europese context gedwongen worden het eens te raken over het Belgische standpunt in die dossiers, komt de communautaire breuklijn weer in alle scherpte aan de oppervlakte. En moet België zich, bij gebrek aan consensus tussen de deelstaten, vaak onthouden, wat soms voor een diplomatieke blamage zorgt.

Kopiëren

Een gebrek aan overeenstemming tussen de deelstaten moet niet noodzakelijk tot blokkering of inertie leiden. Integendeel, onze bevoegdheidsverdeling garandeert dat de deelstaten die dat willen op eigen houtje maatregelen kunnen nemen zonder afhankelijk te zijn van de andere deelstaten. Dat geldt ook voor de natuurherstelwet. Niets belet het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zelf een natuurhersteldecreet aan te nemen, zonder dat zij op een Europese natuurherstelwet moeten wachten en zonder zich iets van Vlaanderen te moeten aantrekken. Ze kunnen zelfs de Europese natuurherstelwet, zoals die nu voorligt, kopiëren en nog verscherpen om hun steden te vergroenen en ecosystemen maximaal te herstellen. Daarvoor hebben ze noch de Europese Unie, noch de Vlaamse regering, noch premier De Croo nodig. Ze zijn volledig autonoom.

Die werkwijze heeft onmiskenbare voordelen. Ten eerste wordt geen enkele regio gedwongen iets in te voeren waarvoor geen democratisch draagvlak bestaat. Elke regio kan naar eigen inzichten een eigen koers rijden, zonder de andere deelstaten tot iets te dwingen. Daarnaast maakt een dergelijke benadering maatwerk mogelijk. Vlaanderen is Wallonië niet en Wallonië is Brussel niet. Door zelf een natuurhersteldecreet aan te nemen kan elke deelstaat een natuurhersteltraject op maat uitwerken dat tegemoetkomt aan regionale en lokale geografische, demografische en economische verschillen en economische, sociale en ecologische belangen tegen elkaar afweegt.

De werkelijke discussie is niet of natuurherstel een goede zaak is of niet. Niemand betwist de waarde van natuurherstel. De echte vraag is of we mordicus één Europese natuurherstelwet moeten opleggen aan 27 lidstaten.

Ten derde kan een deelstaat als beleidslaboratorium functioneren. Als de impact van het natuurhersteldecreet op de industrie minder groot blijkt dan gedacht, kan dat de koudwatervrees bij de andere deelstaten wegnemen om zelf een gelijkaardige regeling aan te nemen. Ook het omgekeerde geldt. Als het decreet onverwachte schadelijke neveneffecten blijkt te hebben, worden die niet meteen over bijna 450 miljoen mensen in heel de Europese Unie uitgerold, maar is het effect beperkt tot de regio die het natuurhersteldecreet in kwestie heeft aangenomen en die haar regels zelf kan bijsturen.

Kortom, de werkelijke discussie is niet of natuurherstel een goede zaak is of niet. Niemand betwist de waarde van natuurherstel. De echte vraag is of we mordicus één Europese natuurherstelwet moeten opleggen aan 27 lidstaten met onderling zeer verschillende regio’s, desnoods tegen de wil in van de bevolking van de gebieden die het meest getroffen zullen worden.

Advertentie

Het alternatief is veel aantrekkelijker. Elke (deel)staat kan zelf kiezen hoever ze wil gaan. (Deel)staten die voorstander zijn van verregaande natuurherstelregels op korte termijn, hoeven niet te wachten op (deel)staten die die regels willen tegenhouden of versoepelen. En (deel)staten die beducht zijn voor al te strenge natuurherstelregels krijgen geen ongewenste regels door de strot geduwd. Het natuurherstel in Vlaanderen, Brussel en Wallonië kan er alleen wel bij varen.

Advertentie
Gesponsorde inhoud