Meer mensen aan het werk is enige optie om klimaatherverdeling te financieren
Het klimaatdebat gaat hard tegen hard. Nu de ordegrootte van de klimaattransitie doordringt, rijst almaar meer de vraag wie de factuur zal betalen. Dat debat gaat niet alleen over ons toekomstig klimaatbeleid, maar over de toekomst van België.
‘De volgende fase in het klimaatdebat wordt de vaststelling dat de armsten bovenmatig geraakt worden door al die maatregelen. Twee keer raden wie belast zal worden om die extra herverdeling te betalen? Ik vraag het voor de middenklasse.’
Kiezen we niet radicaal voor meer mensen aan het werk, dan wordt de klimaattransitie communautaire springstof.
Die bedenking maakte ik me afgelopen weekend op Twitter na het doornemen van de klimaatplannen van de Vlaamse regering. Nauwelijks twee dagen later zitten we al in die volgende fase. In zijn column verwees Peter Hinssen dinsdag naar die realiteit. Mensen die het minder breed hebben, hebben onvoldoende middelen om te isoleren, laat staan een dure elektrische auto te kopen.
Deze krant becijferde dat de armste 20 procent tegen een renovatie aankijken van gemiddeld 60.000 euro, de rijkste 20 procent tegen een van gemiddeld 48.000 euro. Professor Ive Marx koppelt daar een beleidsvraag aan: welk compenserend beleid gaan we voorzien voor die groep mensen?
- De auteur
- Peter De Keyzer is managing partner van Growth Inc.
- De kwestie
- Nu de ordegrootte van de klimaattransitie begint door te dringen rijst steeds meer de vraag wie de factuur zal betalen. Dat dreigt de middenklasse te worden.
- Het voorstel
- Er is één optie om de klimaattransitie en de klimaatherverdeling te financieren: radicaal meer mensen aan het werk krijgen.
Hoe leiden we de klimaattransitie en de klimaatherverdeling in goede banen? Grosso modo zijn er vier oplossingen. Twee onhaalbare, een die heel lang duurt en een die mogelijk is.
Eerst en vooral zou de overheid extra schulden kunnen maken. We delen cheques uit voor elektrische voertuigen, subsidies voor isolatie of bouwen nieuwe sociale woningen. Onze schulden zitten stilaan aan een gevaarlijke bovengrens. Niet alleen in het federale België, maar ook in Brussel, Wallonië en Vlaanderen. Hoge schulden maken ons financieel-economisch kwetsbaar in een crisis. De Belgische overheidsschuld bedraagt 115 procent van het bruto binnenlands product. Dat is meer dan de schuld van Italië en Griekenland aan de vooravond van de financiële crisis in 2008. We weten hoe het met die landen is gelopen.
Belastingen
Een tweede optie om de klimaatherverdeling te financieren is de belastingen te verhogen voor de rest van de bevolking. Dat komt neer op het verder belasten van wie werkt, spaart of onderneemt. Het verhaaltje dat we ‘de rijken zullen laten betalen’ is vooral dat: een verhaaltje. Elke vermogensbelasting levert veel minder op dan gehoopt. Een belastingverhoging wordt altijd opgehoest door de middenklasse. Een heilloze strategie. Wie in België werkt, betaalt zowat de hoogste belastingen in Europa. Die lasten verder opdrijven zou economische activiteit vernietigen, automatisering aanmoedigen en het opnemen van een job ontmoedigen. Extra belastingen op wie werkt, moeten tot elke prijs vermeden worden.
Zelfs al starten we vandaag, dan nog zal het langere tijd duren voor een hogere productiviteitsgroei leidt tot meer belastinginkomsten.
Een derde optie is het opdrijven van de productiviteit, onze welvaartsmotor. Onze productiviteit meet de toegevoegde waarde per gewerkt uur en bepaalt hoeveel welvaart onze economische activiteit oplevert. Een gewerkt uur in België levert meer welvaart op dan een gewerkt uur in Ghana. Ziedaar het effect van productiviteit. Die welvaart bepaalt hoeveel belastingen we kunnen heffen om te investeren of te herverdelen.
Ons probleem is dat de productiviteitsgroei al vier decennia daalt. Volgens de recentste cijfers van de Nationale Bank dook onze productiviteitsgroei onlangs onder nul. Dat is een loeiend alarmsignaal. Meer innovatie, beter onderwijs, meer ondernemerschap, een dynamischer arbeidsmarkt, meer opleiding en meer concurrentie kunnen helpen. Maar dat is niet voor morgen. Zelfs al starten we vandaag, dan nog zal het langere tijd duren voor een hogere productiviteitsgroei leidt tot meer belastinginkomsten.
Communautaire springstof
Rest nog één optie: radicaal meer mensen aan het werk, en wel snel ook. Niet met rondetafels, studiegroepen of praatbarakken. Flexibeler arbeid, strengere voorwaarden op uitkeringen, het einde van het brugpensioen, meer jobmobiliteit... Dat is de enige manier om de welvaart te vergroten en de belastingopbrengsten te verhogen zonder de belastingtarieven te laten stijgen. Onze carrières zijn zowat de kortste, onze pensioenleeftijd is zowat de laagste van Europa, in heel wat kansengroepen wordt te weinig gewerkt. We hebben nog heel veel verbeterpotentieel.
Kiezen we niet radicaal voor meer mensen aan het werk, dan wordt de klimaattransitie communautaire springstof. De activiteitsgraad is vooral in Brussel en Wallonië laag. De economische activiteit, het spaargeld en de middenklasse bevinden zich vooral in Vlaanderen. Wat gaan we de komende jaren verhogen? De lage activiteitsgraad in het zuiden of de hoge belastingdruk in het noorden? Het antwoord op die vraag wordt cruciaal: voor de klimaattransitie en voor het voortbestaan van dit land.
Meest gelezen
- 1 Waarom schuwen zoveel gezinnen de digitale meter?
- 2 Hogere lonen krijgen uitzicht op hoger wettelijk pensioen
- 3 Bart Tommelein wordt adviseur bij strategisch communicatiebureau van Peter De Keyzer
- 4 WDP koopt oude Renault-site in Vilvoorde voor 100 miljoen
- 5 De haast onbegonnen strijd tegen hybride oorlogsvoering