Kunnen Europeanen meer dan antwoorden geven?
Het talent om nieuwe vragen te stellen is cruciaal voor vooruitgang en innovatie. Universiteiten moeten daarom kiezen voor het vormen van onafhankelijke denkers, en niet alleen voor het reproduceren van kennis, zegt professor Bart De Langhe.
De groeiende kloof in economische productiviteit tussen Europa en de Verenigde Staten is alarmerend. Terwijl de VS uitblinken in innovatie en technologische vooruitgang blijft Europa achter. Hoe komt dat?
Een belangrijke oorzaak ligt in ons onderwijssysteem. Dat vervult twee fundamentele rollen in de samenleving: een algemeen vormende en een onderscheidende. De algemene vorming richt zich op het verhogen van het gemiddelde kennis- en vaardigheidsniveau van alle burgers. De onderscheidende functie draait om het herkennen en cultiveren van uniek talent, zodat studenten zich kunnen specialiseren en wezenlijk bijdragen aan innovatie en vooruitgang.
- De auteur
Bart De Langhe is gedragswetenschapper en is professor marketing aan de KU Leuven en de Vlerick Business School. - De kwestie
De Verenigde Staten blinken uit in technologische innovatie, terwijl Europa achterblijft. Dat heeft gevolgen voor onze welvaart. - De conclusie
Het onderwijs staat voor een cruciale keuze: tussen nadruk op het vermogen om kennis te reproduceren en een focus op het stellen en beantwoorden van nieuwe vragen, wat essentieel is voor vooruitgang.
Die twee functies kunnen in conflict komen. Als de nadruk ligt op het ondersteunen van studenten met minder kennis en vaardigheden, wordt het algemene niveau gelijkgetrokken en nemen de verschillen tussen studenten af - het systeem nivelleert. Richt het onderwijssysteem zich vooral op de sterkste studenten, dan worden onderliggende verschillen versterkt - het systeem differentieert. Dat laatste kan leiden tot grotere ongelijkheden, maar ook tot een grotere diversiteit aan vaardigheden en talenten die innovatie stimuleren.
Veel Europeanen, mezelf inbegrepen, hebben een diepgewortelde voorkeur voor gelijkheid. Het verkleinen van verschillen voelt moreel juist en maatschappelijk wenselijk. Maar is dat altijd de beste keuze voor de toekomst van onze samenleving? Moet onderwijs zich vooral richten op het overdragen van kennis en vaardigheden die voor iedereen bereikbaar zijn, of eerder op het ontwikkelen van unieke talenten?
Het reproduceren van antwoorden is niet langer een uniek menselijke vaardigheid, kunstmatige intelligentie overtreft ons vaak al. Wat ons wél onderscheidt, is ons vermogen om nieuwe vragen te formuleren.
Het belang van nieuwe vragen
De Spaanse kunstenaar Pablo Picasso zei ooit: 'Computers zijn nutteloos. Ze kunnen alleen antwoorden geven.' Een intrigerend citaat, omdat het de kern raakt van wat nodig is om echt te innoveren. Hoewel computers en technologie daar vaak mee worden geassocieerd, benadrukt Picasso hun beperking: ze reproduceren alleen bestaande kennis en kunnen geen nieuwe vragen stellen. Innovatie draait juist om dat laatste, net als om het benaderen van problemen vanuit onverwachte perspectieven.
In de huidige wereld is het stellen van vragen belangrijker dan ooit. Het reproduceren van antwoorden is niet langer een uniek menselijke vaardigheid, kunstmatige intelligentie overtreft ons daarin vaak in snelheid en precisie. Wat ons wél onderscheidt, is ons vermogen om nieuwe vragen te formuleren. Dat vereist een breder scala aan cognitieve vaardigheden: abstract denken, causaal redeneren en metacognitie - het vermogen kritisch te reflecteren op je eigen denkproces. Deze vaardigheden vormen de basis van innovatie en zijn essentieel voor economische vooruitgang.
Ons onderwijssysteem wordt sterk beïnvloed door de verwachtingen van beleidsmakers, docenten en studenten. Steeds vaker hoor ik studenten 'wat moet ik weten?' vragen, in plaats van 'wat wil ik weten?' of 'wat weet ik niet?'. Voor studenten die minder bedreven zijn in kritisch denken, voelt het instuderen van antwoorden overzichtelijker en voorspelbaarder. Het proces van diepgaande reflectie en het stellen van nieuwe vragen is uitdagender en minder gestructureerd, maar juist daarom essentieel voor innovatie.
Sterke schouders vormen
We staan voor een cruciale keuze in het onderwijs, een die de toekomst van Europa zal bepalen. Willen we studenten blijven beoordelen op hun vermogen om antwoorden te reproduceren, of richten we ons op het ontwikkelen van kritisch denkende individuen die de vragen van morgen kunnen stellen én beantwoorden?
Een model dat focust op het reproduceren van antwoorden is vooral gericht op het nivelleren van verschillen. Dat kan aantrekkelijk lijken, maar het ondermijnt Europa's vermogen om te concurreren op het wereldtoneel.
Een focus op het reproduceren van antwoorden leidt tot een onderwijsmodel dat vooral gericht is op gelijkheid en het nivelleren van verschillen. Hoewel dat aantrekkelijk lijkt vanuit een sociaal oogpunt, kan het Europa’s vermogen om te concurreren op het wereldtoneel ondermijnen. We riskeren een fundamentele functie van onderwijs te verliezen: het vormen van onafhankelijke denkers die de drijvende kracht achter innovatie zijn.
Onze universiteiten moeten plekken worden waar nieuwsgierigheid de norm is, waar het stellen van vragen meer waarde krijgt dan het geven van kant-en-klare antwoorden, en waar studenten worden aangemoedigd om hun unieke potentieel volledig te ontplooien. Dat is essentieel om de welvaart op lange termijn te waarborgen. Sterke schouders dragen meer bij, maar die sterke schouders moeten eerst gevormd worden.
Meest gelezen
- 1 De Tijdcapsule | Onderwijsspecialist Wouter Duyck: 'Halveer de uitkering van wie gezond is en niet wil werken'
- 2 De Wever legt lat half zo laag voor fiscale hervorming
- 3 Biofarmabedrijf Galapagos splitst zich in twee en schrapt 200 banen in Mechelen
- 4 Na 63 jaar valt doek over Tupperware in Aalst (en Europa)
- 5 Overheid en notarissen kijken register met bankrekeningen meer dan 250.000 keer in