Belgische techscene is de kinderschoenen ontgroeid
Het afgelopen jaar haalden jonge groeiers meer geld op dan ooit en baarden ze de eerste twee unicorns in ons land. We mogen best wel wat trotser zijn op die evolutie.
Door Sam Sluismans, partner bij Deloitte en voortrekker van het Fast 50-programma, en Omar Mohout, onderzoeker bij Sirris, docent aan de Antwerp Management School en jurylid van Fast 50.
De Belgische tech- en biotechbedrijven haalden in het eerste halfjaar 491 miljoen euro op. Dat is niet alleen een record, het valt ook op dat de techbedrijven verantwoordelijk zijn voor een groot stuk van die koek. De Brusselse dataspecialist Collibra haalde eind januari nog 100 miljoen dollar op bij CapitalG, het durfkapitaalfonds van Alphabet, de moeder van Google. Het bedrijf mocht zich prompt de eerste Belgische ‘unicorn’ noemen, een start-up die meer dan 1 miljard dollar waard is.
Hoewel kapitaalrondes in de Belgische start-upscene positief worden onthaald, gaan er kritische stemmen op over het grote aandeel van buitenlandse investeerders
Hoewel kapitaalrondes in de Belgische start-upscene positief worden onthaald, gaan er kritische stemmen op over het grote aandeel van buitenlandse investeerders. Van de 61 miljoen euro die het Gentse softwarebedrijf Showpad in juni ophaalde, was slechts 5 procent afkomstig uit België. Bij Collibra was dat minder dan 1 procent.
Staan Belgische investeerders dan niet te springen om te investeren in eigen talent? Integendeel. Wie naar vroege kapitaalrondes kijkt, ziet dat techstart-ups er perfect in slagen lokale investeerders te overtuigen. Maar vanaf een B-ronde, bedragen van 20 à 25 miljoen euro, moet je in een land als België wel over de grenzen kijken. Niet alleen wegens het geld. Internationaal schalen vraagt ook geloofwaardigheid en connecties van gerenommeerde durfkapitalisten.
Het klopt dat een deel van het personeel van Belgische start-ups en scale-ups niet in eigen land werkt, maar het is naïef te denken dat een scale-up vanop een Belgisch eiland internationaal succes kan boeken.
Kennisweefsel
België profiteert sterk van het internationale succes van zijn scale-ups. Zowel Showpad als Collibra blijft stevig verankerd in respectievelijk Gent en Brussel. De onderzoeks- en ontwikkelingsfase van hun producten en diensten gebeurt nog steeds vooral hier. Niet toevallig. Met een goed academisch netwerk, instellingen als Imec en het Vlaams Instituut voor Biotechnologie en de nabijheid van bedrijven als Johnson & Johnson of Pfizer biedt België een sterk kennisweefsel.
Het is naïef te denken dat een scale-up van op een Belgisch eiland internationaal succes kan boeken.
Zolang we die troef bewaken, zullen onze scale-ups niet snel vertrekken. En wordt dan toch een bedrijf verkocht, dan is dat niet noodzakelijk een aderlating. Lorenz Bogaert en Toon Coppens, de oprichters van Netlog, ontpopten zich na de verkoop van hun platform tot serieondernemers die hun kapitaal investeren in nieuwe Belgische start-ups. Ze zijn lang niet de enige.
De groeifinanciering van de Europese techbedrijven stijgt exponentieel. Positief nieuws, al creëren de soms hoge waarderingen enige ongerustheid. Is er sprake van een nieuwe dotcomzeepbel? Wie kijkt naar de investeringsbedragen van de Belgische techscene, kan bezwaarlijk spreken van een bubble. De afgelopen 30 jaar verzamelden digitale techbedrijven in ons land zo’n 4 miljard euro extern kapitaal. Zeven keer minder dan het bedrag dat Uber in zijn eentje ophaalde. Maar we mogen ons ook niet blindstaren op de cijfers. Als geld wordt opgehaald om te groeien, hangt de waardering veel sterker af van het plan dat op tafel ligt dan van de omzet op dat specifieke moment.
Bootstrappen
Zouden die jonge techbedrijven niet beter bootstrappen in plaats van al die miljoenen te zoeken in het buitenland? Bootstrappen - creatief omgaan met beperkte middelen en zo je groei financieren - is een modewoord in de start-upscene. En het moet gezegd: bootstrappen is een gezonde manier om te groeien. Techbedrijven verliezen zich soms zo hard in extra functionaliteiten dat hun initiële basisproduct eronder lijdt. Bootstrappen helpt te focussen op de zakelijke kern en op het efficiënt inzetten van kapitaal. Het beveiligingsbedrijf Guardsquare - de winnaar van de Fast 50 Technology Award 2018 - is een goed voorbeeld van een succesvol gebootstrapped bedrijf.
Bij stevige concurrentie is snel schakelen vaak nodig. Dan zijn extra financiering en internationale connecties onontbeerlijk.
Maar soms dringt een (buitenlandse) kapitaalinjectie zich op. Bij stevige concurrentie is snel schakelen vaak noodzakelijk. Dan zijn extra financiering en internationale connecties onontbeerlijk. Anders gezegd: geld ophalen is geen vereiste voor een scale-up, maar wel aan te raden bij ambitie en een sterk plan. Precies in die twee elementen blinken de Belgische techbedrijven steeds meer uit.
Naast de Fast 50 Deloitte Technology Award, de wedstrijd voor de snelst groeiende bedrijven van België, bekroont Deloitte op 14 november ook de Rising Star, het beloftevolste Belgische techbedrijf. In die nevencompetitie zagen we de afgelopen jaren een opmerkelijke evolutie en professionalisering. Pakweg tien jaar geleden hadden onze techbedrijven het heel moeilijk om zelfs maar een eerste kapitaalronde gefinancierd te krijgen. Dat de kaarten vandaag anders liggen, is deels te verklaren door de fondsen zelf, die kapitaal beschikbaar maken en actief op zoek zijn naar opportuniteiten. Dat ze de Belgische techscene omarmen, is niet toevallig. De jonge sector heeft zich de afgelopen jaren ontwikkeld tot een sterk en matuur ecosysteem dat almaar meer durf heeft om ook over de eigen landsgrenzen fondsen te werven.
Meest gelezen
- 1 Urenlang ondervraagd en huizen doorzocht: Didier Reynders verdacht van witwassen via loterijspelen
- 2 Ondernemer Filip Balcaen mengt zich in dealjacht onder verzekeringsmakelaars
- 3 Vooruit legt nultolerantie alcohol op federale onderhandelingstafel na ongeval Tom Waes
- 4 Belasting op fossiele bedrijfswagens dreigt met 10 procent te stijgen
- 5 Telenet haalt 279 werknemers van loonlijst