Vlaams minister van Financiën Matthias Diependaele (N-VA) heeft op de radio bevestigd dat voor wat de woonbonus betreft, de datum van de kredietakte (die wordt samen met de authentieke aankoopakte ondertekend bij de notaris) doorslaggevend zal zijn.
Dat standpunt wordt ook bijgetreden door de Vlaamse belastingadministratie (Vlabel), op haar website.
Vlabel merkt meteen ook fijntjes op dat voor het betalen van de registratierechten volgens de Vlaamse fiscus de datum van de ondertekening van de onderhandse verkoopovereenkomst (compromis) primeert.
De koper verliest dus twee keer. Wie een compromis ondertekent in 2019 maar de akte niet voor 1 januari 2020 verleden krijgt, zal dus zowel de woonbonus verliezen als geen recht hebben op de compensatie via een lager tarief in de registratierechten (6 procent i.p.v. 7 procent).
Tussen het ondertekenen van het compromis en de akte kan in normale omstandigheden tot vier maanden liggen. Vaak kan het sneller. Bij een nieuwbouwappartement van een groter project kan dat zelfs beperkt blijven tot minder dan een maand.
In de vastgoedsector gaat men er van uit dat 'deze kafkaiaanse toestand' de rush nog zal vergroten om het dossier bij de notaris te krijgen.
Er wordt gepleit voor een overgangsregeling om te vermijden dat kopers zowel de woonbonus verliezen en toch nog altijd 7 procent registratierechten moeten betalen. Nog eenvoudiger zou zijn dat de doorslaggevende datum voor de woonbonus en de verlaagde registratierechten identiek moet zijn.