Zowat 90 procent van alle isolatiewerken in België gebeurt met pur (polyurethaan) en pir (polyisocyanuraat). In 2017 ging de prijs van die materialen als een raket de hoogte in, omdat schaarste was opgetreden op de markt van het basisproduct MDI. Voor 1 vierkante meter isolatie steeg de prijs met zowat 50 procent tot een piek van 22 euro.
Intussen is de aanvoer van grondstoffen weer hersteld en dat heeft tot een gestage prijsdaling geleid. Momenteel betaalt u voor 1 vierkante meter isolatie met een dikte van 100 millimeter nog slechts 14 euro. Dat is 37 procent minder dan de piekprijs van september 2017.
Voor wie zijn woning nog moet isoleren, levert dat een belangrijk prijsverschil op. De spouwisolatie van een vrijstaande woning met een buitenmuuroppervlakte van 150 vierkante meter kost nu 1.200 euro minder dan anderhalf jaar geleden. Voor een rijwoning met een buitengeveloppervlakte van 60 vierkante meter bedraagt het verschil 480 euro. Voor het isoleren van een dak van 100 vierkante meter betaalt u 800 euro minder.
Op een verdere prijsdaling hoeft u waarschijnlijk niet te wachten, aangezien de prijs van MDI onlangs weer gestegen is. Sommigen vrezen dat de prijzen zullen terugkeren naar de piek van 2017 door een gebrek aan producenten van het basisproduct MDI. Maar Lieven Malfait, directeur van de divisie isolatie bij Unilin, deelt die mening niet. ‘De prijzen zullen stijgen, maar niets wijst erop dat we teruggaan naar de situatie van twee jaar geleden.’
Kopen op plan
Als u vandaag een woning op plan of sleutel-op-de-deur koopt, zal de lagere prijs voor isolatie mogelijk een gunstige invloed hebben op de totaalprijs van de woning. Aangezien er vaak enkele maanden overgaan voor een woning wordt opgeleverd, kan de prijs voor het isolatiemateriaal intussen weer beginnen te stijgen. Maar dat mag u als particuliere koper geen zorgen baren, want op grond van de woningbouwwet, de zogenaamde wet-Breyne, kan de promotor de afgesproken prijs niet eenzijdig aanpassen.
De wet-Breyne dateert uit 1971 en heeft als doel de consument te beschermen bij de aankoop van vastgoed (op plan). Ze beschermt de kandidaat-koper of -bouwer tegen een eventueel faillissement van de aannemer, maar bepaalt ook de spelregels bij het vastleggen van de prijs.
De wet-Breyne voorziet hoogstens in een beperkte mogelijkheid tot indexatie van de totaalprijs wegens schommelingen van de prijzen van materialen, grondstoffen of producten. Daardoor kan maximaal 30 procent van de prijs worden aangepast. Aan de andere 70 procent mag niet worden geraakt. Het indexcijfer wordt maandelijks berekend door de commissie van de prijslijst der bouwmaterialen.
Als de koper gevraagd wordt een gedeelte van de prijs te betalen dat bijvoorbeeld betrekking heeft op de ruwbouw of de dakwerken (waarin per definitie isolatiematerialen verwerkt zijn), kan dat gedeelte van de prijs worden geïndexeerd. Het indexcijfer is echter gebaseerd op het jaarlijks verbruik van de voornaamste materialen en grondstoffen op de binnenlandse markt. Het houdt dus zeker niet alleen rekening met de prijsschommeling van isolatiematerialen. De prijsimpact van één product op dat indexcijfer is dus eerder beperkt.
Bij koop op plan is het doorgaans de bouwpromotor die optreedt als bouwheer en die in feite als tussenpersoon fungeert tussen de koper en de aannemer. Er wordt dus in eerste instantie een contract aangegaan tussen de bouwpromotor en de aannemer. ‘In dat geval kunnen eventueel extra clausules aan het contract worden toegevoegd, waarin afspraken over eventuele prijsstijgingen van bouwmaterialen worden gemaakt. Het risico ligt dan bij de bouwpromotor en niet bij de koper’, zegt Lorenz Verpoorten, partner bij het advocatenkantoor Legato. ‘Maar tussen een particulier en een aannemer zijn zulke bijkomende clausules volgens het consumentenrecht wettelijk niet toegestaan, met uitzondering van de mogelijkheid tot indexering.’
Volgens Verpoorten wordt tussen bouwpromotoren en aannemers voor bouwmaterialen toch voornamelijk met vaste prijzen per eenheid gewerkt. ‘Het voor- of nadeel dat prijsschommelingen opleveren maakt deel uit van het ondernemen’, concludeert hij.
Hoogste tijd
Als u getalmd hebt met de isolatie van uw woning, beschouw het dan als een goede gok en wees blij met de bodemprijzen voor pur- en pirplaten. Maar stel vanaf nu het aanbrengen van isolatie toch niet meer te lang uit. Als u uw huis nog wilt kunnen verhuren is het de hoogste tijd.
De Vlaamse regering heeft in oktober 2011 een minimale dakisolatienorm vastgelegd die tegen 1 januari 2020 gehaald moet worden. Het gaat om een R-waarde (die de warmteweerstand weergeeft) van 0,75 m²K/W (vierkante meter kelvin per watt). Die wordt bereikt met een laag isolerend materiaal van 3 à 4 centimeter. Als een controleur vaststelt dat die isolatiewaarde niet wordt gehaald, dan kan de woning ongeschikt worden verklaard voor de huurmarkt.
Als uw woning na 1 januari 2006 is aangesloten op het elektriciteitsnet hoeft u zich normaal geen zorgen te maken. Die nieuwbouwwoningen voldoen al aan de dakisolatienorm omdat ze zijn opgetrokken conform de energieprestatieregelgeving.
Isolatie zal nog lang het buzzword in de vastgoedsector blijven. Volgens het Energie- en Klimaatplan 2021-2030 van de Vlaamse regering zal vanaf 2021 bij de notariële overdracht van een residentiële woning een aantal renovaties verplicht moeten gebeuren. De lijst van ingrepen omvat dakisolatie, muurisolatie, isolerend glas, vloerisolatie, een condensatieketel van hoogstens 15 jaar oud of een warmtepomp en een warmtepompboiler of zonneboiler.
De nieuwe eigenaar moet binnen vijf jaar minstens drie van die renovaties doen, waarvan minstens twee die betrekking hebben op de ‘schil’ van het huis. Dat betekent dat er in de komende jaren nog heel wat vraag naar isolatiematerialen zal zijn.
S-peil
Voor woningen die in de nabije toekomst worden gebouwd, ligt de klemtoon extra op energie-efficiëntie. De energie-efficiëntie wordt uitgedrukt met het S-peil. Dat is een cijfer dat alle energetische kwaliteiten van de gebouwschil samenvat. Hoe minder energie nodig is om de temperatuur van de wooneenheid op peil te houden en hoe efficiënter de vorm, hoe lager en hoe beter het S-peil.
Sinds januari 2018 moet S31 behaald worden, tegen 2021 wordt dat S28. Zodra woningen een S-waarde onder 30 hebben spreken we van bijna-energieneutrale (BEN-)woningen. Het kenmerk van BEN-gebouwen is dat ze weinig energie verbruiken voor verwarming, ventilatie, koeling en warm water. De energie die nog nodig is, wordt uit groene energiebronnen gehaald.
Voor wie eigenaar is van het huis waarin hij woont, spelen de isolatienormen minder een rol. Niemand zal uit zijn eigen huis worden gezet omdat het niet voldoende geïsoleerd is. Maar een betere isolatie zal wel een forse invloed op uw energiefactuur hebben.
Spouwmuren
Milieu Centraal, de stichting van de Nederlandse overheid die de consumenten milieuadvies verstrekt, maakte een aantal simulaties voor verschillende vormen van isolatie.
Het isoleren van de spouwmuren van een gemiddelde rijwoning kan een winst van een kleine 300 euro per jaar op de verwarmingskosten opleveren. In een vrijstaande woning spaart u zelfs 1.000 euro per jaar uit. Het rendement dat u met goed geïsoleerde spouwmuren behaalt, is te vergelijken met een spaarrekening waarop u een rendement van 11 procent haalt, berekende Milieu Centraal.
Als u kamers onder het dak heeft of een verwarmde zolder, dan levert isolatie een groot voordeel op. In een gemiddeld rijhuis spaart u daarmee 600 euro per jaar uit. Voor een vrijstaande woning tikt dat zelfs aan tot 1.300 euro. In verhouding tot de kosten die u voor de isolatie moet doen, behaalt u een rendement van 8 procent.
Ook met vloerisolatie op de begane grond haalt u volgens Milieu Centraal een rendement van 8 procent. In klinkende munt spreken we voor een rijwoning over een winst van 200 euro per jaar, voor een vrijstaande woning van 390 euro per jaar.
Premies
Voor het isoleren van een bestaande woning kunt u een premie krijgen van de netbeheerder Fluvius. Begrijp wel goed dat het om een premie gaat en niet om een voorfinanciering. U moet dus eerst de materialen laten plaatsen en kan pas nadien een deel van uw investering recupereren.
Om een premie te ontvangen moet u het plaatsen van de spouwmuurisolatie en vloerisolatie door een aannemer laten uitvoeren. Alleen aan dakisolatie en zoldervloerisolatie mag u zelf beginnen. Als doe-het-zelver zult u echter maar de helft van de premie krijgen. Het loont dus zeker de moeite na te gaan of u voor dat verschil niet beter af bent als u de isolatie door een professional laat plaatsen.
Premies worden alleen toegekend als de juiste materialen worden gebruikt. Om in aanmerking te komen voor een premie voor vloerisolatie bijvoorbeeld moet de isolatie een R-waarde hebben van minstens 2 m²K/W. Om voor dakisolatie in aanmerking te komen voor een premie moet het isolatiemateriaal over een minimale R-waarde van 4,5 m²K/W beschikken.
Concreet betekent dat dat uw isolatie 2 of respectievelijk 4,5 watt per vierkante meter tegenhoudt wanneer er een temperatuurverschil van 1 kelvin is. Hoe groter de R, hoe groter de weerstand die de warmtedoorgang ondervindt en hoe beter het materiaal isoleert.