Of het nu over aandelen of beleggingsfondsen gaat: hét ideale instapmoment bestaat niet. Met een fondsenspaarplan belegt u systematisch en gespreid in de tijd. Niet alleen bij hoge, maar ook bij lage koersen. En dat al vanaf 25 euro.
Mogelijk doet u onbewust al aan dat zogenaamd periodiek beleggen: meer dan 1,5 miljoen Belgen sparen via een fonds voor hun pensioen. Als u dat via maandelijkse stortingen doet, investeert u op dezelfde manier als een klassiek fondsenspaarplan, het fiscaal voordeel even buiten beschouwing gelaten.
Met zo’n fondsenspaarplan investeert u in een of meerdere fondsen tegelijkertijd. Afhankelijk van uw beleggersprofiel zit- ten daar meer aandelen, obligaties of cash in.
Een groot voordeel van systematisch beleggen is dat u elke emotie uitschakelt. Veel mensen investeren op het verkeerde moment: als de koersen hoog staan en iedereen naar de beurs trekt. Terwijl het net het omgekeerde moet zijn: investeren bij lage koersen. Maar als de beurzen het slecht doen, houdt de man in de straat zich liever ver van de financiële markten. Door systematisch te beleggen haalt u die emotionele reactie eruit.
Heel wat banken bieden fondsenspaarplannen aan, ook de onlinespelers (zie tabel).
Waarop moet u letten als u in zo’n spaarplan stapt?
Eerst en vooral, een fondsenspaarplan is niet hetzelfde als een spaarboekje. U moet wel degelijk bereid zijn wat risico te nemen. Maar ook met een defensief profiel kunt u in fondsen beleggen. Het gewicht aan meer risicovolle beleggingen, zoals aandelen of hoogrentende obligaties, wordt dan beperkt. Stap evenwel niet in een fondsenspaarplan als u er na een paar jaar al weer wil uitstappen. Financiële markten stijgen niet alleen, ze dalen ook af en toe. En het kan soms jaren duren vooraleer verliezen zijn uitgewist. Doorgaans wordt bij fondsen een beleggingshorizon van minstens acht jaar vooropgesteld.
Spaarplannen zijn er overigens voor ieders budget. U hoeft geen honderden euro’s te investeren. Een spaarplan openen kan bij verscheidene banken al vanaf 25 euro per maand. Bij Keytrade Bank is dat zelfs 25 euro per jaar. In de meeste gevallen hoeft u ook niet iedere maand te storten. Al gaat dan wel de filosofie achter periodiek beleggen verloren.
Net zoals voor de aankoop van een auto of een wasmachine is het bij beleggen belangrijk om te weten wat u koopt. Dat geldt niet alleen voor individuele beleggingen, maar evenzeer voor fondsen. Informeer u dus over wat in uw fonds zit. Zo komt u achteraf niet voor verrassingen te staan.
Een fonds of een verzekeringsproduct?
Een van de keuzes die u zal moeten maken als u een spaarplan opent, is of u voor een fonds of een verzekeringsproduct wil gaan. In geval van dat laatste gaat het om een tak23-belegging, dat is een levensverzekering gekoppeld aan een beleggingsfonds. Sommige banken bieden beide formules aan. Waarom zou u voor zo’n ingewikkelde constructie kiezen? U kunt dan een begunstigde aanwijzen, die bij uw overlijden de waarde van het contract ontvangt. Een voordeel is ook dat er geen roerende voorheffing verschuldigd is, en u dus geen Reynders-taks (zie verder) op de obligatiemeerwaarde van gemengde fondsen betaalt. Maar sparen via een verzekeringscontract heeft ook nadelen. Het vroegtijdig stopzetten is niet goedkoop, onder meer door de hoge uitstapkosten (vaak tijdens de eerste vijf jaar). Bovendien betaalt u op elke storting ook 2 procent verzekeringstaks. Daardoor gaat u meteen al met een achterstand van start. Hou er ook rekening mee dat een tak23-product tot extra beheerskosten leidt.
Een andere keuze die u zult moeten maken als u bijvoorbeeld spaart voor uw (klein)kinderen: opent u een contract op uw of op hun naam? Weet dat rekeningen die op hun naam worden geopend van hen zijn en u dus niet meer zomaar aandat geld kunt. Door een plan op eigen naam te openen, behoudt u de controle over het geld en kunt u de centen later altijd schenken via een bankgift. Sommige banken bieden een fondsenspaarplan met een derdenbeding aan. U kunt dan een begunstigde aanwijzen en een datum vastleggen waarop die begunstigde eigenaar wordt van de effecten. Een groot voordeel is dat u decontrole over uw belegging behoudt. U kunt dan zelf nog geld opvragen en - mocht u dat willen - ook een andere begunstigde aanduiden.
Ten slotte, we kunnen er niet genoeg op hameren: let op de kosten die bankiers voor fondsenspaarplannen aanrekenen. Het openen van zo’n plan kost u niets, maar grote banken rekenen doorgaans meer kosten aan, vooral instapkosten. Hou ook rekening met de beheerskosten van het fonds zelf (0,7 à 1,5%), die al in de waarde van het fonds verrekend zijn.
Met een fondsenspaarplan valt u ook onder de complexe fiscale regels voor fondsen. Als u in pure obligatiefondsen zit, wordt u belast op de meerwaarde van het fonds bij een verkoop (de zogenaamde Reynders-taks), tegen 30 procent. Bij pure aandelenfondsen is er geen meerwaardebelasting. Bij gemengde fondsen hangt alles af van het percentage obligaties en cash in de portefeuille. Als er voor minstens 25 procent obligaties of cash in uw fonds zit, wordt u ook belast op de meerwaarde op dat gedeelte obligaties of cash.
Daarnaast is er ook de beurstaks als u uw fonds verkoopt (1,32%, met een maximum van 4.000 euro per verrichting). Die is van toepassing bij de verkoop van kapitalisatiefondsen. Bij distributiefondsen, die een coupon uitkeren, is geen beurstaks verschuldigd. U wordt wel belast op de uitkering van uw coupon.