Zelfstandigen in bijberoep met een hoger belastbaar inkomen dan 13.993,77 euro konden al genieten van het volledige vervangingsinkomen (1.291,69 of 1.614,10 euro met gezinslast). Met een nieuwe maatregel komen nu ook zelfstandigen in bijberoep die jaarlijks tussen 6.996,89 en 13.993,77 euro verdienen in aanmerking.
Ook gepensioneerden die nog actief zijn als zelfstandige kunnen de uitkering aanvragen.
Het vervangingsinkomen voor die groep bedraagt 645 euro per maand (807 euro met gezinslast). Er geldt wel een maximumplafond voor alle vervangingsinkomsten. Dat bedraagt 1.614 euro per maand. Een zelfstandige in bijberoep die bijvoorbeeld voor zijn activiteit als loontrekkende een tijdelijke werkloosheidsuitkering ontvangt van 1.100 euro per maand zal dan 514 euro in plaats van 645 euro overbruggingsrecht krijgen.
Gepensioneerden
Ook gepensioneerden die nog actief zijn als zelfstandige kunnen de uitkering aanvragen. Het gaat om zelfstandigen die hun activiteit voortzetten na hun pensioen en daaruit een inkomen halen dat hoger ligt dan 7.000 euro per jaar. Ook hier wordt de som van hun pensioen en het overbruggingsrecht geplafonneerd op 1.614 euro.
Volgens Ducarme kunnen bijna 30.000 zelfstandigen in bijberoep van de maatregel genieten. Wie in aanmerking komt, kan al een aanvraag doen bij zijn socialeverzekeringsfonds.
Vlaamse premie
De maatregel van het vervangingsinkomen komt boven op de Vlaamse compensatiepremie die zelfstandigen in bijberoep kunnen aanvragen.
De maatregel komt boven op de Vlaamse compensatiepremie die zelfstandigen in bijberoep kunnen aanvragen. Voor ondernemingen die niet verplicht sluiten, maar die tegen een omzetverlies van minstens 60 procent aankijken, voorziet de Vlaamse regering een compensatie. Die bedraagt 3.000 euro voor zelfstandigen in bijberoep die minstens de minimumbijdrage in hoofdberoep betalen. Voor zelfstandigen in bijberoep met een bijdrage die lager ligt dan de minimumbijdrage in hoofdberoep geldt een premie van 1.500 euro. Voorwaarde is wel dat de tewerkstelling als werknemer lager is dan 80 procent.
De zelfstandige moet op eer verklaren dat zijn omzet van dit jaar, vergeleken met die van vorig jaar, voor de periode van 14 maart tot 30 april 2020 met minstens 60 procent is gedaald.