Passage uit een lezersbrief: ‘Mijn moeder is in maart vorig jaar overleden. Ze had heel wat spaargeld ondergebracht in verschillende verzekeringsfondsen. Maar meer dan een jaar na haar overlijden zijn die verzekeringen nog altijd niet uitbetaald. Bovendien vraag ik me af tegen welke waarde de fondsen werden verkocht, tegen de waarde van voor de coronapandemie of de waarde van erna?’
Zodra de verzekeraar alle nodige documenten ontvangen heeft, moet hij uitbetalen binnen de maand.
De dame die deze mail enkele weken geleden naar onze redactie stuurde, is lang niet de enige. Het probleem van late uitbetalingen van verzekeringen is al geruime tijd bekend. In een levensverzekering wordt een bepaalde som geld gespaard (tak21) of belegd (tak23) die op het einde van het contract wordt uitgekeerd. Overlijdt de verzekerde voor die datum, dan komt het geld toe aan de begunstigde.
De ombudsman van de verzekeringen bond al in 2015 de kat de bel aan. In zijn jaarverslag schreef hij dat betalingstermijnen een belangrijke bron van ontevredenheid vormden bij klanten met verzekeringscontracten. Vaak moesten verzekerden of begunstigden vele maanden wachten op de uitbetaling.
Vorig jaar verscheen in het Staatsblad een wijziging van de verzekeringswet die daar paal en perk aan moet stellen. De wet wordt op vrijdag 22 mei van kracht. Er zijn drie termijnen die de verzekeraar voortaan moet naleven.
Compenseren
Na de ontvangst van aanvraag tot uitbetaling moet de verzekeraar binnen 14 dagen aan de begunstigde laten weten welke documenten hij nodig heeft om tot uitbetaling over te gaan. Een tweede periode begint te lopen als de verzekeraar de documenten ontvangen heeft. Hij moet dan nagaan of het dossier volledig is. Is dat niet het geval, dan heeft hij een maand om de verzekeraar te laten weten welke documenten nog ontbreken. Zodra de verzekeraar alle nodige documenten ontvangen heeft, moet hij uitbetalen binnen de maand. Die termijn kan worden opgeschort als daar gerechtvaardigde redenen voor zijn. Als de verzekeraar de termijnen niet respecteert, dan moet hij dat compenseren op basis van de wettelijke intrestvoet.
Belangrijk bij het voorgaande is dat de termijnen worden gerekend vanaf de aanvraag tot uitbetaling. Bij een overlijden kan echter tussen datum van overlijden en de datum van de aanvraag al veel tijd verloren gaan. ‘Naast het verzamelen van de documenten vraagt ook het identificeren van de begunstigde tijd. Die is immers niet noodzakelijk klant bij ons’, luidt het bij Belfius Insurance.
De begunstigde weet zelf ook niet altijd dat zo’n aanvraag moet worden ingediend, of soms weet hij zelfs niet dat hij begunstigde is. Al is ook daar al gedeeltelijk een mouw aan gepast. ‘De opsporing via het rijksregister van begunstigden mocht in het verleden niet meteen nadat we op de hoogte werden gebracht van het overlijden. Nu is dat anders’, luidt het bij Federale Verzekering.
Goed contract
Volgens Federale is het eigenlijk al bij de opmaak van het verzekeringscontract belangrijk alles scherp te stellen om op die manier een snellere uitbetaling te bekomen. ‘Een goede communicatie bij de opmaak van de begunstigingsclausule, ook al is die generiek, kan ons veel vooruithelpen. Dat kan bijvoorbeeld door van de begunstigde naam, geboortedatum en adres mee te geven. Toch kunnen de nabestaanden ons ook helpen door snel een akte van erfopvolging over te maken. In heel veel gevallen kunnen wij met de gegevens die wij uit die akte recupereren aan de slag om de begunstigden terug te vinden’, luidt het bij de verzekeraar.
Hoe eenvoudiger de polis, hoe minder documenten nodig zijn, en hoe sneller de uitbetaling kan gaan.
Ook Baloise wijst op het belang van het contract. ‘Hoe eenvoudiger de polis, hoe minder documenten nodig zijn en hoe sneller de uitkering kan verlopen’, luidt het.
Belfius Insurance wijst erop dat verzekerden niet mogen vergeten het contract aan te passen als er identiteitsgegevens van de begunstigde wijzigen. ‘Het is belangrijk dat de verzekerde de gegevens van de begunstigde up-to-date houdt, bijvoorbeeld na een wijziging van de gezinssamenstelling, bij een geboorte…’
Ook bij het bezorgen van de documenten aan de verzekeraar kan snelheid gemaakt worden. Baloise raadt aan daar niet mee te talmen. ‘Begunstigden moeten er rekening mee houden dat attesten en documenten van meerdere partijen komen zoals de notaris, de arts, de bank... Bovendien kunnen attesten, zoals de erfrechtverklaring, soms niet meteen worden afgeleverd’, luidt het bij de verzekeraar.
Identiteitskaart
Volgens P&V Groep is het raadzaam om meteen het uittreksel uit de overlijdensakte, een kopie van de identiteitskaart van de begunstigde(n) en een bewijs van het rekeningnummer bij de melding van het overlijden mee te sturen. ‘Op die manier kan het uitbetalingsproces versneld worden’, klinkt het. Andere documenten die belangrijk zijn, zijn onder meer het attest van erfopvolging of de akte van erfopvolging van de verzekerde, het attest inzake persoonsverzekeringen ingevuld door de behandelende geneesheer of huisarts van de verzekerde (zie ook kader).
En dan is er nog het probleem van de waardering. De genoemde dame vreest dat de fondsen zullen worden afgerekend aan koersen van na de coronacrisis, op een moment dat die door de beurscorrectie al een stuk lager staan. Nochtans is haar moeder al meer dan een jaar overleden.
Zo’n vaart zal het in dit voorbeeld wellicht niet lopen, tenminste als de dame het bewijs van overlijden tijdig aan de verzekeraar bezorgd heeft. ‘Gewoonlijk zal afgerekend worden aan de koers nadat de verzekeraar de bewijsstukken gekregen heeft die aantonen dat de levensverzekering opeisbaar is geworden’, zegt Wauthier Robyns van de sectorfederatie Assuralia. ‘Daarom zal de verzekeraar een bewijs vragen waaruit het overlijden blijkt van de verzekerde. Op dat ogenblik heeft de verzekeraar de zekerheid dat de levensverzekering uitbetaald moet worden’, vervolgt Robyns. Toch benadrukt Assuralia dat het belangrijk is goed na te lezen wat daarover gezegd wordt in het contract.
Bij Federale Verzekering zal het tak23-fonds inderdaad verkocht worden zodra de verzekeraar op de hoogte is van het overlijden. Toch zijn er dan nog twee situaties mogelijk. ‘Als de aangifte binnen 30 dagen na het overlijden aan de verzekeraar wordt gedaan, zal de waarde van het fonds op de datum van overlijden genomen worden. Gebeurt de aangifte meer dan 30 dagen na overlijden, dan behoudt de verzekeraar zich het recht voor de tussenkomst te verminderen met het door hem geleden nadeel. Dat kan dan bijvoorbeeld een koersdaling van de fondsen zijn na het overlijden.
Twee datums
Bij P&V wordt een andere manier gehanteerd. ‘Bij overlijden wordt naar de waarde op twee datums gekeken en daarvan wordt de laagste gekozen. Het gaat om de waarde een dag na de kennisgeving van het overlijden en de waarde een dag volgend op de dag van het overlijden. Als het niet om een overlijden gaat, maar om een afkoop, wordt de waarde genomen van een dag na de ontvangst van de aanvraag tot afkoop’, luidt het.
Belfius verwijst naar de wet. ‘Die stipuleert om over te gaan tot betaling nadat we alle nodige documenten hebben ontvangen. Tak23-fondsen worden dan ook niet verkocht voordat we alle nodige documenten hebben. De ontvangst van die documenten is bepalend voor de verkoop van de eenheden en vormt dan ook de dag waarop de waarde van uw fonds bepaald wordt.’
Anders gezegd: is er tussen het overlijden en de volledige aangifte van het overlijden een forse beurscorrectie, dan is de kans groot dat de begunstigde de koersdaling moet slikken. Vooral uitbetalingen van contracten waarbij er een overlijden was net voor de coronacrisis zullen daarmee worden geconfronteerd. Volgens Belfius Insurance leidt de crisis er ook toe dat de klanten moeilijker en trager aan de nodige documenten komen. ‘Daardoor moet de begunstigde langer wachten voor we als verzekeraar tot uitkering kunnen overgaan’, luidt het.