Wat is de impact van twee maanden tijdelijke werkloosheid door de coronacrisis op het inkomen? De Nationale Bank simuleerde de gevolgen voor verschillende inkomenscategorieën. Daarbij wordt gekeken naar de gevolgen op maand- en jaarbasis voor een voltijds werkende bediende die voltijds tijdelijk werkloos wordt.
Maandelijkse uitkering
Bij tijdelijke werkloosheid maakt het loon plaats voor een uitkering van de RVA. Die bedraagt 70 procent van het brutoloon. Bij de uitbetaling wordt bedrijfsvoorheffing afgehouden.
Bij werknemers met een hoog inkomen resulteert dat in een vervangingsratio - de mate waarin de netto-uitkering het nettoloon vervangt - van beduidend minder dan 70 procent. Bijvoorbeeld voor een werknemer met een bruto-inkomen van 6.334 euro bedraagt de vervangingratio ongeveer 45 procent. Dat komt omdat de uitkering geplafonneerd is en berekend wordt op een maximumloon van 2.755 euro. Bij een brutoloon van 3.793 euro per maand bedraagt de vervangingsratio om en bij 65 procent.
Voor de lage lonen ligt de nettovervangingsratio boven 70 procent. Voor de minimumlonen (1.625 euro bruto) is er dankzij een minimumuitkering nagenoeg geen inkomensverlies in brutotermen, maar van de uitkering wordt meer bedrijfsvoorheffing afgehouden. Voor een uitkering bedraagt het tarief altijd 26,75 procent. Het tarief toegepast op een loon houdt rekening met het loonniveau, de gezinstoestand en voorziet in een extra korting voor de laagste lonen.
De gunstigste vervangingsratio is er voor wie 2.541 euro verdient: die krijgt meer dan 75 procent van het bedrag van zijn nettoloon gestort.
Belastingaangifte
De ingehouden bedrijfsvoorheffing is maar een voorschot op de personenbelasting. De definitieve belastingafrekening loopt via de belastingaangifte die in 2021 moet worden ingevuld. Daarbij wordt rekening gehouden met het werkelijke inkomen en de gezinssituatie. Voor alle inkomenscategorieën wordt meer bedrijfsvoorheffing ingehouden dan de verschuldigde personenbelasting, wat resulteert in een terugbetaling door de fiscus.
Voor alle inkomenscategorieën wordt meer bedrijfsvoorheffing ingehouden dan de verschuldigde personenbelasting, wat resulteert in een terugbetaling door de fiscus.
Specifiek voor de laagste loonniveaus zijn er belastingvoordelen. Daardoor is het netto-inkomensverlies op jaarbasis voor de lage lonen zeer beperkt tot soms zelfs onbestaand.
De gemiddelde tot hoge loonniveaus maken geen aanspraak op die voordelen en blijven ook op jaarbasis een netto-inkomensverlies hebben, ongeacht hun gezinssituatie. Voor een werknemer met een gemiddeld brutoloon bedraagt de nettovervangingsratio op jaarbasis 96 procent. De hoogste lonen houden ongeveer 92 procent van hun jaarinkomen bij twee maanden tijdelijke werkloosheid.
Dit is een test.