Belgische patiënten hebben in principe geen reden om voor hun medische verzorging naar het buitenland te trekken. De tevredenheidsgraad over het Belgisch medisch systeem (artsen, infrastructuur, uitrusting, terugbetalingen) ligt zeer hoog. Bovendien blijven de meeste mensen die een behandeling moeten ondergaan of in het ziekenhuis moeten worden opgenomen, graag in hun vertrouwde omgeving en dicht bij hun familie. Als een Belgische patiënt de grens oversteekt, doet hij dat dus veeleer om een bekend specialist te raadplegen of omdat hij op zoek is naar een gespecialiseerde behandeling. Of omdat hij dicht bij een van de landen woont waarmee België een akkoord over grensoverschrijdende gezondheidszorg heeft gesloten. En uiteraard ook wanneer hij geen andere keuze heeft. Bijvoorbeeld als hij tijdens een seminarie in Italië door een blindedarmontsteking wordt geveld of een been breekt tijdens de wintersportvakantie (lees kader).
Maar of het nu gaat om dringende of geplande medische zorgen, altijd weer stellen we ons dezelfde vragen. Wie betaalt de kosten van de raadplegingen, de geneesmiddelen en de hospitalisatie? Welke procedures moeten worden gevolgd, welke voorwaarden moeten worden nageleefd en wat moet er verder ondernomen worden? Net dat wil de Europese richtlijn met betrekking tot de grensoverschrijdende gezondheidszorg, die in voege treedt op 25 oktober, verduidelijken en vergemakkelijken. Want de regels blijven complex. Opdat de patiënt zou weten waaraan hij zich moet houden, moet elke lidstaat een nationaal contactpunt oprichten (callcenter en website) dat de patiënten moet informeren. In België worden ze automatisch naar de ziekenfondsen doorverwezen.
Maar Christian Horemans, expert Internationale zaken bij de Onafhankelijke Ziekenfondsen, ontkracht al meteen de mythe rond ‘de patiënt zonder grenzen’: ‘Niets is minder waar. Het klopt dat de verzekerde in sommige gevallen geen toelating nodig om naar het buitenland te gaan. Maar zijn behandeling wordt slechts terugbetaald indien er een voorafgaandelijk akkoord is van het ziekenfonds, zoals voorzien in de nomenclatuur (bijvoorbeeld orthodontie). In andere gevallen heeft de patiënt geen enkel recht op terugbetaling omdat de behandeling niet is opgenomen in de Belgische nomenclatuur (bijvoorbeeld homeopathische artsen).’
Wat moet u zeker onthouden?
Openbare en private ziekenhuizen
De richtlijn is van toepassing op zowel openbare als private zorgverstrekkers en ziekenhuizen! Onlangs zagen we nog hoe toeristen in een aantal zuiderse landen stelselmatig veel te hoge facturen voorgeschoteld kregen. Daar komt nu dus een einde aan.
Ambulante zorgen
In principe is geen voorafgaandelijk akkoord meer nodig van het ziekenfonds. Tenzij het gaat om zeer dure ambulante zorgen of wanneer het gebruik van zeer dure apparaten noodzakelijk is. Bij zijn terugkeer in België wordt de patiënt terugbetaald op basis van de Belgische nomenclatuur en tarieven.
Hospitalisatie
De richtlijn laat de Lidstaten toe om voor hospitalisaties een procedure te voorzien waarbij steeds een voorafgaandelijk akkoord vereist is. Dat zal ook in België het geval zijn. De patiënt moet dus vooraf het akkoord van de adviserend arts vragen. En die moet binnen de 45 dagen zijn diagnose stellen.
Hij baseert zijn advies op drie criteria:
- staat de behandeling vermeld in de Belgische nomenclatuur?
- kan ze binnen een redelijke termijn bij ons worden uitgevoerd (rekening houdend met de gezondheidstoestand van de patiënt, de verwachte evolutie van de ziekte)…?
- …of kan de behandeling best in het buitenland gebeuren, omdat de omstandigheden daar beter zijn?
1. Als zijn dossier wordt aanvaard, en het gaat om een publieke zorgverstrekker, ontvangt de patiënt een formulier ‘S2’. Daarmee kan hij zich in het buitenland laten behandelen. Zijn kosten worden dan op basis van de lokale tarieven ten laste genomen. Een typisch geval: een patiënt die wordt getroffen door een zware ziekte en door een gekend specialist in Parijs wil worden geopereerd.
2. Gaat het om een ’private zorgverstrekker’, dan ontvangt de patiënt een schriftelijke toelating. Maar hij moet de kosten ter plaatse voorschieten en kan pas bij zijn terugkeer terugbetaling vragen volgens de Belgische barema’s.
‘De beslissing van de adviserend arts berust louter op medisch-technische criteria’, preciseert Christian Horemans. ‘Hij houdt geen rekening met sociale of taalgerelateerde motieven. Hoewel artsen daar de laatste tijd wel steeds gevoeliger voor worden.’ Een voorbeeld: een Pool die in België sociale bijdragen betaalt, wordt getroffen door kanker. Als de man zich in Polen wil laten behandelen om dichter bij zijn familie te zijn en gemakkelijker met zijn artsen te kunnen communiceren, zal hij daarvoor dus geen toelating krijgen.
Opgelet! Een patiënt die zich zonder voorafgaandelijk akkoord in het buitenland laat behandelen, wordt niet vergoed. Bij hospitalisatie is er altijd een voorafgaandelijk akkoord van de adviserend arts nodig.
Geneesmiddelen
Voortaan kunt u met een Belgisch voorschrift geneesmiddelen kopen in een buitenlandse apotheek. Het voorschrift moet wel steeds de stofnaam vermelden (VOS). Dat is de naam van het actieve bestanddeel, en niet de naam of het merk van het geneesmiddel. Daarnaast moeten ook de geboortedatum van de patiënt en de contactgegevens van zijn zorgverstrekker erop vermeld staan! Geneesmiddelen die u in het buitenland koopt aan de daar gangbare prijs, worden volgens de Belgische tarieven terugbetaald.
Andere ‘pluspunten’
Patiënten kunnen voortaan ook genieten van een ‘referentienetwerk’. Dat moet de samenwerking en de kennisuitwisseling tussen ziekenhuizen van verschillende landen vergemakkelijken. Die synergieën zullen toelaten onderzoek beter te coördineren en de diagnosestelling en behandeling van zeldzame ziektes te verbeteren.
Het observatorium voor patiëntenmobiliteit waakt over de inkomende patiëntenstromen. Bedoeling is de betrokken disciplines en prestaties te kunnen identificeren en een eventuele negatieve impact op de toegankelijkheid van de zorg voor Belgische patiënten te vermijden. De richtlijn zal niet onmiddellijk leiden tot een enorme toename van het aantal Belgische patiënten in het buitenland. Het zal eerder omgekeerd zijn. En ‘medisch’ toerisme, ook al blijft het beperkt, is nu eenmaal een realiteit. Sommige landen zullen ongetwijfeld van de nieuwe regelgeving profiteren om een bijzondere expertise te ontwikkelen. ‘Dat is al zo in Hongarije, dat bekend staat om zijn tandzorgen. De Oostenrijkers trekken met duizenden naar de steden net over de grens omdat die daarin gespecialiseerd zijn’, legt de expert uit.