Het verenigde Europa is nog altijd minder verenigd dan we misschien zouden willen. De Europese Commissie heeft weliswaar al een pak initiatieven genomen om de interne markt zo efficiënt mogelijk te maken, maar ze heeft zich in eerste instantie op het bedrijfsleven gericht.
De fiscaliteit voor particulieren, de successie- en de schenkingsrechten zijn in de Europese Unie nog altijd een lappendeken. Sinds 2015 is wel de Europese erfrechtverordening van kracht. Daardoor bestaat duidelijkheid over het rechtssysteem waaronder grensoverschrijdende nalatenschappen worden afgehandeld.
Het algemene principe is dat wanneer u sterft, de rechtbanken van de EU-lidstaat waar u uw laatste gewone verblijfplaats had, bevoegd zijn om een uitspraak te doen over de erfopvolging. Het recht dat van toepassing is op de vereffening en de verdeling van de nalatenschap is het recht van het land van uw laatste gewone verblijfplaats. Er is wel een uitzondering wanneer de erflater - de persoon wiens erfenis dus verdeeld wordt - er uitdrukkelijk voor kiest om onder het recht van zijn nationaliteit te vallen.
Dubbelbelastingverdrag
Tot zover de algemene principes. Want erven over de grenzen heen blijft een fiscale slangenkuil. Dat komt omdat alle landen vrij de criteria voor de erfbelasting kunnen bepalen. De ene keer wordt een nalatenschap in zowel de verblijfplaats van de erflater als die van de erfgenamen belast, de andere keer wordt alleen in het land van de erflater belasting geheven of is er sprake van een dubbelbelastingverdrag, waardoor vermeden wordt dat uw erfgenamen twee keer erfbelasting betalen.
Voor België zijn die dubbelbelastingverdragen voor erfbelasting heel dun gezaaid. Er zijn er slechts twee: een met Frankrijk en een met Zweden. En in het laatste geval is het verdrag nutteloos geworden, aangezien Zweden geen erfbelasting meer heft.
Het ziet er voorlopig niet naar uit dat Europa een grensoverschrijdende stroomlijning van de erfbelasting in gedachten heeft. Een duidelijke regeling zou nochtans geen kwaad kunnen, want de mobiliteit van werknemers in Europa wordt geleidelijk aan groter en het gebeurt steeds vaker dat Europeanen definitief buiten hun land van geboorte gaan wonen.
Bent u op zoek naar nog meer tips voor uw geld?
Kom dan naar Finance Avenue, de grootste nationale geldbeurs van de krant De Tijd.
Is het bij erfenissen al niet makkelijk om grensoverschrijdende dossiers af te handelen, dan moet u met schenkingen al helemaal goed uitkijken. Voor de fiscale uitwerking ervan bestaat geen Europees kader. U moet dus telkens nagaan wat de fiscale regels zijn in het land waar de schenker of de begunstigde van de schenking woont.
Wie een schenking doet, kan kiezen onder welk rechtsstelsel de schenking wordt gedaan. Maar die keuze is niet willekeurig: er moet altijd een band bestaan tussen het gekozen rechtsstelsel en de schenking. Als de schenker in België woont en de begunstigde in Nederland, dan kan voor het Belgisch of het Nederlands materieel recht worden gekozen, maar niet voor pakweg het Hongaarse.
Het materieel recht regelt uw rechten en plichten. Let wel: uw keuze geldt alleen voor het materieel recht en niet voor de toepassing van de fiscale regels. U kunt dus kiezen om onder het materieel recht van Nederland te vallen, maar toch belast worden volgens de regels in ons land.
We overlopen voor een aantal landen de fiscale implicaties van een schenking.
België
Hoeveel schenkbelasting een begunstigde in ons land moet betalen, hangt af van drie zaken. Wordt de schenking geregistreerd? In welk gewest woont de schenker? Wat wordt geschonken (vastgoed of roerende goederen, zoals geld of aandelen)?
Dat is ook zo als uw kinderen in het buitenland wonen. In tegenstelling tot wat geldt voor erfenissen, is er in België voor schenkingen geen verrekening van eventuele buitenlandse belastingen. Gaat u via een Nederlandse notaris en wordt de schenking niet in België geregistreerd, dan is geen belasting verschuldigd, maar moet de schenker wel drie jaar - binnenkort zelfs vier jaar - na de schenking blijven leven om latere erfbelasting voor de begunstigden of erfgenamen te vermijden.
Frankrijk
Frankrijk is een van de landen bij uitstek waar Belgen zich vestigen. Maar schenken aan een kind dat in Frankrijk woont, is geen sinecure.
Naast de eventuele schenkbelasting in België (zie hoger) moet Franse schenkbelasting worden betaald op alles wat een Franse rijksinwoner ontvangt uit een schenking. Die belasting is echter alleen verschuldigd als de begunstigde ten minste zes jaar in de tienjarige periode voorafgaand aan de schenking Frans rijksinwoner was. Als je in die periode geen inwoner was, betaal je geen schenkbelasting.
Frankrijk staat wel een vermindering toe van de verschuldigde schenkbelasting met het bedrag van de in België verschuldigde belasting, voor zover niet-Franse goederen werden geschonken. Als u schenkt met voorbehoud van vruchtgebruik - u kunt dan blijven genieten van de opbrengsten van het geschonken goed - dan is Franse schenkbelasting verschuldigd op de waarde van de blote eigendom.
Tussen ouders en kinderen bestaat wel een vrijstelling van schenkbelasting van 100.000 euro. Die vrijstelling geldt per schenker en kan om de 15 jaar opnieuw gebruikt worden. Voor de bedragen boven de vrijstelling gelden tarieven van 5 procent voor de schijf onder 8.072 euro tot 45 procent vanaf 1,8 miljoen euro in de rechte lijn en tussen echtgenoten.
Om die zware belasting in Frankrijk te vermijden wordt vaak gebruikgemaakt van de mogelijkheid om op ‘voorschot van erfdeel’ te schenken. Stel dat u twee kinderen hebt, van wie eentje in Frankrijk woont, dan kunt u het deel voor het kind in Frankrijk ook schenken aan het kind dat in België woont.
Die schenking, die dus eigenlijk bedoeld is voor het kind dat in Frankrijk woont, wordt dan gezien als een voorschot, met de verplichting de schenking in te brengen op het moment van overlijden van de schenker ten voordele van het kind in Frankrijk. Die verplichting wordt in de schenkingsakte opgenomen en kan ook nog herhaald worden in een testament.
‘Dat blijft een interessante manier om een schenking aan een kind in het buitenland te doen’, zegt Rinse Elsermans van het advocatenkantoor Cazimir. ‘Maar de hervorming van het Belgische erfrecht in 2018 heeft die planning met kinderen in Frankrijk niet eenvoudiger gemaakt.’
Volgens het oude erfrecht kon het kind in België verplicht worden om ‘in natura’ in te brengen. Zo kon het bijvoorbeeld concreet gaan over de helft van de aandelen in het familiebedrijf. Bij het overlijden van de ouders zou het kind in Frankrijk die helft dan ook effectief krijgen. Het nieuwe erfrecht spreekt alleen nog maar van een inbreng ‘in waarde’, dus uitgedrukt in euro en niet in goederen.
Maar het doorschuiven van de vennootschapsaandelen in natura kan niet worden opgelegd. Het kind in België heeft alleen een verplichting tegenover het kind in Frankrijk die in een waarde in euro is uitgedrukt. Het kind dat bij leven de schenking op voorschot heeft gekregen kan zelf kiezen om al dan niet de aandelen in natura te delen met zijn broer of zus of de tegenwaarde te betalen.
‘Als het cash geld betreft, is dat wellicht niet zo’n probleem. Maar als het bijvoorbeeld om een vennootschap gaat, dan is het misschien wel de bedoeling van de ouders dat beide kinderen evenveel rechten in die vennootschap verwerven’, verduidelijkt Elsermans.
Voor 1 september 2018 kon men die planning met kinderen in Frankrijk doen in blote eigendom (terwijl de schenker het vruchtgebruik behoudt), of in volle eigendom, met allerhande voorwaarden en modaliteiten. De waardering van schenkingen van roerende goederen gebeurde altijd op dezelfde wijze.
‘Maar sinds de hervorming van het erfrecht hangt de waardering van schenkingen voor de inbreng af van de wijze waarop geschonken wordt’, preciseert Elsermans. ‘Als volle eigendom geschonken wordt, zal de waarde bepaald worden op het ogenblik van de schenking (plus een indexatie). Wordt slechts blote eigendom geschonken, dan zal de waarde worden bekeken op het ogenblik dat het vruchtgebruik uitdooft, normaal gezien bij het overlijden van de schenker.’
Als het de bedoeling van de ouders is het kind in België en het kind in Frankrijk gelijk te behandelen, beoordeeld op het ogenblik van overlijden van de schenker, dan kan men in principe slechts schenken met een voorbehoud van vruchtgebruik. ‘Doet u dat niet, dan komen alle waardevermeerderingen of waardeverminderingen van de vennootschap ten bate of ten laste van het kind in België’, vult Elsermans aan. ‘Ook hier is dus, meer dan vroeger, voorzichtigheid geboden bij het gebruiken van die planningstechniek.’
Nederland
In Nederland is schenkbelasting verschuldigd op het wereldwijde vermogen dat overgedragen wordt door een schenker die gekwalificeerd is als fiscaal rijksinwoner van Nederland - iemand die gedomicilieerd is in Nederland en er belastingen betaalt - op het ogenblik van de schenking. Bij een schenking aan een kind dat in Nederland woont door een Belgische rijksinwoner is dus geen schenkbelasting verschuldigd in Nederland.
‘Het is wel belangrijk op te merken dat een Nederlander die Nederland verlaat nog tot tien jaar na de emigratie de kwalificatie als Nederlands fiscaal inwoner behoudt en bijgevolg Nederlandse schenkbelasting verschuldigd is’, preciseert Evelyne Van der Elst van Cazimir. ‘Als u als Belg in Nederland gewoond hebt en nadien verhuist, dan zal een schenking aan kinderen die in Nederland verblijven nog gedurende een jaar na de (r)emigratie belast worden in Nederland.’
We merken nog op dat Nederland de zogenaamde box 3-belasting kent. ‘Dat is een heffing op het belastbaar inkomen uit sparen en beleggen. Aangezien de schenking het vermogen van de in Nederland wonende begiftigde doet groeien, riskeert hij een zwaardere belasting in het kader van de Nederlandse vermogensbelasting, ook als het om een schenking in blote eigendom gaat’, zegt Wim Vermeulen van Cazimir.
Als een van de begunstigde kinderen in Nederland woont, dan hebt u de mogelijkheid om de schenking op grond van het Nederlands materieel recht te doen. Dat kan als schenker interessant zijn omdat de schenking op die manier, in tegenstelling tot in België, herroepelijk kan worden gemaakt. Dat biedt de mogelijkheid voor de schenker om elk jaar een bepaald percentage van de schenking terug te draaien, zodat hij over voldoende middelen blijft beschikken om in zijn levensonderhoud te voorzien.
Die schenking met een herroepelijk karakter verlaagt in zekere zin de drempel om een schenking te doen. In België geldt het principe ‘gegeven is gegeven’: geschonken goederen verdwijnen definitief uit het patrimonium. Dat doet sommigen toch soms kiezen voor een verdeling van de nalatenschap via een testament. Een testament biedt de slag om de arm dat het altijd nog kan worden gewijzigd.
VK en VS
Schenken aan een kind dat in het Verenigd Koninkrijk woont, stelt geen bijkomende fiscale problemen aangezien daar geen schenkbelasting wordt geheven bij de kosteloze overdracht van vermogen. Bijgevolg zal alleen in België schenkbelasting moeten worden betaald, voor zover de schenking in België werd geregistreerd.
Een gelijkaardige regeling geldt in de Verenigde Staten, waar geen schenkbelasting voor de begunstigde van kracht is. ‘Maar er is wel een meldingsplicht voor Amerikaanse inwoners als ze een schenking ontvangen van een buitenlandse schenker die een bepaalde waarde overschrijdt. Het gaat dan om een bedrag van nagenoeg 16.000 dollar’, zegt Evelyne Van der Elst van Cazimir. ‘Daarnaast moet worden nagegaan of er geen afwijkende regeling bestaat op regionaal niveau in de staat waar de begunstigde woont.’
Duitsland
Naar analogie met Frankrijk moeten ook Duitse rijksinwoners Duitse schenkbelasting betalen op het wereldwijde vermogen dat ze geschonken krijgen. Duitsland geeft in principe wel een belastingkrediet: de in België betaalde schenkbelasting op niet-Duitse goederen mag worden afgetrokken van de in Duitsland verschuldigde belasting.
Duitsland kent wel een aanzienlijke vrijstelling in de schenkbelasting. Bij een schenking tussen ouders en kinderen moet op de eerste 400.000 euro geen belasting worden betaald. Voor een schenking aan kleinkinderen is dat 200.000 euro. De vrijstelling kan om de tien jaar opnieuw gebruikt worden. Het bedrag daarboven wordt belast aan progressieve tarieven tussen 7 en 30 procent.
‘Het is belangrijk te beseffen dat uw kind in Duitsland al heel snel als rijksinwoner wordt beschouwd’, waarschuwt Vermeulen. ‘Het volstaat eigenaar te zijn van een woning of een permanente woning ter beschikking te hebben in Duitsland en er regelmatig te verblijven. In dat opzicht worden ook korte verblijven tijdens vakantieperiodes of enkele weekends per jaar al beschouwd als een regelmatig verblijf.’
Spanje
Ouders die willen schenken aan een kind dat in Spanje gedomicilieerd is, moeten weten dat op de schenking zowel in België (mits registratie) als in Spanje een belasting wordt geheven. Een Spaanse inwoner moet Spaanse belasting betalen op alles wat hij geschonken krijgt, ongeacht de woonplaats van de schenker en de ligging van de betrokken goederen. Hoe hoog de belasting in Spanje is, hangt af van de regio waar de begunstigde van de schenking woont.
‘Zo geldt in Andalusië sinds april een nieuwe regeling voor de belasting van schenkingen’, zegt Van der Elst. ‘Valencia kent dan weer een vrijstelling van 100.000 euro per begunstigde.’ Ook Spanje staat een vermindering toe van de verschuldigde schenkbelasting met het bedrag van de in België verschuldigde belasting, voor zover niet-Spaanse goederen werden geschonken.
Hebt u nog een vraag over successieplanning? Kom dan op zaterdag 16 november naar de geldbeurs Finance Avenue en stel ze tussen 14 en 16 uur aan een notaris.