Het Brussels hoofdstedelijk gewest heeft de bedoeling om vanaf 2022 een tol te heffen voor alle auto’s die op Brussels grondgebied rijden
Hoeveel zult u moeten betalen?
Het tarief is afhankelijk van het tijdstip waarop u Brussel binnen rijdt en het vermogen (fiscale pk) van uw wagen. Volgens de plannen die op tafel liggen bedraagt het basistarief 2 euro in de spits (van 7 tot 10 uur en van 15 tot 19 uur) en een 1 euro tijdens de daluren (tussen 10 en 15 uur). Dat bedrag wordt vermenigvuldigd met een factor van 0 tot 6, afhankelijk van de fiscale pk van het voertuig. Tot 7 pk betaalt u niets (x0), voor een doorsnee auto is dat maal 2 of 3 en maal 6 vanaf 20 fiscale pk.
Maar u zal ook nog moeten betalen voor elke kilometer die u op Brusselse wegen rijdt. Per kilometer wordt dat 20 eurocent tijdens de spits en 8 cent in de daluren. In het weekend en tussen 19 uur en 7 uur blijft het gratis.
Rijdt u met een Volkswagen Golf (7 fiscale pk) gedurende 200 dagen per jaar telkens 20 kilometer in Brussel tijdens de piekuren, dan kost u dat 1.000 euro. Met een Ford Focus (9 fiscale pk) kost u dat 1.120 euro en rijdt u met een Audi A8 (15 fiscale pk) dan komt u op een bedrag van 2.000 euro uit.
Wat als ik in Brussel woon?
Niet alleen pendelaars, maar ook inwoners van Brussel zullen de tol moeten betalen. Maar daar zet het Brussels hoofdstedelijk gewest de schrapping van de eenmalige belasting op in verkeerstelling (BIV) en de jaarlijkse verkeersbelasting tegenover.
Voor de eerder aangehaalde Volkswagen Golf bedraagt de BIV 123 euro en de verkeersbelasting 198,40 euro, voor de Ford Focus respectievelijk 867 en 292,38 euro, en voor de Audi A8 4.957 en 842,69 euro.
Wat als ik naar Brussel pendel?
Wie vanuit Vlaanderen of Wallonië met de wagen naar Brussel pendelt, zal twee keer belastingen betalen. Het heffen van belastingen op mobiliteit is een regionale bevoegdheid en het is weinig waarschijnlijk dat Vlaanderen en Wallonië hun inkomsten zullen beknotten of afschaffen omdat Brussel een tolheffing invoert. Het resultaat is dat Vlamingen en Walen in hun eigen regio de BIV en de verkeersbelasting blijven betalen en dat ze daar bovenop ook nog de Brusselse tol verschuldigd zijn.
Wat als u een bedrijfswagen heeft?
De gewesten kunnen zelf de regels voor de BIV en de verkeersbelasting bepalen en wijzigen, voor zover het om wagens van particulieren gaat. Maar voor leasingwagens ligt dat anders, aangezien daar op basis van de bijzondere financieringswet van 2001 altijd een akkoord tussen de drie gewesten voor moet zijn. Dat werd zo bepaald om te vermijden dat gunstigere fiscale voorschriften in een van de regio’s een aanzuigeffect zouden hebben op leasingmaatschappijen.
Het advocatenkantoor Stibbe wijst er in zijn juridische analyse op dat men tot een samenwerkingsakkoord zal moeten komen tussen de gemeenschappen om de BIV en verkeersbelasting eventueel te schrappen. Komt dat akkoord er niet, dan kan Brussel deze belastingen op leasingwagens niet schrappen.
Dat betekent dat ook Brusselaars die met een leasingwagen rijden naast de schrapping van beide mobiliteitstaksen grijpen. Net als de Walen en de Vlamingen zullen ze een dubbele belasting betalen.
Wie betaalt de factuur?
De vraag is wie de Brusselse heffing voor uw woon-werktraject zal betalen eens het zo ver is. Zal u de toegang tot Brussel zelf moeten bekostigen of neemt uw werkgever dat voor zijn rekening? Zal dit eventueel deel gaan uitmaken van het mobiliteitsbudget of het flexible income plan, zoals dat nu al op een aantal plaatsen voor parkeerruimte het geval is. Of komt dit bij uw leasingpakket zoals ook een tankkaart er in een aantal gevallen deel van uit maakt?
Hoe is het in andere steden?
In Europa zijn er nog enkele andere steden die ook een tol aanrekenen voor het gebruik van de auto. Met name Londen, Göteborg, Stockholm en Milaan gingen Brussel al voor. Maar in die steden is er alleen sprake van een heffing bij het binnenrijden van de stad, terwijl Brussel ook van plan is om daarbovenop een bedrag aan te rekenen voor het aantal gereden kilometers.