De bouwsector is gevoelig voor faillissementen. Door relatief lage opstartkosten zijn er veel starters in de bouw en de winstmarges liggen er laag. In totaal gingen dit jaar al 1.945 bouwbedrijven over de kop. In dezelfde periode vorig jaar ging het om 1.593 bedrijven, 22 procent minder dan vandaag. Ook dat cijfer was al een record. Maar niet alleen de bouwsector heeft het moeilijk, ook in andere sectoren zijn er veel faillissementen.
Aan een faillissement gaan echter allerlei knipperlichten vooraf waarmee een ondernemer aan de slag kan om zijn bedrijf te redden.
Een onderneming in moeilijkheden vertoont bepaalde tekenen. Er is bijvoorbeeld een fiscale achterstand of een sociale schuld.
Wat kan ik doen om te vermijden dat het tot een faillissement komt?
‘Een onderneming in moeilijkheden vertoont bepaalde tekenen’, zegt Gillis Lindemans, advocaat bij het kantoor Quinz. ‘Er zal bijvoorbeeld een fiscale achterstand zijn of een sociale schuld (schulden bij onder meer de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, red.). Als een bedrijf geen jaarrekening indient, is dat vaak omdat er iets in staat dat paniek kan veroorzaken.’ Als de ondernemingsrechtbank verneemt dat een onderneming in moeilijkheden zou verkeren, kan die een onderzoek openen.
‘Soms gebeurt dat door iets onschuldig. Dan is er niets aan de hand’, zegt Lindemans. ‘Maar als er wel iets aan de hand is, gaat de kamer van de ondernemingsrechtbank proberen te helpen. De rechter kijkt dan naar wat het plan is voor de toekomst. Dat is de meest voorzichtige en informele aanpak om een bedrijf weer op de rails te krijgen.’
Reorganisatieprocedure
Een volgende stap is een reorganisatieprocedure. Er wordt dan gezocht naar een oplossing om weer financieel gezond te worden door met de schuldeisers in overleg te gaan. Dat kan buitengerechtelijk, maar ook gerechtelijk. ‘In een buitengerechtelijke procedure maak je een contract met bepaalde schuldeisers over een schuldherschikking’, zegt Lindemans. ‘Bij een gerechtelijke reorganisatie zijn er meer opties en is de controle van de rechtbank verregaander. Als de gerechtelijke reorganisatieprocedure openbaar gemaakt wordt, dan geniet een bedrijf bescherming tegen schuldeisers tijdens de procedure.’
Tijdens de procedure wordt met de schuldeisers bekeken welke maatregelen nodig zijn. Dat kan bijvoorbeeld uitstel van betaling zijn of een inkorting van de schuld. Er kan een minnelijk akkoord gesloten worden met bepaalde schuldeisers. Er kan ook een collectief akkoord gesloten worden waarbij alle schuldeisers betrokken zijn. Een meerderheid van de schuldeisers beslist over zo'n akkoord, waardoor sommige partijen gedwongen kunnen worden om zich bij de beslissing neer te leggen.
Crisismanager
Een andere optie om een onderneming te redden van een faillissement is via een herstructureringsdeskundige. Dat is een soort crisismanager die zal helpen de organisatie weer op de rails te krijgen. De aanstelling van een herstructureringsdeskundige wordt in sommige situaties opgelegd door de rechtbank. Die bepaalt wat een herstructureringsdeskundige moet ondernemen en goedkeuren.
Wat als een faillissement onafwendbaar is?
‘Als er uiteindelijk onvoldoende liquide middelen zijn om de opeisbare schulden te betalen, houden sommige betalingen duurzaam op’, zegt Lindemans. ‘Als je dan ook nog eens geen krediet meer kan krijgen bij de bank of bij aandeelhouders, gaat een onderneming failliet.’
De ondernemingsrechtbank doet uitspraak over faillissementen. De voorzitter van de ondernemingsrechtbank is altijd een beroepsjurist. Daarnaast zijn er nog twee bijzitters - rechters in ondernemingszaken.
Op het moment dat een ondernemer vaststelt dat de opeisbare schulden niet meer kunnen worden betaald en dat er geen oplossing meer mogelijk is, heeft hij een maand om het faillissement aan te vragen. ‘Dat kan digitaal en gebeurt meestal met behulp van een advocaat’, zegt Lindemans.
Als een ondernemer nalaat de boeken zelf neer te leggen, kan hij ook gedagvaard worden in faillissement.
Als een ondernemer nalaat de boeken zelf neer te leggen, kan hij ook gedagvaard worden in faillissement. ‘Schuldeisers die bijvoorbeeld merken dat hun facturen niet meer betaald worden en die er geen vertrouwen meer in hebben, kunnen een onderneming dagvaarden’, zegt Lindemans. ‘Dat kan een drukkingsmiddel zijn.’ Ook het parket kan een onderneming dagvaarden in faillissement.
Zo’n dagvaarding kan ook worden uitgebracht door een voorlopig bewindvoerder. Als een schuldeiser merkt dat de schulden niet meer betaald worden, kan hij eerst de aanstelling van een voorlopig bewindvoerder vragen. Die zal volledig of in beperkte mate ingrijpen in het bestuur van een onderneming in moeilijkheden. ‘Dat is een vrij uitzonderlijke situatie, maar het kan bijvoorbeeld voorkomen als er onmiddellijk moet worden ingegrepen en niet kan worden gewacht op een faillissementsvonnis’, zegt Lindemans. De bewindvoerder heeft drie weken om een vordering tot faillietverklaring, gerechtelijke ontbinding of herstructurering in te dienen.
De rechter oordeelt en stelt een vonnis op. Als hij de onderneming failliet verklaart, duidt hij een curator en een rechter-commissaris aan. De curator gaat aan de slag en moet het faillissement tot een goed einde brengen. Hij bekijkt welke goederen verkocht kunnen worden om zoveel mogelijk schuldeisers te kunnen betalen. Dat lijst hij op in een inventaris. De rechter-commissaris houdt toezicht op de curator. ‘Op die manier moet de rechtbank niet voor elke beslissing tussenkomen en kan de rechter-commissaris in sommige gevallen toestemming geven. Bepaalde zaken mogen alleen gebeuren met zijn akkoord’, aldus Lindemans.
'Als het gaat over een groot bedrijf kan de rechtbank ook twee of meer curatoren aanstellen’, zegt Lindemans.
Het ereloon van een curator is vastgelegd in een koninklijk besluit. Barema’s bepalen de basisvergoeding die de curator voor de afhandeling van een faillissement ontvangt. ‘Er wordt in de eerste plaats gekeken naar hoeveel middelen er in geld zijn omgezet bij het faillissement’, zegt Lindemans. Op de eerste schijf tot 35.917 euro krijgt de curator een ereloon van 30 procent. Voor elke hogere schijf neemt het percentage af.
‘De rechtbank kan die barema’s nog een beetje corrigeren, afhankelijk van de complexiteit van het faillissement en wat de curator heeft moeten doen’, zegt Lindemans. ‘Een curator verdient dus de ene keer weinig, maar de andere keer meer.’
Schuldeisers moeten zelf aangifte doen van schuldvorderingen die nog openstaan. Dat doen ze via een onlineplatform. Ze geven zelf aan hoeveel de onderneming hen nog verschuldigd is en of ze een recht van voorrang hebben. Als de curator de aangifte betwist, moet de rechtbank daarover beslissen. Schulden die na afwikkeling van het faillissement nog overblijven, worden in principe kwijtgescholden.
Kan ik in beroep gaan tegen een faillietverklaring?
U kunt verzet aantekenen of in beroep gaan tegen het vonnis waarin uw bedrijf failliet wordt verklaard. 'Verzet aantekenen kan wanneer de gedagvaarde partij niet aanwezig was op de eerdere zitting. Dan belandt de zaak weer bij dezelfde rechter en behandelt die de zaak opnieuw', zegt Lindemans.
In beroep gaan tegen een vonnis moet binnen de 15 dagen gebeuren. Een rechter van het hof van beroep bekijkt in dat geval uw zaak opnieuw. U moet dan aantonen dat u toch niet failliet bent, wat niet eenvoudig is. ‘Het is eerder uitzonderlijk dat een faillissementsverklaring in beroep wordt teruggedraaid’, zegt Lindemans. ‘Maar het gebeurt wel.’