Mijn geld Het antwoord op al uw geldvragen
Advertentie

Huwen of wettelijk samenwonen? Het ene boterbriefje is het andere niet

Dit weekend wordt de hoogmis van de liefde gevierd. Naast alle romantiek is het een goed moment om de vraag stellen of uw relatie de juiste vorm heeft. Een huwelijk of wettelijk samenwonen is lang niet hetzelfde.
©ANP

Omdat grote huwelijksfeesten tijdens de coronacrisis niet mogelijk zijn, hebben veel trouwlustigen hun huwelijksplannen uitgesteld. Uit de Familiebarometer van de Federatie van het Notariaat blijkt dat vorig jaar 21 procent minder huwelijkscontracten zijn opgesteld.

Veel koppels wonen al voor ze huwen samen. Gevoelsmatig is het verschil klein: een koppel deelt lief en leed, en zowel voor een huwelijk als het wettelijk samenwonen moet u in het gemeente- of stadhuis een handtekening gaan zetten. ‘Relatief veel mensen denken dat samenwonen dezelfde bescherming biedt als een huwelijk. Maar dat is niet zo’, zegt Joni Soutaer, notaris en woordvoerster van Notaris.be. ‘Het uitstellen van een huwelijk heeft gevolgen voor de bescherming van de partner.’ De verschillen komen het scherpst naar voren op pijnlijke momenten: bij een relatiebreuk of een overlijden.

Advertentie

1. Worden de inkomsten gedeeld?

Voor wie wettelijk samenwoont, is het verhaal kort. Elke partner heeft een eigen vermogen, de inkomsten worden niet gedeeld. Bij zaken die samen gekocht zijn, is er het vermoeden dat elke partner voor de helft eigenaar is. Het tegendeel kan bewezen worden aan de hand van aankoopfacturen. Wie wettelijk samenwoont, kan afspraken maken in een samenlevingsovereenkomst, maar in de praktijk wordt die mogelijkheid zelden benut.

Gehuwden kunnen naast een eigen ook een gemeenschappelijk vermogen hebben. Koppels die voor hun huwelijk niet bij de notaris passeren, krijgen een huwelijksvermogensstelsel van de wet cadeau. Dat is gebaseerd op solidariteit: alle inkomsten vanaf de huwelijksdatum worden in een pot gestoken en behoren tot de gemeenschap. Bij een relatiebreuk wordt die in twee gedeeld, ook al heeft een partner niet of minder financieel bijgedragen.

Dat blijft niet beperkt tot de beroepsinkomsten, maar slaat ook op de inkomsten uit de bezittingen die iemand voor het huwelijk had. Denk aan intresten en dividenden van beleggingen of de huur van een woning. Om een verdeling te voorkomen heeft het geen zin die inkomsten op een rekening te storten die alleen op uw naam staat. De inkomsten zijn gemeenschappelijk en worden bij een scheiding verdeeld. De bezittingen van voor het huwelijk zijn wel een eigen goed en moeten nooit verdeeld worden. Hetzelfde geldt voor schenkingen en erfenissen die een partner tijdens het huwelijk krijgt, tenminste als hij ze niet vermengd heeft met de gemeenschappelijke gelden.

Koppels doen er goed aan bij een belangrijke gebeurtenis hun huwelijkscontract tegen het licht te houden. Joni Soutaer Notaris en woordvoerster Notaris.be.

Advertentie

Met een huwelijkscontract kunt u afwijken van die wettelijke regeling. Een mogelijkheid is het stelsel van scheiding van goederen. Daarbij heeft elke partner zijn eigen vermogen en is er geen gemeenschappelijk vermogen. Wel kunnen echtgenoten samen zaken verwerven, die hen dan onverdeeld toebehoren. Alles wat een partner voor het huwelijk bezat en alles wat hij erna verdient, is van hem. Dat moet bij een echtscheiding niet met de partner gedeeld worden. ‘Wel is het sinds 2018 mogelijk om bij een scheiding van goederen solidariteit in te bouwen voor een echtscheiding of een overlijden’, zegt Soutaer. In een huwelijkscontract kunnen nog zaken geregeld worden. ‘Zo kan het huis dat een partner voor het huwelijk had in de huwgemeenschap ingebracht worden en kan worden afgesproken wat gebeurt bij een echtscheiding’, zegt Soutaer.

Een huwelijkscontract is niet definitief. U kunt op elk moment naar de notaris gaan om het aan te passen of over te stappen van het ene op het andere stelsel. ‘Koppels doen er goed aan bij elke belangrijke gebeurtenis in hun leven hun huwelijkscontract tegen het licht te houden om na te gaan of het nog beantwoordt aan de wensen. Denk aan de geboorte van een kind, een ziekte of een gewijzigd vermogen’, zegt Soutaer.

2. Wie betaalt de dagelijkse uitgaven?

Hoe worden de kosten voor eten, drinken, verzorging, verwarming en elektriciteit verdeeld? De wet zegt dat gehuwden verplicht bijdragen aan de lasten van het huwelijk in verhouding tot hun vermogen. Een partner die meer verdient, moet een groter deel van de kosten voor zijn rekening nemen. Dat is ook zo in een stelsel van scheiding van goederen. Het is een misvatting dat alle kosten netjes in twee moeten worden gesplitst.

Ook wettelijke samenwoners moeten elk bijdragen aan de kosten van het samenleven, maar in tegenstelling tot gehuwden hebben ze geen hulpplicht. Wettelijke samenwoners moeten hun hogere levensstandaard dus niet delen met hun partner.

3. Moet u opdraaien voor de schulden van uw partner?

Wie gehuwd is zonder huwelijkscontract - dus onder het wettelijk stelsel - kan voor de beroepsschulden van zijn partner aansprakelijk worden gesteld. Als een partner zelfstandig is, is een huwelijk met scheiding van goederen of een samenwoning vaak een betere keuze.

Voor privéschulden maakt een huwelijk of een wettelijke samenwoning geen verschil. Partners kunnen aangesproken worden om schulden voor het huishouden of de opvoeding van de kinderen te vereffenen, ook als die schulden zonder medeweten van de andere werden aangegaan. ‘Als uw partner leent voor een wasmachine, moet u die mee betalen. Hetzelfde geldt voor een gezinsauto om de kinderen mee naar school te brengen’, zegt Soutaer. ‘De enige uitzondering is als de schulden buitensporig zijn. Een Ferrari moet dus niet mee afbetaald worden.’

4. Wat erft uw partner?

Met uw jawoord regelt u ook uw erfenis. ‘We krijgen geregeld koppels over de vloer die een huwelijk d’office uitsluiten na een moeilijke echtscheiding van hun ouders of omdat ze niet geloven in het instituut. Ze willen alleen wettelijk samenwonen’, zegt Soutaer. ‘Maar zeker als er kinderen zijn, kan met een wettelijke samenwoning niet dezelfde bescherming van de partner uitgewerkt worden als met een huwelijk. Ik stel altijd de vraag of een partner alleen verder kan en de kinderen kan opvoeden als de ander overlijdt. Als het antwoord nee is, moet over een huwelijk nagedacht worden.’

Het erfrecht voor wettelijke samenwoners is beperkt: de langstlevende erft volgens de wettelijke regels het vruchtgebruik op de gezinswoning en de inboedel. Hij kan niet uit het huis worden gezet en behoudt levenslang het bezit, gebruik en genot van alle meubelen en inboedel. Maar dat biedt geen garanties: met een ontervend testament kan een partner het vruchtgebruik voor de andere ontnemen, zelfs zonder diens medeweten.

Het wettelijk erfrecht van gehuwden is ruimer. Als het echtpaar samen kinderen heeft, erft de langstlevende het vruchtgebruik op de volledige nalatenschap. Dat slaat niet alleen op de gezinswoning, maar ook op het spaargeld van de overledene. Zijn er geen kinderen, dan is het erfrecht nog ruimer en erft de langstlevende de volle eigendom over het gemeenschappelijk vermogen.

Door in het huwelijksbootje te stappen geeft u uw partner een beschermd statuut. Een huwelijkspartner erft altijd een minimaal erfdeel van zijn overleden partner, in het vakjargon de reserve. Ook bij een scheiding van goederen kan niet aan dat minimumdeel getornd worden. De huwelijkspartner krijgt altijd de helft van het vruchtgebruik over alles wat de andere nalaat. Het vruchtgebruik op de gezinswoning met de meubelen en de huisraad is het absolute minimum.

5. Hoe kunt u uw partner meer toestoppen?

Koppels kunnen elkaar meer nalaten dan wettelijk bepaald. Wettelijke samenwoners kunnen een testament opstellen, maar moeten rekening houden met het wettelijk deel van de kinderen. Bovendien heeft een wettelijke samenwoner geen zekerheid: een testament kan altijd herroepen worden.

Gehuwden hebben nog een extra instrument: een huwelijkscontract. ‘Een keuzebeding in het huwelijkscontract laat toe alles uit de gemeenschap na te laten aan de langstlevende, zonder dat gemeenschappelijke kinderen dat kunnen aanvechten’, zegt Soutaer.

Met een keuzebeding heeft de langstlevende het recht bij het overlijden van de partner te kiezen wat hij van de gemeenschap wil behouden. ‘Die keuze kan gemaakt worden in functie van de eigen leeftijd of die van de kinderen en van de samenstelling van het vermogen op dat moment. De langstlevende kan alles naar zich toetrekken, helemaal niets en alles daartussen: de centen, het vruchtgebruik van een tweede verblijf...’, zegt Soutaer. Een huwelijkscontract kan niet eenzijdig door een partner gewijzigd of herroepen worden. Op het vlak van de tarieven voor successierechten zijn gehuwden en wettelijk samenwonenden volledig gelijkgeschakeld.

6. Wilt u schenkingen kunnen herroepen?

Om een partner wat extra toe te stoppen, kunnen partners al tijdens hun leven aan elkaar schenken. Voor schenkingen tussen wettelijke samenwoners geldt ‘gegeven is gegeven’. Ze herroepen kan alleen als niet voldaan wordt aan de voorwaarden of uitzonderlijk wegens ondankbaarheid.

Schenkingen tussen gehuwden kunnen altijd en zonder enige motivering herroepen worden. De enige uitzondering op die regel zijn schenkingen die opgenomen zijn in een huwelijkscontract.

7. Wat met de uitkering na een fataal arbeidsongeval?

Voor een werknemer of ambtenaar met een risicovol beroep kan de uitkering na een ongeval met dodelijke afloop een aandachtspunt zijn. ‘Een gehuwde partner krijgt altijd een uitkering’, zegt Soutaer. ‘Maar voor een wettelijke samenwoner is die er alleen als er een samenlevingsovereenkomst bij de notaris opgesteld werd. Bovendien moet daarin financiële hulp tussen de partners opgenomen zijn, die ook na een relatiebreuk doorloopt.’

8. Wilt u een gezins- of overlevingspensioen?

Een gezinspensioen voor werknemers en zelfstandigen is voordelig als één partner geen of weinig pensioenrechten heeft opgebouwd. Maar de pensioendiensten kennen het alleen aan gehuwde koppels toe. Gepensioneerden die wettelijk samenwonen, ontvangen beiden een alleenstaandenpensioen op basis van hun eigen loopbaan. Een getrouwd stel krijgt de voordeligste oplossing: twee alleenstaandenpensioenen of één gezinspensioen.

Als een partner zelfstandig is, is een huwelijk met scheiding van goederen of een samenwoning vaak een betere keuze.

Een analoge redenering geldt voor het overlevingspensioen - ook wel weduwe- of weduwnaarspensioen genoemd - en de overgangsuitkering. Om daar recht op te hebben moet u minstens een jaar gehuwd zijn. Bent u nog geen jaar gehuwd, maar woonde u daarvoor al wettelijk samen, dan hebt u recht op een overlevingspensioen als de periode van wettelijke samenwoonst en van het huwelijk samen minstens een jaar bedraagt. Om recht te hebben op een overlevingspensioen moet de langstlevende 48 jaar zijn als de echtgenoot in 2021 overlijdt. Wie jonger is, kan een overgangsuitkering krijgen.

9. Hoe kan de relatie beëindigd worden?

Een punt zetten achter een wettelijke samenwoning kan snel en gratis. Het volstaat dat de partners een verklaring afleggen bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente. Een wettelijke samenwoning kan eenzijdig door een van de partners worden opgezegd, de andere wordt op de hoogte gebracht door een gerechtsdeurwaarder. Bij wettelijke samenwoners is er geen specifieke wettelijke grondslag om na een relatiebreuk alimentatie te claimen. In een samenlevensovereenkomst kan wel in een tijdelijke alimentatie voorzien worden.

Dat is een peulschil in vergelijking met de echtscheidingsprocedure voor gehuwden. Die moet door een rechter uitgesproken worden. Als de scheidende partners tot een akkoord komen, kan een echtscheiding in onderlinge toestemming. Als maar één partner wil scheiden, kan dat op grond van een zogenaamde onherstelbare ontwrichting van het huwelijk. Na een huwelijk kan er een alimentatie gevorderd worden als de ex-partner behoeftig is. ‘De alimentatie is gekoppeld aan de duur van het huwelijk. Er zal onder meer rekening gehouden worden met de kansen op de arbeidsmarkt’, zegt Soutaer.

Feitelijke samenwoners zijn ‘outlaws’

Misschien bent u overtuigd van uw liefde en oordeelt u dat een boterbriefje niet hoeft. Als u zich bij de gemeente op het hetzelfde adres hebt ingeschreven zonder verdere formaliteiten, woont u feitelijk samen. Feitelijke samenwoners zijn ‘outlaws’ in de letterlijke betekenis van het woord. Niets is wettelijk geregeld. Zo is er geen wettelijk erfrecht, overlevingspensioen of procedure om uit elkaar te gaan. De partners hebben elk hun eigen vermogen en zijn elkaar geen hulp en bijstand verplicht.

Advertentie
Lees verder
Advertentie
Advertentie
Advertentie
Gesponsorde inhoud